Intensieve lipidenverlaging plus verminderen ontsteking soms nodig bij atherosclerose

Bij patiënten met atherosclerose die al een hoge dosering statines krijgen is ultrasensitief CRP een betere voorspeller van het risico op toekomstige cardiovasculaire gebeurtenissen en overlijden dan de LDL-cholesterolwaarde. Dat blijkt uit een analyse van drie gerandomiseerde trials (n=31.245) door Paul Ridker e.a., die is gepubliceerd in The Lancet.

Momenteel, betogen ze, is het onzeker of clinici een tweede lipidenverlagend middel of een ontstekingsremmer moeten kiezen voor deze patiënten. Volgens hen is inmiddels aangetoond dat gerichte anti-inflammatoire therapie met canakinumab of colchicine het aantal cardiovasculaire voorvallen aanzienlijk kan verlagen bij patiënten die statines krijgen zonder dat dit tot vermindering van het LDL-cholesterol leidt. Zelf vinden ze hun bevindingen echter het meest in overeenstemming met een dubbelspoor, dat wil zeggen gelijktijdig richten op de ontsteking en op atherogene lipiden. Het is in ieder geval onderwerp van lopend onderzoek. Daarin wordt ook gekeken naar andere dan de genoemde middelen.

Belangrijke stap

Jean-Claude Tardif en Michelle Samuel noemen in een commentaar de resultaten van deze studie een belangrijke stap voorwaarts in het begrijpen van de rol van cholesterol en ontsteking bij patiënten die statines krijgen. Toch manen ze tot voorzichtigheid bij de interpretatie. Ze waarschuwen voor confounding en bias; zo zijn statinegebruik en diabetes bekende confounders voor het verband tussen cholesterol, ontsteking en cardiovasculaire gebeurtenissen. Maar verder zijn ze het met de conclusie van Ridker e.a. in grote lijnen eens: intensieve lipidenverlaging en verminderen van de ontsteking sluiten elkaar niet uit, maar moet je zien als behandelingen die elkaar aanvullen bij deze patiëntengroep.