Laatste nieuws
Bas Vos
4 minuten leestijd
Federatienieuws

Haal het vet van de spieren maar niet de spieren van het bot

Plaats een reactie

Elke saneerder staat voor de vraag waar het vet eindigt en de spieren beginnen. Ik neem u even mee naar een bedrijfstak waarin ik mijn sporen heb achtergelaten: de detailhandel. Als interimmanager had ik de schone taak er met de bezem door te gaan.
Stel je hebt een winkel. Een detailhandelszaak met een breed assortiment in het midden- en lagere segment. Achterin de winkel is een wijnafdeling. Wijn is zo’n product waarop nauwelijks marge kan worden gemaakt, en al helemaal niet in het midden- en lagere segment. Halverwege de winkel is een nieuw schap geplaatst met cd-roms. Ook een product waar geld bij moet. En voorin de winkel staan de ‘kwartjesproducten’. Er gaat geen geld bij, maar het levert evenmin veel op. Het basisassortiment dus.

Je wordt als saneerder voor het dilemma geplaatst: wat houd ik in het assortiment en wat gaat eruit? Een Haagse saneerder zou het wel weten: de bezem erdoor. Wijn en cd-roms kosten geld, weg dus, en de rest levert vrijwel niks op, ook weg dus. Om de financiën in de hand te houden en het risico van echt verlies te minimaliseren is er maar één optie: stoppen met het hele assortiment. Oftewel winkel dicht. Niet alleen het vet weg, ook de spieren.


Dat beleid - in ondernemerskringen krijg je de doodstraf als je zoiets ‘beleid’ noemt - heeft geleid tot de huidige situatie in de huisartsenzorg. In alles is gesneden, niet alleen in het vet, maar ook in de spieren. De huisartsenzorg is uitgekleed tot op het bot. Het is een sector zonder spierballen geworden, zonder kracht, waar de rek volledig uit is.


Had het beter gekund? Tuurlijk. Een saneerder die het kind met het badwater weggooit, is geen saneerder maar een moordenaar. En moorden is makkelijker dan saneren. Saneren is een kunst, moorden een deformatie.

Hoe moet het wel? Je moet als saneerder beginnen met je basisassortiment, je core-business, te definiëren. Een aantrekkelijk assortiment voor een aantrekkelijke prijs. En dat alles te beoordelen door je doelgroep: de consument in de winkel, de patiënt bij de huisarts. De core-business van de huisarts is en blijft het verlenen van medische dienstverlening. En dat als eerste. Op een plek die heel toegankelijk is voor de patiënt. Daarna kijk je naar de presentatie en de aantrekkelijkheid van je assortiment. Wijn. Uit onderzoek weet je dat moeder op zaterdag vader meeneemt om de wijn te sjouwen. Dus met z’n tweeën de winkel in. Zorg er dan voor dat er in de schappen waar zij langskomen op weg naar de wijn, leuke hebbedingetjes voor paps staan. Die neemt hij en passant even mee ... En hij vindt er een lekker wijntje voor een heel lekkere prijs. Wijn is dus geen core-business, maar wel belangrijk voor de promotie van de rest van je assortiment.


In de huisartsenzorg betekent dit dat je niet alleen het genezen van etterende wonden tot de core-business moet rekenen, maar ook de functie van familiearts. Of preventieve taken. Daarin moet je investeren, daarop moet je zuinig zijn. Ze scheppen het ‘Umfelt’ voor effectief curatief medisch handelen in de eerste lijn.


En dan de rest van het assortiment. Pa en ma zullen veel minder gecharmeerd zijn van een cd-rom, want óf ze hebben weinig gevoel bij cd-roms óf ze willen echt keuze hebben. En dan gaan ze naar een speciaalzaak. Dus: fysiotherapie is geen taak van de huisarts, verloskunde in veel omstandigheden evenmin, en het plaatsen van een kunstheup ook niet. Conclusie: wijn erin, cd-roms eruit. Wijn behoort tot de musculatuur, cd-roms behoren tot het vet.

Ik kan me niet herinneren ooit een Haagse saneerder of een manager uit Zeist te hebben gesproken die de huisartsenzorg op die manier heeft beoordeeld. Het ging alleen over snijden, dondert niet waarin. En het resultaat is een slagveld. Een winkel met lege schappen. De tactiek van de verschroeide aarde heeft een eerstelijnszorg opgeleverd waarin, ondanks een chronisch gebrek aan basisvoorwaarden, huisartsen door hun persoonlijke inzet het niveau nog net acceptabel houden. Maar de rek is er volledig uit.


Het is te hopen dat politiek en zorgverzekeraars zich gedurende de komende informatie- en formatieperiode - en tijdens de acties - bewust worden van de nijpende problematiek. De patiënten weten het al, want die ervaren het steeds meer aan den lijve. En


- ‘Hallo, strategen uit Zeist en Den Haag, wakker worden!’ - het gaat om hén. Om de patiënten. De cliënten. Ons winkeltje is bedoeld voor hen. Het wordt tijd om de winkelier te helpen in plaats van hem te dwarsbomen.

Brieven

De HEMA

In de column van de voorzitter van de LHV vergelijkt de heer Vos de patiëntenzorg met het assortiment van de HEMA. Hoewel de totale vergelijking wat mank gaat, is de basisgedachte zeker een nadere overweging waard.

Het basispakket van de HEMA is te vergelijken met het basispakket dat de huisarts aanbiedt voor het vigerende abonnementstarief. Dit tarief gaat echter uit van een veel lagere contactfrequentie dan in werkelijkheid het geval is (factor 1,5) . Het basispakket draait derhalve verlies. Daarnaast heeft de huisarts, net als de HEMA, een aantal schappen met toegevoegde artikelen. Volgens Vos compenseert de HEMA hiermee het verlies op haar basispakket. Bij de huisarts zijn ook de tarieven voor deze producten dusdanig laag, dat ook hieraan niets verdiend is. Als voorbeeld noem ik kleine chirurgische verrichtingen. De tijd van een dubbel consult gaat bij het verwijderen van een atheroomcyste ruimschoots op. De hulp van de assistente, het hechtdraadje, en het steriliseren van instrumentarium maken dit product vervolgens verliesgevend.

Tenslotte noem ik de meningococcenvaccinatie. Deze taak kon goed door de huisarts gedaan worden, gebaseerd op de kennis opgedaan met griepvaccinaties. Dit schap had eindelijk eens winstgevend kunnen worden. Echter de minister koopt in dit geval haar spullen liever bij de MAKRO (lees GGD). De service en voorlichting zijn bij de MAKRO wat minder, maar wel enkele kwartjes goedkoper. De huisarts toont opnieuw begrip. Hij weet dat de minister op de kleintjes moet letten.

J.B. Braken, huisarts

Hardinxveld-Giessendam, 13 juni 2002

Federatienieuws basisverzekering
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.