Laatste nieuws
Jan Hein Wijers
3 minuten leestijd
Federatienieuws

Zorg en zekerheid in de komende jaren

Plaats een reactie

Voor mijn eerste MC-column als voorzitter van een nieuwbakken federatiepartner van de KNMG is het lastig om te kiezen welke onderwerpen aan de orde moeten komen. Het begin is niet zo moeilijk: namens de NVVG wens ik iedereen een gezond en voorspoedig 2003 toe.
Daarna wordt het kiezen. Mijn vingers hangen bijna automatisch al boven het toetsenbord bij de letters W, A en O. Maar het is voor deze eerste column beter om te beginnen met het bespreken van inhoudelijke raakvlakken waarop samenwerken met de collega’s binnen de KNMG zinvol is.

Als de start van de samenwerking, namelijk het overleg van de afgelopen maanden tussen de KNMG en de NVVG, een voorbode is van wat ons in de toekomst samen te wachten staat dan zijn de voortekenen gunstig. De gesprekken die de afgelopen maanden in het kader van de aansluiting zijn gevoerd, verliepen voorspoedig en in een hartelijke en open sfeer.


Nu zijn we dan federatiepartner en is de vraag: welke concrete raakvlakken hebben we met de curatief werkzame collega’s en natuurlijk ook met de collega’s bedrijfsartsen?


Inhakend op de column van de voorzitter van de KNMG en op het hoofdredactioneel commentaar in de vorige MC is een verbetering van de intercollegiale communicatie een eerste aangrijpingspunt. Bijna alle verzekeringsartsen hebben door hun opleiding en vaak ook door curatieve ervaring wel een goed beeld van de rol en de werkzaamheden van hun collega’s die huisarts of specialist zijn. Omgekeerd is dat meestal minder het geval. Daarom ziet de NVVG de KNMG als een ontmoetings- en discussieplaats waardoor we elkaar beter zullen begrijpen. Op basis daarvan kunnen we ook beter samenwerken op de grensvlakken van arbeid en gezondheid.


Daar waar we in het recente verleden samenwerkten met zowel onze zustervereniging de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) als met de KNMG hebben we kunnen constateren dat we gezamenlijk een zinvolle bijdrage hebben kunnen leveren aan het aanpakken van verschillende sociaal-medische vraagstukken.


Er zijn ook andere raakvlakken met de curatief werkzame collega’s die nu om aandacht vragen. Bijvoorbeeld de in het hoofdredactioneel commentaar in MC 1 genoemde behoefte aan een betere onderlinge communicatie tijdens de gang van de patiënt door het curatieve kanaal en door het kanaal van de sociale zekerheid. De kwaliteit van het leven na een behandeling en de toegenomen aandacht voor de factor ‘arbeid’ bij ziekte en gezondheid zijn ook punten van overeenkomst. Sommige onderdelen van de op stapel staande plannen voor een nieuwe WAO vragen om een gezamenlijk standpunt van de curatief werkzame collega’s en de sociaal geneeskundigen.


Zeker, de verzekeringsgeneeskundigen hebben daarbij een andere invalshoek dan de collega’s uit de curatieve sector, maar als er goed wordt gekeken zijn we ook complementair werkzaam.


Het belang van de factor ‘arbeid’ in het behandelplan en het meer bewust meenemen van het niveau van functioneren tijdens en na een behandeling zijn voorbeelden waarop zorg en zekerheid beide werkzaam zijn. Ook hebben beide sectoren moeite met de optimale aanpak van moeilijk te objectiveren klachten. Noopt dit dan ook niet tot het ontwikkelen van een gezamenlijke visie en misschien zelfs een richtlijn?


Ik sluit mij van harte aan bij de voorzitter van de KNMG als hij in zijn column (MC 2003/1: 33) stelt dat de meerwaarde van de KNMG zal liggen in het ook over onze deelbelangen heen kijken naar de gemeenschappelijke mogelijkheden die samenwerking kan bieden.


Die samenwerking zal dan ook zijn vruchten afwerpen in het overleg met de politiek. Met meer kans van slagen kan dan worden meegewerkt aan ook in de praktijk goed bruikbare wet- en regelgeving.

Ten slotte: de sociale geneeskunde stoelt op een multifactorieel referentiekader. De mens wordt bezien vanuit een medische, biologische en psychosociale invalshoek. De overeenkomst met de curatief werkzame arts die ook de zieke achter de ziekte meeneemt in zijn behandeling, is groot. Ik kijk uit naar de onderlinge discussies op dit punt als een eerste stap op weg naar een optimale aanpak van de vraagstukken van de eenentwintigste eeuw op sociaal-medisch gebied.

Federatienieuws KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.