‘Overwerk wordt nergens geregistreerd’
De Jonge Specialist in gesprek met ziekenhuisbesturen over werkdruk a(n)iossen
8 reactiesDe hoge werkdruk bij zowel aiossen als aniossen is al geruime tijd een punt van zorg. Om schot in de zaak te krijgen, maakte belangenvereniging De Jonge Specialist (DJS) een soort ‘roadshow’ en trok daarmee langs dertig ziekenhuizen.
Raden van bestuur hebben dikwijls geen zicht op de overmatige werkdruk van hun aiossen en aniossen, omdat de vakgroepen de roosters zelf regelen. Er is bovendien geen eenduidige registratie van uren. Dit heeft tot gevolg dat ziekenhuizen vaak de cao en Arbeidstijdenwet (ATW) voor deze groep niet naleven, zonder dat de top zich daarvan bewust is. Dit is een van de opmerkelijke punten die naar voren kwamen tijdens recente gesprekken tussen De Jonge Specialist en dertig ziekenhuizen over de werkomstandigheden van aniossen en aiossen (hierna: a(n)iossen).
Dat de hoge werkdruk bij a(n)iossen een punt van zorg is, mag genoegzaam bekend zijn. Eén op de vijf heeft last van burn-outverschijnselen, zij werken standaard acht uur per week over en er is een ‘disbalans’ tussen werk en privé. Dat kwam naar voren uit de enquête ‘Gezond en veilig werken’ van De Jonge Specialist (2018). En dat was een bevestiging van eerdere onderzoeken. De vereniging noemde de uitkomsten ‘zorgwekkend’ en ook toenmalig minister van Medische Zorg Bruno Bruins vond het ‘zorgelijk’. Er ‘moet meer aandacht voor komen in de ziekenhuizen’, zei hij.
Om aandacht van de ziekenhuizen warm te houden, is De Jonge Specialist (DJS) de afgelopen maanden in actie gekomen. De vereniging schreef 33 ziekenhuizen aan met het verzoek om een gesprek met het bestuur over werkomstandigheden van de a(n)iossen. De aangeschreven 7 academische en 26 topklinische ziekenhuizen zijn de instellingen waar de meeste a(n)iossen in dienst zijn. Uiteindelijk bezocht een DJS-delegatie dertig instellingen, en werd gesproken over arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en autonomie. In de meeste gevallen was de raad van bestuur aanwezig, in zeven gevallen niet – dan was er een andere vertegenwoordiging.
Een weergave van de uitkomsten van de gesprekken leest u in het DJS-rapport: In gesprek met de Raden van Bestuur.
Onjuiste contracten
DJS-bestuurslid en uroloog in opleiding Sanne Jansen nam deel aan een aantal van deze gesprekken. ‘Een van de onderwerpen uit de enquête was werktijden en arbeidsvoorwaarden. Daar wilden we het over hebben.’ Terugkomend op de kwestie van de onjuiste inroostering van aniossen legt ze uit: ‘Een aios in een algemeen ziekenhuis krijgt een zogenoemd 38+10-urencontract, hij werkt tot maximaal 48 uur per week, krijgt uitbetaald voor 38 uur en is ongeveer tien uur aan het werk voor zijn opleiding. Tot zover is alles duidelijk. Maar aniossen, die dus niet in opleiding zijn, werken in algemene ziekenhuizen in veel gevallen óók met een 38+10-rooster. En dat is raar’, stelt het DJS-bestuurslid. ‘De anios wordt niet opgeleid, dus eigenlijk zou hij maar 38 uur per week ingeroosterd moeten worden. Het aanbieden van onjuiste contracten aan aniossen in de vorm van een 38+10-urencontract mag niet en is wat ons betreft dus ook absoluut onacceptabel. Het viel ons op dat dit vaak niet bekend was bij ziekenhuisbestuurders. En kennelijk weten aniossen niet precies waarvoor ze tekenen, of dat ze er iets aan kunnen doen.’
De omvang van het probleem lijkt groot, stelt Jansen. ‘We hebben twaalf ziekenhuizen aangeschreven waarover we meerdere meldingen hebben ontvangen. Een aantal daarvan heeft ons inmiddels laten weten dat zij met contracten aan de slag gaan. We hopen dat ze hun verantwoordelijkheid nemen.’ Nota bene, dit speelt niet bij de umc’s, die een andere cao hebben.
‘De a(n)ios moet zijn uren zelf strak opschrijven’
Een aanpalende kwestie waar tijdens de gesprekken met de bestuurders helderheid over kwam, is de werkdruk. ‘Uit de enquête blijkt dat er veel wordt overgewerkt. Maar, zeiden de bestuurders, dat wordt nergens geregistreerd, dus daar hebben we geen zicht op.’ Werkgevers zijn verplicht om overuren te registreren, maar in het geval van a(n)iossen gebeurt dit niet standaard. De a(n)iossen noch de vakgroep houden het bij.’ Het viel DJS op dat de a(n)ios zelf het gesprek niet aangaat met zijn leidinggevende, die er op zijn beurt ook niet naar vraagt. ‘Ons advies is om dit wel structureel te doen zodat het probleem inzichtelijk wordt. Als we willen dat overwerk wordt opgepakt, moet de a(n)ios zijn overuren zelf strak opschrijven.’
Coaching, op geleide van behoefte
Ook de toegenomen meldingen van burn-outklachten kwamen ter sprake. ‘Steeds meer ziekenhuizen zien het probleem van burn-out onder jonge dokters en ondernemen al de eerste stappen om daar iets aan te doen’, zegt Jansen. ‘Toch zeiden twee ziekenhuizen dat ze “burn-out” niet erkennen. Zij vinden burn-out een generatieprobleem: “Wij hebben dat niet hier.” Dus we zijn er nog niet helemaal. Gelukkig zijn er steeds meer instellingen met inspirerende initiatieven. We hebben de beste voorbeelden gebundeld in ons rapport, zoals de mogelijkheid van het opnemen van kort verzuim ter preventie van burn-out. Een best practice op dit vlak is het Challenge & Support-programma van het Erasmus MC op de afdeling Kindergeneeskunde, waar de a(n)ios standaard een proactief coachingconsult krijgt aangeboden.’
Betere begeleiding van de a(n)iossen maakt hen weerbaarder.
Betere begeleiding van de a(n)iossen maakt hen weerbaarder, adviseert DJS. ‘Wij vinden het belangrijk om ten minste één vorm van begeleiding aan te bieden. Er is behoefte aan een vorm van begeleiding zónder touwtjes, dus iemand anders dan de opleider met wie een afhankelijkheidsrelatie is. Liefst gebeurt deze coaching op individuele basis en is deze afgestemd op de behoefte van de a(n)ios. Het is belangrijk om dit niet alleen beschikbaar te stellen als er uitval dreigt. Coaching, liefst preventief en op geleide van behoefte, kan uitval door burn-out voorkomen.’
Om werkdruk te voorkomen, moet worden geanticipeerd en gereageerd op uitval. ‘Zeker als dat gepland is zoals bij zwangerschapsverlof. Dat is planbaar en dus zouden niet alle extra diensten terecht moeten komen bij de achterblijvende assistentengroep.’
Een begin
Al met al is De Jonge Specialist tevreden over de serie gesprekken die gevoerd zijn met de ziekenhuizen en de academische centra. ‘We hebben gemerkt dat het wel wat gedaan heeft’, concludeert Jansen namens DJS. ‘Het was een begin van een gesprek dat we hopelijk voortzetten. Wij wilden de raden van bestuur de hand reiken, want we moeten samen voor de arts-assistenten zorgen.’
Nieuwe enquête voor a(n)iossen 2020
De Jonge Specialist heeft in vervolg op de genoemde enquête (2018) een nieuwe enquête uitgezet over de werkomstandigheden van de a(n)iossen. DJS wil weten waar de jonge dokters op de werkvloer nu behoefte aan hebben. Ben je a(n)ios: vul dan vóór 2 november de enquête in op de website van DJS.
-
Marieke van Twillert
Marieke van Twillert is sinds eind 2015 journalist bij Medisch Contact. Arbeidsmarkt en internationale gezondheidszorg hebben haar speciale aandacht, maar ze volgt ook het levenseindedebat, medische technologie en internationale gezondheid. Marieke is een van de presentatoren van MC de Podcast en schrijft geregeld een bijdrage voor de rubriek Media en Cultuur.
Sanne Jansen
Bestuurslid DJS
Wij willen jullie bedanken voor bovenstaande reacties: het is belangrijk dat deze vaak gehoorde tegengeluiden ook hier worden benoemd. De medische staf is verantwoordelijk voor het goed lopen van de patiëntenzorg; de anios en aios die hier een groot ...deel van uit voeren, zullen dus hoe dan ook goed begeleid moeten worden. Verschil tussen deze groepen, is dat de aios, die tot maximaal 10 uur per week extra mag worden ingeroosterd (deze 10 onbetaalde uren hoeven dus niet te worden ingeroosterd!) aan het eind van de rit dan ook zijn opleiding tot medisch specialist heeft afgerond. Een anios heeft dat niet. Zoals dhr. Visser terecht aangeeft, moet een anios ook begeleiding krijgen, zowel op de werkvloer als in de persoonlijke en professionele ontwikkeling. In elke sector waar jonge professionals aan de slag gaan, past het bij goed werkgeverschap om deze jonge professional te begeleiden, zowel op vakinhoudelijk, als persoonlijk vlak, binnen werktijd. De praktijken zoals dhr. Bruin schetst zien wij gelukkig niet meer in die mate, maar de kern hier is dat een anios een afhankelijkheidsrelatie heeft met de opleiders waarmee hij werkt. Immers, een anios kan zich minder goed uitspreken uit angst dat dit invloed heeft op zijn of haar kans om in opleiding te komen. Juist daarom is het van groot belang dat De Jonge Specialist (DJS) deze praktijken identificeert en zich hierover uit spreekt.
Aan Anne, de aios, zou ik willen vragen om ons standpunt over dienstbelasting en opleiding te lezen: https://dejongespecialist.nl/wp-content/uploads/2019/10/brochure-dienstbelasting-en-standpunt.pdf
Mocht je hier met je opleiders niet uit komen, dan kun je altijd via het kennis- en dienstcentrum van DJS om ondersteuning vragen via het DJS meldpunt op www.dejongespecialist.nl
Anoniem
AIOS huisartsgeneeskunde , Dordrecht
Dit artikel verdient nog een toevoeging op het stuk waarin gezegd wordt dat er geen zicht is op het aantal overuren dat gemaakt wordt door a(n)iossen.
Zelf heb ik tot vorig jaar als anios in een topklinisch ziekenhuis gewerkt. Overuren kon ik opge...ven via het digitale systeem. Echter, het gebeurde met enige regelmaat dat mijn extra opgegeven uren werden afgewezen, waardoor ze niet in het systeem terecht kwamen.
Een ander opmerkelijke gebeurtenis vond ik wat er gezegd werd als de overuren wel werden geaccepteerd: “Je overuren worden toch niet uitbetaald, dus heeft bijhouden ook geen zin.”. Ten slotte moest ik ook een legitieme reden hebben waarom ik aan het overwerken was. Simpelweg achterstallige administratie bijwerken werd daarbij niet geaccepteerd.
Als dit soort gebeurtenissen niet gecorrigeerd worden, zullen a(n)iossen zich ook niet gemotiveerd voelen om hier tegenin te gaan, en zal het probleem in stand blijven.
geert slock
huisarts, sluis
Het bestaande systeem waarbij A(N)IOS elkaar moeten beconcurreren om een schaarse opleidingsplaats en daarna een schaarse specialistenpost te bemachtigen leidt bijna automatisch tot uitsloverij en misbruiken in de ziekenhuizen.
Misschien moeten we n...aar een objectiever systeem waarbij afgestudeerde artsen die een aantal jaren in een knelpuntberoep hebben gewerkt voorrang krijgen om daarna de opleiding van hun keuze te beginnen.
Folkert Visser
Internist, Almelo
De Jonge Specialist zet zich zeer terecht in voor goede begeleiding en tegen oneigenlijk overwerk van A(N)IOS. De Jonge Specialist stelt hierbij echter ook dat het aanbieden van een 38+10 uur werkweek aan ANIOS onjuist is en absoluut onacceptabel.
...
ANIOS zijn bijna altijd pas afgestudeerde artsen. Zij hebben een baan als ANIOS om zich te ontwikkelen als arts en zich te oriënteren op de toekomst. Het is moeilijk te geloven dat de Jonge Specialist denkt dat deze groep geen opleiding zou moeten krijgen. In de huidige structuur kunnen deze jonge artsen zich in veel klinieken aansluiten bij een opleidingsgroep: werk op afdelingen en in diensten die ongeveer 38 uur per week in beslag nemen met daarnaast 10 opleidingsuren. Deze opleidingsuren krijgen ze ook: cursussen, dagelijkse presentaties, samen een case-report schrijven, voortgangsgesprekken, maar ook 1-op-1 begeleiding van ervaren specialisten.
Deze ANIOS ontwikkelen zich doorgaans na 6-12 maanden van startende beroepsbeoefenaren tot gewaardeerde collega’s die goed zelfstandig inzetbaar zijn en een meerwaarde hebben voor de afdeling. Dit kost veel tijd en energie van de opleidingsgroep en supervisoren, maar om op deze manier jonge artsen de kans te geven zich te ontwikkelen is erg waardevol.
Na gemiddeld 12 maanden vliegen deze collega’s weer uit en begint het proces opnieuw. Als De Jonge Specialist op het standpunt staat dat ANIOS enkel ingezet mogen worden als ‘werkkrachten’ die geen opleidingsuren mogen, zal dit het aannamebeleid gaan veranderen: ziekenhuisartsen, PA-ers en verpleegkundig specialisten zullen de taken overnemen. Pas afgestudeerde artsen zal een mogelijkheid om zich te ontwikkelen ontnomen worden.
Mijn boodschap aan de Jonge Specialist: strijd niet tegen de 38+10 uur werkweek voor de ANIOS, maar strijd voor goede begeleiding voor deze groep juist door wel opleidingsuren naast het reguliere werk te accepteren.
Kasper Janssen
Sportarts / leefstijlarts, UTRECHT
Wat goed dat hier eindelijk echt over gesproken wordt! Behalve werktijd zou ook hersteltijd in deze gesprekken genoemd moeten worden. Door het belang van hersteltijd te bespreken kan elke A(N)IOS zelf zijn werk-prive balans onder een vergrootglas leg...gen en aanpassingen doen om duurzaam inzetbaar te blijven.
Zo wordt de invloed van nachtdiensten op hersteltijd vaak onderschat. Een assistent die regelmatig nachtdiensten draait heeft meer hersteltijd nodig dan een assistent in de dagdienst. Er zijn moderne middelen om persoonlijke belastbaarheid in kaart te brengen.
Voor assistenten die meer inzicht willen in hun stress-herstel balans bied ik een driedaagse Lifestyle Analyse op afstand aan. Gedurende drie dagen draag je een hartslagsensor en houd je een dagboek bij. Het rapport geeft concreet inzicht in werkstress, beweging, ontspanning, slaap en herstel. Interesse? Kijk op https://www.desportarts.nl/lifestyle-coaching.html
Bart Bruijn
Huisarts, Streefkerk
Er is toch in al die jaren niets veranderd. Ik heb om mijn overuren (boven de 68 die ik ingeroosterd was) en mijn onregelmatigheidstoeslag (boven de "normale" van 8 uur per week, die onbetaald waren) in het toenmalige De Weverziekenhuis in Heerlen ...uitbetaald te krijgen, het tot een kort geding moeten laten komen. Een uur voor dat geding betaalden ze uit en kreeg ik een telefoontje van een staflid, dat ik er niet op hoefde te rekenen ooit nog in opleiding te komen. Hij zou dat wel eens even regelen.
Dat is nu 27 jaar geleden.
Waar zijn al die wetten en regels en acties nu voor geweest, al die tijd?
Aan mijn jonge collega's, de wet staat aan jullie kant. Gebruik die ook! En leer dat aan je opvolgers. Wees niet bang! Ze hebben geen poot om op te staan, doe het gewoon. Massaal!
VERZET JE!
W.J. Duits
bedrijfsarts, Houten
Werkdruk is een ruim begrip, bijna een containerbegrip. Wat wordt er mee bedoeld? Het kan zijn dat werkdruk een begrip is waarmee men bedoeld dat het druk is op het werk, er is te veel werk voor het aantal mensen dat het moet doen. Werkdruk kan ook e...en uiting zijn van het fenomeen dat er lang gewerkt moet worden, dat er veel overuren moeten worden gemaakt, deze vorm lijkt hierboven te worden besproken.
Werkdruk kan ook een uiting zijn van het fenomeen van het ervaren van hoge psychische druk door een te hoge verantwoordelijkheid die men moet dragen en waar men zich nog niet toe bekwaam acht. Het ontstaat bij bijvoorbeeld weinig begeleiding tijdens het werk door opleiders of andere eindverantwoordelijken. Werkdruk kan ook een uiting zijn van het fenomeen zich nog niet bekwaam genoeg voelen om het werk in volle breedte te kunnen doen, men is nog niet voldoende geschoold.
Welk fenomeen geldt er nu?
Anne
AIOS, Amsterdam
Goed werk van DJS, kan ik alleen maar aanmoedigen!
Als aanvulling op het bovenstaande, ben ik benieuwd of men zich er ook van bewust is dat het 38 uur (of 36 in de umc's) + 10 uur ook geldt voor (nacht)diensten van AIOS. Momenteel draai ik het ma...ximale toegestane percentage aan (nacht)diensten. In mijn geval is tijdens de dienst de opleidingstijd geen kwart (10/48 uur), maar maximaal 1/10 (overdracht, supervisie). Dat wil dus zeggen, mede doordat er volgens het maximale dienst percentage geroosterd wordt, dat er duidelijk minder tijd aan de opleiding besteed wordt, maar ook nog eens onbetaald werk verricht wordt op niet reguliere werktijden.