WMA keurt vernieuwde Declaration of Geneva goed

De Declaration of Geneva, de internationale artseneed, is gemoderniseerd. In oktober heeft de Algemene Vergadering van de World Medical Association (WMA) de vernieuwde versie goedgekeurd. De herziene tekst benadrukt de autonomie en waardigheid van de patiënt en benoemt het belang van de gezondheid van de arts zelf, zodat die de beste zorg kan geven.

Reden voor deze herziening zijn veranderingen in de afgelopen decennia in de relatie tussen artsen en hun patiënten en tussen artsen zelf. WMA president Dr Yoshitake Yokokura zegt hierover:

‘Het leven van artsen vandaag is totaal anders dan in 1948 toen de oorspronkelijke Declaration of Geneva werd aangenomen. Sindsdien is de verklaring uitgegroeid tot een kerndocument van medische ethiek en een moderne versie van de 2500 jaar oude eed van Hippocrates. We hopen dat de verklaring die vandaag is goedgekeurd, door alle artsen over de hele wereld zal worden gebruikt om de vastberadenheid van de beroepsgroep om de hoogste standaard van gezondheidszorg voor patiënten te handhaven, te versterken.’

Aanpassingen

In de vernieuwde artseneed wordt voor het eerst een specifieke verwijzing gedaan naar de autonomie en waardigheid van de patiënt. Ook bevat deze een verklaring dat de arts diens docenten, collega’s en studenten zal respecteren. Voorheen werden hier alleen de docenten genoemd. Verder is een nieuwe verplichting voor artsen opgenomen om medische kennis te delen ten behoeve van hun patiënten en de bevordering van de gezondheidszorg. Tot slot is er een verklaring toegevoegd dat artsen voor hun eigen gezondheid, welzijn en bekwaamheden zullen zorgen, zodat zij de beste zorg kunnen leveren.

De Declaration of Geneva is in principe opgesteld voor de beroepsgroep van artsen wereldwijd. Ook de KNMG heeft, bij monde van haar voorzitter René Héman, tijdens de algemene vergadering van de WMA met de vernieuwde versie ingestemd. De Nederlandse artseneed is gebaseerd op de Declaration of Geneva en toegespitst op de Nederlandse situatie. In de Nederlandse artseneed is al eerder opgenomen dat artsen de opvattingen van de patiënt, dus diens autonomie, eerbiedigen. Ook de bevordering van geneeskundige kennis wordt daarin al genoemd. Zorgdragen voor de eigen gezondheid wordt op dit moment niet expliciet benoemd. Natuurlijk zet de KNMG zich hier wel voor in.

De WMA verwacht dat de herziene artseneed een wereldwijde ethische code zal worden voor alle artsen. Een eerste concrete en symbolische stap daartoe werd gezet aan het eind van de algemene vergadering van de WMA. Alle aanwezigen, voornamelijk artsen, gingen staan en hebben de Declaration of Geneva gezamenlijk hardop gelezen. Héman: ‘Dit was een heel bijzonder moment in de algemene vergadering. Het gaf blijk van een gevoel van diepe verbondenheid en solidariteit tussen artsen wereldwijd.’

Het WMA-bericht