Laatste nieuws
Eva Kneepkens
Eva Kneepkens
8 minuten leestijd
werk & inkomen

‘Ik denk dat ik weinig waarde hecht aan die witte jas’

Een carrièreswitch in cijfers en twee persoonlijke verhalen

Plaats een reactie
Getty Images
Getty Images

Artsen moeten elke vijf jaar aantonen dat ze nog aan de eisen voldoen om hun vak uit te oefenen. Sommige lukt dat niet, andere kiezen vrijwillig voor een carrièreswitch. Medisch Contact vroeg herregistratiecijfers op en sprak twee artsen over hun opmerkelijke overstap.

‘Bijna 11 jaar gynaecoloog, maar de tijd nadert dat deze klompen definitief in het klompenrek blijven staan... vanaf 1 maart 2024 zal ik mijn prachtige vak verlaten en op zoek gaan naar nieuwe uitdagingen!’ Dat postte gynaecoloog Jeroen Becker begin september op LinkedIn.

Doorgaans posten genees­kundestudenten en artsen andere mijlpalen op sociale media, zoals het behalen van het felbegeerde artsendiploma of het heugelijke moment waarop een arts zich eindelijk medisch specialist mag noemen. Degenen die het vak ruim voor de pensioengerechtigde leeftijd verlaten, geven daar meestal minder ruchtbaarheid aan. Medisch Contact vroeg cijfers op bij het BIG-register, de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) en sprak twee artsen over hun loopbaanswitch.

Beëindigd

In de afgelopen vijf jaar dienden in totaal bijna 18 duizend basisartsen een herregistratieaanvraag in nadat het BIG-register hen daarom vroeg. Iedere vijf jaar moet een basisarts aantonen of die aan de herregistratie-eisen voldoet (zie kader herregistratie), anders wordt de registratie beëindigd. Tussen de ingediende aanvragen zaten er 555 van artsen van 70 jaar en ouder. In totaal werd in deze periode de registratie van 5248 basisartsen beëindigd (29%). ‘Het gaat om artsen die geen aanvraag hebben ingediend, die zelf actief hebben aangegeven niet te willen herregistreren of die na beoordeling (steekproef) niet aan de eisen bleken te voldoen’, aldus een woordvoerder van het CIBG – uitvoeringsorganisatie van het ministerie van VWS – waar het register onder valt.

Het ging om maar liefst 1335 basisartsen jonger dan 50 jaar

Bij deze beëindigingen ging het om maar liefst 1335 basisartsen jonger dan 50 jaar (25% van het aantal beëindigingen). Daar zitten onder anderen basisartsen tussen die ervoor kozen het vak te verlaten. Wat hen hiertoe beweegt is niet bekend, zegt Cisca Joldersma, directeur van het Capaciteits­orgaan dat hier momenteel wel onderzoek naar doet. Het Nivel heeft eerder wel een peiling onder basisartsen gehouden om hun loopbaan(wensen) in kaart te brengen. Slechts een handvol artsen uit die peiling had het artsenvak verlaten. De redenen daarvoor zijn: werkdruk, werktijden, vastzitten in arbeidspatroon en de verantwoordelijkheid van het beroep.

Herregistratie-eisen basisartsen

Vóór 1 januari 2018 moesten veel basisartsen voor het eerst aantonen dat ze aan de werkervarings- of scholingseis voldeden om zich te herregistreren. Dat lukte zo’n 18 duizend basisartsen niet. Voor de werkervaringseis moet een basisarts ten minste 2080 uur als arts heeft gewerkt in vijf jaar. Dat komt neer op bijvoorbeeld 8 uur per week gedurende vijf jaar of één jaar fulltime op basis van een 40-urige werkweek. Wel moeten de werkzaamheden aan bepaalde eisen voldoen om mee te mogen tellen. Artsen die niet aan de werkervaringseis voldoen, kunnen een scholings- en toetsings­programma volgen om een Periodiek Registratie Certificaat (PRC) te halen. Dat is noodzakelijk om aan de scholingseis te voldoen.

Uit de BIG-cijfers blijkt dat veruit de meerder­heid van de basisartsen zich herregistreert op basis van relevante werkuren. Van de bijna 18 duizend ingediende herregistratieaanvragen in de afgelopen vijf jaar deden slechts 460 dat op basis van de scholingseis. Dit cijfer ‘zegt alleen iets over de hoe iemand de aanvraag initieel gestart is’, licht de woordvoerder toe. Ze schrijft dat basisartsen soms denken dat ze zich met bijscholing kunnen herregistreren terwijl dat niet kan en kiezen dan alsnog voor werkervaring, of ze komen erachter dat ze niet genoeg werkuren hebben gemaakt die mogen meetellen en gaan dan alsnog voor het PRC.

Pandemie

Op basis van de herregistratiecijfers is het lastig te zeggen of dit aantal jonge vakverlaters toeneemt, want de corona­pandemie haalde de boel behoorlijk overhoop. Vanaf half maart 2020 werd de verplichte herregistratie voor basisartsen voor twee jaar opgeschort. Tijdens de pandemie waren immers alle handen aan het bed hard nodig. Daardoor werd in 2020 de registratie van ‘slechts’ 324 basisartsen beëindigd. In 2021 en 2022 bleef de teller zelfs op nul staan. Vervolgens is in 2023 – januari tot en met augustus – een inhaalslag te zien met ruim drieduizend beëindigingen. Desondanks is er op basis van de globale cijfers volgens de CIBG-woord­voerder sprake van een ‘normaal beeld’.

Door het tijdelijk opschorten van de her­­registratieplicht heeft een deel van de artsen langer dan vijf jaar de tijd gekregen om aan de werkervarings- of scholingseis te voldoen (zie kader herregistratie). Het is niet bekend of hierdoor meer artsen voor het vak behouden zijn gebleven.

Jeroen Becker
Jeroen Becker
‘Ik stop niet omdat ik opgebrand ben, Integendeel’

De beëindiging van de registratie van gynaecoloog Jeroen Becker (43 jaar) is nog geen feit. Een jaar terug werd zijn registratie als gynaecoloog voor vijf jaar verlengd. Hoewel hij dus nog van gedachten kan veranderen, verwacht hij niet dat dat zal gebeuren. ‘Ik ga ervan uit dat als ik de witte jas uittrek, ik die ook niet meer aandoe.’ Wel blijft hij zich inzetten voor de zorg. ‘Hoe precies, dat weet ik nog niet, misschien via een bestuursfunctie. Naast mijn werk als gynaecoloog werk ik ook al anderhalve dag per week als medisch manager. De laatste tijd merk ik dat ik steeds meer ideeën heb over hoe de zorg anders en beter georganiseerd kan worden en dat ik die anderhalve dag wil uitbreiden, maar dat lukt niet naast mijn werk als gynaecoloog in een maatschap.’ Daarom had hij het gevoel dat hij een keuze moest maken. ‘Ik stop niet omdat ik opgebrand ben’, benadrukt hij. ‘Integendeel. Ik vind mijn werk als gynaecoloog ontzettend leuk. Ook de diensten, alles.’

Voor zijn omgeving kwam deze stap niet als een verrassing. ‘Mijn vrouw schrok eerst wel, maar ze begrijpt ook dat het niet meer van deze tijd is om veertig jaar hetzelfde werk te doen. In het algemeen omvat het werk van een medisch specialist veel routine en geprotocolleerd werk. Sommigen vinden dat fijn, ik niet. Iedereen voelt denk ik wel de behoefte om zich op persoonlijk vlak te blijven ontwikkelen. Blijkbaar zoek ik die persoonlijke ontwikkeling binnen het werk.’

Inmiddels is zijn post op LinkedIn veel geliket en staan er bemoedigende reacties onder. ‘Er zijn ook wel mensen die zeggen: zonde van je opleiding. Ik zie dat niet zo. Ik heb het voornemen om me net zo hard voor de zorg in te zetten, alleen niet als gynaecoloog.’

Zijn besluit kwam niet van de ene op de andere dag, maar zo heel lang heeft hij er ook weer niet over na hoeven denken. ‘Ik denk dat ik weinig waarde hecht aan die witte jas. De komende jaren zal ik ontdekken of dat echt zo is.’

Medisch specialisten

Medisch specialisten hoeven zich niet apart via het BIG-register te laten herregistreren. Zij doen dat bij het College Geneeskundige Specialismen (CGS). De RGS toetst periodiek of artsen en opleidingen aan de regels van het CGS voldoen. Het aantal medisch specialisten – ziekenhuisspecialisten en psychiaters – dat jaarlijks de registratie beëindigt nadat de RGS hen aanschreef om te herregistreren, schommelt tussen de 9 en 10 procent over een periode van vijf jaar. Alleen schiet 2019 er nogal bovenuit. In dat ‘aanschrijfjaar’ is dat percentage ruim het dubbele. Het is niet bekend hoe dat komt. Wat de reden van beëindiging is, wordt niet vastgelegd. Het kan zijn dat de medisch specialist zich niet liet herregistreren, zich actief liet uitschrijven, is overleden of dat het herregistratieverzoek werd afgewezen.

Grace Enzer
Grace Enzer
‘Ik ben iemand die alles mee naar huis neemt’

Wie al een tijdlang weet hoe het voelt om de witte jas voorgoed aan de kapstok te hangen, is Grace Enzer (53 jaar). ‘Ongeveer tien jaar geleden heb ik me actief uit het BIG-register uitgeschreven. Dat kostte me veel moeite. Het is een ongebruikelijke stap en de maatschappelijke verantwoordelijkheid drukte zwaar op me, er is toch veel in je geïnvesteerd.’

Na het behalen van het artsendiploma eind jaren negentig en rondzwervingen langs verschillende specialismen, voltooide ze uit­eindelijk de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde. Later kwam daar lesgeven aan geneeskundestudenten bij. ‘Het eerste jaar combineerde ik dat met mijn werk in het verpleeg­huis.’ Daarna gaf ze alleen nog les.

Anders dan bij Jeroen Becker kostte het artsenvak Grace Enzer een hoop energie. ‘Ik ben iemand die alles mee naar huis neemt. Vooral in de ouderenzorg, waar overlijden vaak voorkomt, is dat zwaar.’ Toen haar zusje ernstig ziek bleek te zijn, was dat de genadeklap. ‘Als dat gebeurt bij iemand die zo dicht bij je staat, zet dat je aan het denken: doe ik wel echt wat me gelukkig maakt?’

Ze besloot om zich om te scholen tot docent zorg en welzijn via een verkort hbo-traject. Al snel ontdekte ze dat het niet makkelijk is om als veertiger weer plaats te nemen op de collegebanken. ‘Je denkt: dat hoef ik niet meer te doen, dat kan ik allemaal al, maar dat was niet zo. Ik kreeg kookles, moest nagels lakken en gezichtsmassages geven’, zegt Enzer, die hier inmiddels wel om kan lachen, ‘en ik heb zelfs nog in de bediening gewerkt bij een lesrestaurant.’ Inmiddels werkt ze als docent in het mbo. Daar geeft ze in de ochtenden les in anatomie en geneesmiddelenkennis aan zowel pubers en jongvolwassenen als zijinstromers. In die vakken geeft ze sinds mei dit jaar ook bijles via haar eigen bedrijf, Grace Anatomy. Dit doet ze voor studenten van bijvoorbeeld de TU Delft, die voor het ontwerpen van een sta-opstoel anatomische kennis nodig hebben, of bijvoorbeeld voor mbo’ers die een boost in kennis en zelfvertrouwen kunnen gebruiken. ‘Ik wil ze de kans bieden om het beste uit zichzelf te halent.’

Ze mist het artsenvak ‘totaal niet’. Daarnaast vindt ze haar huidige rol minstens zo belangrijk. ‘Met lesgeven op het mbo draag ik ook op een belangrijke manier bij aan de maatschappij en wat ik nu doe is echt mijn roeping. Dat blijf ik het liefste doen tot mijn pensioen.’

Inzoomend op de registraties die in een bepaald aanschrijfjaar op beëindigd staan, is te zien dat het aandeel jonge medisch specialisten (< 50 jaar) aanzienlijk is met 22 procent in 2018 en stijgt naar 30 procent in 2021 en 2022. Hier is 2019 met 7 procent juist een uitschieter naar beneden. In absolute aantallen gaat het om gemiddeld 115 beëindigingen van registraties van jonge medisch specialisten per jaar. 

Journalist Eva Kneepkens (auteur van dit artikel) interviewt samen met KoffieCo tijdens de KNMG Carrièrebeurs op zaterdag 30 september drie artsen met een bijzondere loopbaan. Want het hoeft niet per se volgens het vaste stramien te gaan: studeren, aiossen en tot je pensioen in hetzelfde specialisme blijven werken.

Meer informatie en aanmelden voor de carrièrebeurs.

Lees ook:
gynaecologie carrière ouderenzorg basisartsen
  • Eva Kneepkens

    Eva Kneepkens is arts en promoveerde binnen de reumatologie. Na een postacademische cursus wetenschapsjournalistiek en een stage bij de Volkskrant koos ze voor het journalistieke pad. Ze schrijft voor Medisch Contact onder andere over wetenschap, tuchtzaken en inrichting van zorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.