
Is dit nu rituele chirurgie?
Ik zag ooit een indrukwekkend filmpje gemaakt door een oud-tropenarts, waar op een houten plankje meer dan twintig huigen, of beter huigjes (want ze waren allemaal van kinderen) lagen.
Ik zag ooit een indrukwekkend filmpje gemaakt door een oud-tropenarts, waar op een houten plankje meer dan twintig huigen, of beter huigjes (want ze waren allemaal van kinderen) lagen.
In 1993 luisterde ik met enige verbazing op een Zuid-Afrikaanse school naar de eind 2021 overleden bisschop Tutu, die toegaf dat hij tijdens een in noodweer verlopende vliegtuigvlucht, had gebeden dat er toch maar niet een zwarte vrouwelijke piloot aan de knuppel zat.
Mijn poli begint. Zomerperiode, altijd wat rustiger. Tijd om af en toe tussen de patiënten door te mijmeren wat er het afgelopen jaar veranderd is, voordat ik de deur definitief dichttrek voor drie weken zomervakantie. Via deze open deur luister ik, anoniem, naar wat dagelijks gemopper in deze vierde covidperiode komend vanaf het zitje voor mijn deur.
Een 11-jarige jongen kwam een jaar geleden bij ons met een brokgevoel in de keel. Keel-, neus- en ooronderzoek, vooral het onderzoek van de larynx, was normaal. Hij werd terugverwezen met de diagnose globus pharyngeus. Omdat de klachten verergerden kwam hij terug. Inmiddels was het eetpatroon fors aangepast: vooral smoothies en vla naast crackers.
De overweging om deze diagnose te stellen duurt voor mij meestal maar enkele seconden. Het kan eigenlijk niets anders zijn en zo hoop ik met een korte, snelle en duidelijke uitleg straks de patiënt gerust te stellen. Gaat meestal vanzelf over.
Toen mijn jongste zoon me tijdens het avondeten vroeg waar de EHBO me midden in de nacht voor wakker mag maken, zei ik: ‘het verwijderen van een vreemd lichaam uit een patiënt’. Zijn reactie bespaar ik u; een puberzoon vindt tenslotte alles vies. Maar ik zal proberen mijn liefde voor corpora aliena met u te delen.
In onze familie ging altijd het stoere verhaal over mijn grootvader, die in april 1945, in een klein Drents dorpje, met het terugtrekken van de Duitse legers geheel tegen de afspraken in voor zijn raam ging staan. Hij werd beschoten door een waarschijnlijk bange Duitse soldaat die ook spannende dagen meemaakte.
De eerste patiënten, in een deken gehuld, staan al voor de poort van het ziekenhuis. Gisteravond aangekomen, want een kno-team komt maar drie keer per jaar en vroeg komen betekent als eerste gezien worden met zo de hoogste kans op een ingreep later in de week.
Coassistenten, soms net 22 of 23 jaar, worden in ons perifere kno-coschap zelden geconfronteerd met begrippen als ‘inoperabel’ of ‘uitbehandeld’ en bijna nooit bij een eerste verwijzing. Laatst overkwam ‘mijn’ coassistent dit wel.
Een man van 20 jaar heeft sinds twee weken een progressieve, sublinguale zwelling die zijn tong tegen het verhemelte drukt. Ook de ademhaling via de mond is bemoeilijkt. Na een echografie van de hals twee jaar eerder was een submentale zwelling geduid als mediane halscyste.
vijftig minuten na mijn wake-upcall draai ik de eerste hulp op; de slagbomen heten me vriendelijk welkom en ik stap naar binnen. En daar ligt mijn verrassing, in een ouderwetse door bloedvlekken besmeurde pyjama en omringd door drie familieleden.
Ik hou van gefundeerde kritiek. Kritiek zet aan tot zelfreflectie en zorgt voor verandering en vooruitgang. Zo kijk ik terug op een recente ‘Fly-in Medical Mission’ in Ethiopië. Tropenarts Thom Hendriks beschrijft in Medisch Contact dat veel dokters de positieve impact van hun chirurgische missie overschatten en dat het evalueren van hun uitkomsten vaak ontbreekt.
Zelfde leeftijd, zelfde lach en misschien houdt hij wel net zo van Messi en anders vast van Ronaldo. Ik kan het hem alleen niet vragen en zo is dit vreemd genoeg een nieuwe en diepere confrontatie dan het hiervoor altijd al was.
Hij snurkt in de nacht zo luid dat het voor iedereen in het ziekenhuis fijn is dat hij op een kamer apart ligt. Een Afrikaan. Mijn interesse is extra gewekt want ik verblijf regelmatig in Afrika als kno-arts. Wie is deze man en waarom doet hij zo bizar?
Robbert Ensink is kno-arts in Gelre ziekenhuizen (Zutphen). Hij staat voor evidencebased medicine, met gevoel voor de individuele nuance. En is verliefd op Afrika.
Een 63-jarige administratief medewerkster komt op het spreekuur van de bedrijfsarts-klinisch arbeidsgeneeskundige.
Een vrouw van 70 jaar komt op de polikliniek kno met sinds vier weken bestaande heesheid. Keelpijn, stridor of slikklachten zijn afwezig. Zij heeft een blanco voorgeschiedenis, behoudens claudicatieklachten en veertig pack years.
In een week verrichtten wij 22 trommelvliessluitingen… en tijdens een outreachprogramma zagen we op één dag 270 kinderen.