Laatste nieuws
Roel de Leeuw
1 minuut leestijd

Voorbereidende handeling

Plaats een reactie

Het standpunt van de KNMG over voorbereidende handelingen die verpleegkundigen bij euthanasie mogen verrichten, is gebaseerd op de praktijk en trekt een logische en duidelijke grens tussen voorbereiding en uitvoering

(MC 34/2002: 1215).


Jammer is echter dat in dit standpunt geen rekening is gehouden met de uitspraken van minister Borst bij de behandeling van de euthanasiewet en die voor de onduidelijkheid hebben gezorgd die de KNMG nu wil wegnemen. Op 30 oktober 2000 zei minister Borst in een wetgevingsoverleg dat het inbrengen van een infuus een uitvoerende handeling is; het klaarmaken van het infuus is een voorbereidende handeling. Bij de behandeling in de Eerste Kamer (april 2001) stelde de minister dat het klaarzetten van een infuus door een verpleegkundige wél mag, het inspuiten van het euthanaticum in de infuusvloeistof níet. Omdat ze wel door had dat dit antwoord niet de gewenste duidelijkheid geeft, beloofde ze de Eerste Kamer dat ze het probleem nog ‘eens precies wil uitschrijven’ voor zichzelf en dat ze er in tweede termijn op zou terugkomen. Dit laatste gebeurde echter niet.


Het vervolgen van strafbare feiten is natuurlijk een taak van het OM en of het OM zich daarbij laat leiden door uitspraken van een minister van VWS is de vraag. Omdat echter het wetsvoorstel destijds ook werd verdedigd door de minister van Justitie moet toch wel enig gewicht aan de woorden van toenmalig minister Borst worden toegekend.


Het KNMG-standpunt houdt dan ook een risico in voor verpleegkundigen die dit volgen. Beter is het eerst de discussie af te wachten die nu voorzichtig begint.


Zolang er onvoldoende duidelijkheid is, is het niet verantwoord dat artsen het inbrengen van een infuusnaald aan verpleegkundigen opdragen. En een discussie tussen arts en verpleegkundige hierover aan het bed van de verzoeker is wel het laatste wat er mag gebeuren.

Amsterdam, september 2002
Roel de Leeuw, jurist NVVE

Naschrift KNMG
De parlementaire behandeling van de wet heeft inderdaad voor verwarring gezorgd, terwijl helderheid op dit punt van belang is. De KNMG wil daarin voorzien door een duidelijke afbakening voor de praktijk te formuleren.

Eric van Wijlick, KNMG

KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.