Zomaar een zin van de WRR
Plaats een reactie‘Kiezen voor houdbare zorg.’ Zo heet het lijvige rapport van de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Het gaat over de vraag of er voldoende mensen zijn die in de toekomst voor andere mensen kunnen zorgen? Het antwoord is ‘nee’.
De WRR noemt enkele oplossingen. Opvallend genoeg ontbreekt één concrete uitweg. Technologie. De WRR gelooft niet dat technologie nog tot substantiële productiviteitsgroei gaat leiden. Uiteraard kan technologie de zorg kwalitatief verbeteren, dichterbij brengen, personaliseren en bijvoorbeeld mensen inzicht geven in eigen gezondheid. Een oplossing voor het brisante vraagstuk van het personeelstekort ontbreekt evenwel.
Gelukkig is de mens nog altijd de belangrijkste factor in de zorg. Dat maakt het wel lastiger om automatisering en standaardiseringen door te voeren. Door dit zogeheten Baumol-effect stijgt de prijs van zorg sneller dan die van andere producten en diensten. Betekent dit dat we beter kunnen ophouden met denken over de toepassing en ontwikkeling van technologie in de zorg? Natuurlijk niet.
Één concrete uitweg ontbreekt: technologie
Opvallend is dat ook adviesbureaus naar de zorg hebben gekeken. Zo kiest McKinsey voor een andere invalshoek. En claimt meteen een structurele opbrengst van digitale zorg van 18 miljard euro in 2030. Niet niks, al hebben de consultants voor het gemak de kosten niet in kaart gebracht. Hun panacee klinkt als technologie voor alles. Tja.
De problemen in beide analyses zijn gelijk. De vraag is naar wie een toekomstig kabinet zijn oren laat hangen: McKinsey of de WRR. De uitkomst zal in het midden liggen. Hopelijk boekt het nieuwe kabinet de beoogde bezuiniging of productiviteitsgroei niet meteen in, zoals bij de jeugdgezondheidszorg. In polonaise achter technologie aanlopen om daarmee moeizame keuzes te omzeilen, is evenmin wenselijk. Zo makkelijk komen de Haagse beleidsmakers er dus niet vanaf.
Meer van Mark van Houdenhoven- Er zijn nog geen reacties