Laatste nieuws
2 minuten leestijd
Federatienieuws

Wat u moet weten over onbevoegd voorschrijven

Sinds kort ziet de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) verscherpt toe op het voorschrijven van UR-geneesmiddelen. Onbevoegd voorschrijven kan leiden tot een bestuurlijke boete. De IGZ controleert onder andere of instellingen over duidelijke regelingen beschikken en individuele professionals de grenzen van hun bevoegdheid in acht nemen. Wat moet u weten over de regelgeving omtrent onbevoegd voorschrijven?

Bepaalde geneesmiddelen zijn uitsluitend op recept verkrijgbaar; de zogenoemde UR-geneesmiddelen. In de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) is bepaald welke beroepsbeoefenaren bevoegd zijn om recepten voor UR-geneesmiddelen te schrijven. Van oudsher zijn dat drie beroepen: artsen, tandartsen en verloskundigen. Zij mogen voorschrijven binnen hun deskundigheidsgebied en voor zover zij bekwaam zijn.

In 2012 hebben verpleegkundig specialisten en physician assistants bij wijze van experiment en voor een periode van vijf jaar een voorschrijfbevoegdheid gekregen. De wet stelt een aantal voorwaarden aan die bevoegdheid. Zij mogen geneesmiddelen voorschrijven:

• binnen hun deskundigheidsgebied;

• voor zover het om minder complexe, routinematige recepten gaat waarvan de risico’s te overzien zijn.

Daarbij moet volgens landelijk geldende richtlijnen, standaarden en daarvan afgeleide protocollen worden gehandeld. Welke UR-geneesmiddelen dit exact zijn is afhankelijk van de lokale situatie. Hierover moeten afspraken gemaakt worden (zie de Handreiking implementatie taakherschikking op knmg.nl).

Toekennen voorschrijfbevoegdheid

De wet biedt daarnaast de mogelijkheid aan de minister om bepaalde groepen verpleegkundigen een voorschrijfbevoegdheid toe te kennen.

Van deze mogelijkheid heeft de minister gebruik gemaakt voor:

• Verpleegkundigen op het gebied van diabetes mellitus (vanaf 1 februari 2014)

• Verpleegkundigen op het gebied van astma en COPD (vanaf 1 februari 2014)

• Verpleegkundigen op het gebied van de oncologie (vanaf 1 december 2015 van toepassing op verpleegkundigen die met goed gevolg de module farmacotherapie hebben gevolgd).

Voorwaarden bij voorschrijfbevoegdheid

Aan de voorschrijfbevoegdheid zijn voorwaarden verbonden. Een van de voorwaarden is dat een arts eerst een diagnose (diabetes, astma of COPD) moet hebben gesteld. Bovendien moeten richtlijnen, standaarden en protocollen worden gevolgd. Het is daarnaast belangrijk om in de praktijk afspraken te maken over samenwerking tussen artsen en verpleegkundigen. Het gaat niet om een brede voorschrijfbevoegdheid, maar om een beperkt aantal geneesmiddelen. Diabetesverpleegkundigen mogen bloedglucose regulerende geneesmiddelen voorschrijven, longverpleegkundigen bepaalde inhalatiemedicatie.

Overige randvoorwaarden

Andere beroepsbeoefenaren, zoals bijvoorbeeld doktersassistentes en praktijkondersteuners, mogen geen recepten schrijven. Ook niet in opdracht van een arts. Wel mogen zij zogenaamd voorwerk verrichten door het recept te schrijven waarna de arts het recept controleert en vervolgens autoriseert. Een dergelijke werkwijze wordt vaak gebruikt bij herhalingsrecepten. De werkwijze waarbij de arts vooraf blanco receptpapier ondertekend en de doktersassistente het recept vervolgens invult, wordt als onjuist beschouwd.

KNMG

Beeld: ISTOCK
Beeld: ISTOCK
<b> PDF van het Federatienieuws</b>
Federatienieuws KNMG

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.