Laatste nieuws
leefstijl

Breng de ziekenhuispatiënt in beweging

In bed liggen is slecht voor de gezondheid en dikwijls niet nodig

8 reacties
Getty Images
Getty Images

In het ziekenhuis ‘liggen’ is ongezond. Terwijl er genoeg manieren zijn om de patiënt te mobiliseren. Meryem Kilic-Karaaslan en Erik Scherder van de Nederlandse Sportraad opperen vijf routes naar een beweeglijkere en dus fittere patiënt.

Waarom maken patiënten in het ziekenhuis niet hun eigen bed op? Waarom lopen degenen die dat kunnen niet standaard zelf naar de operatiekamer? Waarom wandelen ze niet door het ziekenhuis of zelfs erbuiten? Het doel van ziekenhuizen is toch om mensen gezond te maken en te houden. Bewegen helpt daarbij, maar het gebeurt veel te weinig.

Om erachter te komen hoe ziekenhuizen patiënten stimuleren of juist belemmeren om te bewegen tijdens hun opname, is de Nederlandse Sportraad (Nlsportraad), een onafhankelijk adviesorgaan, gestart met een verkenning en sprak hiertoe onder meer met fysiotherapeuten, verpleegkundigen, artsen en bestuurders (in totaal 49 personen) van diverse ziekenhuizen. Het blijkt dat de ziekenhuiscultuur nog wel een omslag kan gebruiken.

Het bed centraal

In het ziekenhuis liggen patiënten in bed. Tegelijkertijd is iedereen die we voor dit onderzoek spraken het erover eens dat liggen slecht is voor de gezondheid, vooral voor ouderen en voor mensen die langere tijd in het ziekenhuis moeten blijven. Toch staat het bed nog vaak centraal. Of, zoals een ziekenhuismedewerker opmerkte: ‘We krijgen mensen binnen die ’s ochtends de hond nog hebben uitgelaten maar hier gelijk hun pyjama aantrekken en in bed gaan liggen.’

Beweging, training en, wanneer mogelijk, ook sport hebben juist een gunstig effect op het herstel, het welzijn en de zelfredzaamheid van patiënten. Ook daarover zijn de geïnterviewden het eens. Als patiënten in beweging blijven, neemt het aantal ligdagen af, net als het risico op complicaties. Ze doen bovendien minder beroep op ketenzorg, waaronder revalidatiecentra, verpleeghuizen en thuiszorg.

Toch constateert de raad dat er grote verschillen te zien zijn in de mate waarin aandacht voor bewegen, training of sport ‘normaal’ is in ziekenhuizen. Medische vormen van beweging, zoals fysiotherapie, zijn gelukkig wél steeds gebruikelijker, zowel voor, tijdens als na operaties. Hierbij gaat het om gerichte beweeginterventies en -programma’s tijdens de behandelingen, uitgevoerd door zorgprofessionals. Denk aan prehabilitatie, fysiotherapie en revalidatie.

Sporten binnen de ziekenhuismuren is echter nog veelal onbespreekbaar. De meeste ziekenhuizen wijzen dit idee van de hand als niet passend en onveilig. Maar waarom kan het eigenlijk niet, een sportaanbieder, uiteraard met bepaalde kwaliteitseisen, in het ziekenhuis? Er zit toch ook een bloemist of een kapper? De fitnessbranche is er naar eigen zeggen klaar voor. Die werkt met een speciaal keurmerk voor zogeheten ‘preventiecentra’, waar een fysiotherapeut aanwezig is.

Ook om dagelijkse vormen van beweging te bevorderen, moet de cultuur veranderen. Dat geldt niet alleen voor de zorgverleners, ook patiënten zelf associëren het ziekenhuis niet met bewegen. Een onderzoeker: ‘We hebben een keer gekeken wat er gebeurde als je de bedden uit de kamers haalt. Maar de patiënten zijn not amused. Het druist in tegen hun verwachtingen.’

Beweegziekenhuizen

Gelukkig is er een kentering zichtbaar. Meer professionals in ziekenhuizen willen iets doen met bewegen. Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) stimuleert dit met het ‘KNGF-standpunt beweeg­ziekenhuizen’. Dit document biedt handvatten voor fysiotherapeuten om het ziekenhuis waarin zij werken te transformeren tot een beweeg­ziekenhuis. De handvatten richten zich zowel op de mensen in het ziekenhuis (patiënten en personeel), als op materiële zaken die bewegen kunnen stimuleren (informatie, technologie) en de fysieke vormgeving en inrichting van het ziekenhuis of de afdeling. Voorbeelden hiervan zijn een beweegtuin voor patiënten, gezonde werkplekken voor medewerkers, inzetten van QR-codes voor looproutes of het inrichten van een aparte woon- en eetkamer waar patiënten zelf naartoe kunnen gaan.

Er bestaat een netwerk van elf van deze beweegziekenhuizen, die vooroplopen en zich Expertgroep beweegziekenhuizen noemen en andere ziekenhuizen op dit gebied scholen, 37 tot nog toe. Dat betekent dat slechts zo’n 10 tot 15 procent van de ziekenhuizen zich op dit moment serieus met bewegen bezighoudt. Daarnaast zijn er vaak individuele zeer gedreven artsen, fysiotherapeuten en onderzoekers, die onderzoek naar de effectiviteit van beweeginterventies oppakken. Zij steken daar veel eigen tijd in en moeten veel moeite doen om de projecten bekostigd te krijgen, vaak met incidentele middelen.

Waarom kan het eigenlijk niet, een sportaanbieder in het ziekenhuis?

Kosten

Dat meer ziekenhuizen aandacht hebben voor bewegen vindt de NLsportraad een goed begin. Tegelijkertijd constateert ze dat de wijze waarop het zorgsysteem is georganiseerd en gefinancierd, structurele aandacht voor bewegen tegenwerkt. Voor veel aandoeningen is de kosteneffectiviteit van fysiotherapie en training nog niet afdoende cijfermatig vastgesteld. Dat terwijl het zorgsysteem die kosteneffectiviteit als vertrekpunt neemt. Zorgverzekeraars kunnen behandelmethodes en medicijnen niet vergoeden als ze niet bewezen effectief zijn. Onderzoek naar de kosteneffectiviteit van beweeginterventies in het kader van medische behandelingen is ingewikkeld, omvangrijk en kostbaar. Ziekenhuizen werken onvoldoende samen, waardoor er te weinig patiënten in de RCT’s worden betrokken. Beweeginterventies zijn bovendien niet goed te onderzoeken in een laboratoriumsituatie. En dan gelden deze uitdagingen alleen nog maar voor het bewegen onder medische begeleiding. Laat staan wat er moet gebeuren om het dagelijks bewegen in het ziekenhuis structureel te stimuleren, om van sport nog maar te zwijgen…

Vijf routes

De NLsportraad verbaast zich erover dat keer op keer moet worden bewezen dat bewegen gezond is, en stelt voor de bewijsvoering om te draaien: bewegen is gezond, tenzij. Dat geldt voor de dagelijkse praktijk, maar net zo goed voor het ziekenhuis. Sterker nog: een ziekenhuis moet bij uitstek een gezonde omgeving bieden aan patiënten.

Wat moet er gebeuren om dit te bewerkstelligen? Op basis van de gevoerde gesprekken ziet de NLsportraad vooralsnog vijf mogelijke routes, die elkaar onderling overigens niet uitsluiten.

Route 1: alles laten zoals het is

In deze keuze wordt bewegen niet als kerntaak van het ziekenhuis gezien; het systeem veranderen kost te veel tijd. In dat geval is het verstandig om het aantal ligdagen zo beperkt mogelijk te houden, om negatieve gevolgen van een lange opname te voorkomen. Secundaire preventie moet dan vooral worden overgelaten aan revalidatiecentra en de eerstelijnszorg.

Route 2: bewegen als medicijn

Binnen het huidige zorgsysteem kan bewegen als medicijn worden ingezet. Dan is de bekostiging te betalen vanuit diagnose-behandelcombinaties (dbc’s). Om dit te bereiken is nog een lange weg te gaan: de kosteneffectiviteit moet worden aangetoond per aandoening en daarmee afzonderlijk per dbc. Wellicht is het mogelijk een grootschalig onderzoek te ontwerpen dat clusters van aandoeningen of behandelingen samenneemt, bijvoorbeeld alle grote operaties of alle chemokuren.

Route 3: van zorg naar preventie

Een verdergaande stap is een nieuw zorgsysteem waarin bewegen een taak van ziekenhuizen is in het kader van (secundaire) preventie. Ziekenhuizen moeten hiervoor dan budget beschikbaar hebben, zodat ze beweeginterventies kunnen inzetten om complicaties en volgende aandoeningen te voorkomen. In dit scenario zijn onderhandelingen met zorgverzekeraars nodig, en kosten-batenanalyses, maar ook veranderingen in de wetgeving, want dit betreft een systeemverandering.

Route 4: bewegen is gezond, tenzij

In deze route bieden ziekenhuizen niet alleen beweegzorg aan patiënten die binnenkomen vanwege een complicatie of aandoening, zoals in route 3, maar beschermen ze daarnaast ook de gezondheid van álle patiënten. Veel ziekenhuizen zijn op dit moment leefstijlpoli’s aan het inrichten. Vandaaruit kan verwezen worden naar de eerste lijn, of bijvoorbeeld naar een buurtsportcoach. Aandacht voor een gezonde leefstijl en voldoende bewegen wordt zodoende vanzelfsprekend. Ook voor dit scenario zijn veranderingen nodig in de wetgeving.

Route 5: haal sport en bewegen in huis

In deze laatste route werken ziekenhuizen samen met partners buiten de deur, zoals gemeenten en/of sport- en beweegaanbieders. Gemeenten kunnen bijvoorbeeld specifiek opgeleide buurtsportcoaches inzetten in het ziekenhuis om patiënten naar (aangepast) sport- en beweegaanbod te begeleiden. Sportaanbieders kunnen beweeglessen en training verzorgen door specifiek opgeleide sportprofessionals, eventueel onder supervisie van de sportarts of fysiotherapeut. Net als in de dagelijkse praktijk kan hiervoor een eigen bijdrage worden gevraagd aan patiënten (consumenten). Dit kan leiden tot demedicalisering en draagt bij aan betaalbaarheid van de zorg.

Eigenaardig dat keer op keer moet worden bewezen dat bewegen gezond is

In gesprek

Bewegen in ziekenhuizen hoeft wat betreft de NLsportraad niet zo ingewikkeld te zijn; kleine veranderingen hebben al impact. Denk aan een wandeling naar de operatiekamer, zelf het eigen bed opmaken, maar ook sporten op de hometrainer op je kamer. Wat daarbij helpt is bijvoorbeeld een draagbare infuuspomp waardoor patiënten mobieler worden, of een label met het 06-nummer van de patiënt dat kan worden opgehangen bij vertrek uit de kamer zodat de patiënt de arts niet misloopt. In 2023 bouwt de NLsportraad door op de verkenning met een advies ‘Van zorg naar preventie’. In de gezondheidszorg gaat momenteel het grootste deel van het geld naar het genezen van mensen. In verhouding gaat nog weinig aandacht en geld naar het stimuleren van een gezonde leefstijl, waarvan ook sport en bewegen onderdeel is. De raad gaat graag in gesprek met de zorgsector, waaronder ziekenhuizen, over de wijze waarop diverse partijen kunnen bijdragen aan een vitaler Nederland. Welke van de voorgestelde routes zouden daarbij volgens u kansrijk zijn? 

auteurs

Meryem Kilic-Karaaslan, lid Nederlandse Sportraad

Erik Scherder, hoogleraar klinische neuropsychologie VU en hoogleraar bewegingswetenschappen RUG, lid Nederlandse Sportraad

contact

info@nlsportraad.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

Lees ook:

Erik Scherder
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.J. Duits

    Bedrijfsarts

    Heel goed! Bewegen is belangrijk, vooral bewegen om te voorkomen dat je in het ziekenhuis komt. En als je er dan bent, vooral bewegen, als het kan natuurlijk.
    Moet de behandeling van Diabetes II niet primair zijn leefstijl aanpassing en dat met inte...nsieve begeleiding stimuleren, en niet alleen de pillen. Net als hoge bloeddruk en meer van dat soort symptomen?
    Intensieve begeleiding van obesitas patiënten gericht op beweging en leefstijl aanpassing, in plaats van bariatrische ingrepen. Dansles verplicht voor iedereen, beter voor de balans, goed voor het bewegen, werkt preventief voor sommige neurologische aandoeningen. Kortom er is nog heel veel te winnen, met ook leuke dingen voor de mensen.
    Aan de andere kant kan te veel bewegen, of niet verstandig bewegen ook problemen geven, denk aan knieblessures en heupproblemen na bepaalde vormen van sport.

  • J. Zwerver

    Hoogleraar Sport-en Beweeggeneeskunde

    Mooi artikel! Belangrijke boodschap. Bewegen moet zowel in de kliniek als op de polikliniek een veel prominentere plaats krijgen in de preventie en behandeling van een groot aantal aandoeningen. Daarnaast moeten zorg- en beweegprofessionals veel meer... samenwerken. Exercise is Medicine!

  • F.B. van de Weg

    Revalidatiearts, goes

    Uit het hart gegrepen, dit artikel! Sinds het begin van mijn loopbaan verbaas ik me al over het gedrag van zowel de patiënt als de gemiddelde zorgverlener, zodra iemand in een "ziekenhuis" (die naam alleen al..) is opgenomen. Pyjama aan, onder de lak...ens duiken, en in het beste geval paar uur per dag Netflixen.
    Sinds jaar en dag adviseer ik patiënten waar ik als consulent bij betrokken ben om 1. zich 's morgens netjes aan te kleden en niet in de pyjama te blijven hangen 2. indien medisch verantwoord 's morgens op tijd uit bed en op zijn minst de dag doorbrengen in de stoel ( en, liever nog, paar keer per dag een ommetje maken). In de meeste gevallen geldt nog steeds het aloude adagium "rust roest". Vroeger was dit adagium practice-based, nu in veel gevallen evidence-based.
    Natuurlijk zou het prachtig zijn als we sport en bewegen In het ziekenhuis al een structureel onderdeel kunnen maken van het herstelproces. Echter, laten we eens simpel beginnen door te kijken of we mensen kunnen stimuleren om structureel uit bed te komen, en om zichzelf aan te kleden. Belangrijk ook voor het handhaven van de eigenwaarde! Shared decision making gaat gelijkwaardiger als de pyjama in de kast blijft.

  • B.H. Kooistra

    Spec ouderengeneeskunde , Almere


    Ik was recent opgenomen en moest nog een week intraveneus behandeld worden na de operatie. Of dat niet anders kon is nu even niet het onderwerp. Zodra dat kon ben ik dagelijks gaan lopen (infuus afgekoppeld, op mijn uitdrukkelijk verzoek, lastig vo...or de verpleging) Ik kreeg te horen dat ik op de afdeling of minstens in de buurt met mijn 06 bereikbaar moest blijven, en dat ik in geen geval buiten het ziekenhuis mocht lopen. De hortus botanicus naast het ziekenhuis lonkte - weet je hoe deprimerend het is om in zo’n ziekenhuis te moeten rondlopen terwijl het mooi weer is? - dus ik vroeg wat daarvan de reden was. Nou ik zou dan namelijk niet verzekerd zijn, maar waarvoor dan precies niet, of wie die bepaling had bedacht ( ziekenhuis? ziektekostenverzekeraar?) kon niemand mij vertellen. De website van het ziekenhuis zweeg hier ook over. Ik ben eens wat gaan surfen, meerdere ziekenhuizen melden dit verbod, maar waar het op gestoeld is is nergens te vinden. Hoe je dit verder zou moeten aanpakken weet ik even niet, maar ook dit is een duidelijk voorbeeld hoe allerlei regeltjes en gewoonten verstandig gedrag in de weg kunnen zitten.

  • M.M. Lipovsky

    Internist - Psychotherapeut, Zeist

    Goed voorbeeld van hoe krampachtig vasthouden aan specifieke evidence voor elke vernieuwing verwordt tot 'het Evidence Beest' dat hoognodige vooruitgang afremt. Daarnaast laat het artikel zien hoe omkering van de mindset mogelijkheden creëert. Als de... gekozen interventie vervolgens gepaard gaat met een wetenschappelijke evaluatie, word meteen de ondersteunende evidentie opgebouwd.

  • C.M.J. van der Linden

    Klinisch geriater, Eindhoven

    Waardevol artikel, dank!
    Zullen we ook maar stoppen met spreken over ‘ligdagen’? Misschien maar ‘opnamedagen’ van maken?

  • P.J.M. van Loon

    Orthopeed/ houdingsdeskundige, Oosterbeek

    Een heel belangrijke inbreng! Ook om het lerend vermogen van de patiënt, om het thuis ook beter te doen, aan te spreken. Deze week was het congres "Van Zorg naar Bewegen". Duidelijk was dat we het als hele maatschappij niet zo goed deden en doen als ...het gaat om hoe we met bewegen, vanaf de start als baby voor een meer duurzame opbouw van onze gezondheid hadden kunnen zorgen. De hypokinesie brengt ook de toekomst van onze economie in gevaar. Helaas had niemand het over het nut van lichaamsoefeningen, het vanaf de wieg goed inregelen van alle neuromusculaire beweegpatronen en - mogelijkheden. Ook ons preventief onderhoud is van goede lichaamsoefeningen afhankelijk, thuis, op school en in het werk.
    Onze wijze van omgaan met "in het ziekenhuis liggen", stamt nog uit de tijd, dat de leefstijlaandoeningen die het gevolg zijn van onze bewegingsarmoede en ons vele zitten, en dat zijn er heel veel meer, dan we nu denken, nog niet zo massaal in het volk aanwezig waren. Rust en verpleging in een bed waren bij ziekten als infecties de pijlers van genezing. Dat we in de ziekenhuizen zeer lang aan dit stramien zijn blijven hangen maakt een omslag naar meer bewegen in plaats van zitten (helaas nooit actief) en liggen een energie vragende weg. Een omslag in denken en tradities, een gedragsverandering, gaat nooit zonder slag of stoot of weerstand. Ook niet bij "de patiënt".
    Na het verliezen van de preventiekennis en - kracht, die er in de Gezondheidsleer tot in de poriën van onze maatschappij was gebracht vanuit ons onderwijssysteem, denk aan de Huishoudschool (Voedingsleer!), gymnastiek op school, goede houdingszorg op school, goede schoolartsen, goede heilgymnasten, is het met de gemiddelde gezondheid flink achteruitgegaan. Zeker als we kijken wat er met onze ruggen (tussenwervelschijven!), ons hele bewegingsapparaat met de nu almaar sneller slijtende gewrichten, maar ook het in het skelet "wonende" zenuwstelsel gaat. De neurodegeneratieve aandoeningen op steeds jongere leeftijd zijn naast de musculoskeletale degeneratie de Zorg aan het overbelasten. De druk op de curatieve sector gaat alleen omlaag al we snel starten de maximale preventiekennis en -kracht van GOED bewegen weer eerst aan het groeiend kind gaan besteden. De arts/ hygiënist en neurowetenschapper avant la lettre Maria Montessori bracht dit al. Vrij bewegen en vrij spel, kom daar nu maar eens om. Zorg dat je uit het ziekenhuis kunt wegblijven. Of er met goed bewegen weer snel uitkomt.

    • A.M. Brunet de Rochebrune-Loog

      Medisch Adviseur

      Op die maximale preventie-kennis is door het ministerie van VWS de afgelopen 20 jaar alleen maar bezuinigd.
      De financiering van opleidingen voor jeugdartsen en andere specialisten in de publieke gezondheidszorg (artsen M&G) loopt ver achter ten opz...ichte van de klinische specialismen. Zie het resultaat in het rapport van het Capaciteitsorgaan.
      Wanneer gaat VWS nu echt in de preventie-kennis investeren en de opleidingen ruimhartig financieren?
      Dat is pas echt gezondheidszorg beleid!

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.