Psychiater gaat óók over somatiek (2)

Het tuchtcollege, Crul en Rijksen hebben gelijk (MC 37/2006: 1458). De psychia­ter gaat óók over de somatiek. Zo staat het ook in de Profielschets Psychiater van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (2005). Als hoofdbehandelaar moet de psychiater de verantwoordelijkheid voor de somatische zorg van zijn patiënten niet geheel overlaten aan een huisarts. In het geval waar de betreffende tuchtzaak over handelde, een psychotische patiënt die neurologische symptomen ontwikkelde als gevolg van multipele herseninfarcten, is het vooral op het punt van de zorg door de huisarts misgegaan. De patiënt is niet door de huisarts gezien en de arts heeft de bevindingen van de uiteindelijk geconsulteerde neuroloog niet aan de psychiater gemeld. In deze instelling is inmiddels het beleid gewijzigd. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de psychiatrische en somatische problematiek van de patiënten berust terecht weer bij de psychiaters.

In hun commentaar trekken Crul en Rijksen een verkeerde conclusie: de oorzaak is volgens hen dat het verplichte jaar neurologie in 1983 uit de opleiding tot psychiater is gehaald. In een jaar ervaring met specialistische neurologische morbiditeit verwerft de aios psychiatrie echter onvoldoende specifieke competenties die een psychiater moet hebben.

Tijdens de huidige opleiding tot psychiater is de aios daarom ten minste drie jaar verantwoordelijk voor de somatische zorg van zijn patiënten, doet hij zelf het lichamelijk onderzoek en vraagt aanvullend onderzoek aan. In het bijzonder tijdens de stages chronische psychiatrie,  ziekenhuis-, ouderen- en verslavingspsychiatrie zijn de aios en hun opleiders integraal verantwoordelijk voor de complexe psychiatrische en somatische problematiek van hun patiënten. Ook in de opleidingseisen die worden ontwikkeld, zal deze competentie een centrale plaats innemen. Geen enkele reden dus om aan te dringen op een snelle verbreding van de opleiding, zoals Crul en Rijksen stellen.

Utrecht, september 2006

Prof. Dr. Michel W. Hengeveld, voorzitter Concilium Psychiatricum