Laatste nieuws
Joost Visser
9 minuten leestijd

Excellente dokters

Plaats een reactie

Nederlandse artsen willen niet op een lijstje



In Amerika bestaan ze al jaren: lijsten van excellente dokters, samengesteld op basis van het oordeel van collegae. Niets leek eenvoudiger dan ook in Nederland zo’n lijst te maken. Het pakte anders uit.



Joost Visser

We stuitten er bij toeval op, twee maanden geleden. De site van BestDoctors.com, een database met de namen van tienduizenden Amerikaanse leading specialists, in vierhonderd specialismen en subspecialismen. Opvallend kenmerk: deze ‘beste dokters’ kiezen elkaar. Om de zoveel tijd krijgen zo’n 30.000 artsen die ooit als ‘the best’ werden aangemerkt, de eenvoudige vraag voorgelegd: ‘Als uzelf of een dierbare ander een dokter nodig heeft binnen uw vakgebied, en u kunt niet zelf behandelen, naar wie zou u hem of haar dan verwijzen?’ Ook mogen zij strikt vertrouwelijk commentaar leveren op de artsen binnen hun eigen specialisme die - net als zijzelf - hun plaats op de lijst al hebben veroverd.
Artsen die al op de lijst staan, kunnen hun plaats dus weer kwijtraken als hun collega’s al te veel kritiek hebben. Nieuwe ‘genomineerden’ worden aan de collectie toegevoegd, om vervolgens óók te worden onderworpen aan het zelfde rigorous peer-evaluation system. 

Peer-to-peer


Het systeem, zo claimen de initiatiefnemers, verenigt het beste uit twee werelden. Enerzijds wordt het informele peer-to-peer-oordeel er zichtbaar door, en wel dat van de allerbeste dokters in het land: ‘Not just any doctor can vote!’ Anderzijds doen er zó veel artsen mee (per jaar worden twee miljoen meningen verwerkt, soms meer dan tweehonderd over één individuele arts) dat iemands voorkeur voor een vriendje uit de eigen maatschap of juist zijn afkeer van een specialist in een concurrerend ziekenhuis, niet meetelt.


En alles natuurlijk voor het heil van de patiënten. Tegen betaling van 35 dollar mag iedereen jaarlijks twintig keer in het bestand zoeken naar een arts met een bepaald specialisme en binnen een bepaalde regio; per search worden de namen gegeven van twee artsen die aan de eisen voldoen.

Bescheiden


De vondst van de site maakte ons nieuwsgierig. Weliswaar kent ook Nederland een databank van topspecialisten, die van MediCoSelect, maar die wordt samengesteld door één, aan het bedrijf verbonden arts. Wie zouden de Nederlandse specialisten zélf precies zien als de ‘groten’ binnen hun vakgebied? We besloten tot een enquête, waarvan we de resultaten natuurlijk juist in dit nummer van Medisch Contact wilden publiceren. De opzet was bescheidener en - vonden wij zelf - beter afgestemd op de belevingswereld van de arts. Bescheidener, omdat slechts artsen van vier specialismen werd gevraagd mee te doen: cardiologen, gynaecologen, anesthesiologen en orthopeden. Beter afgestemd, omdat we meer wilden doen dan domweg vragen naar ‘de beste’. In plaats daarvan kregen de respondenten een herkenbare casus voorgelegd: een ‘naast familielid’, door de huisarts naar het specialisme verwezen, verwoordt zijn medisch probleem en vraagt bij wie hij terechtkan ‘voor een second opinion van de beste specialist’. Elk van de vier casussen - voor elk specialisme één - werd op de redactie geschreven en voor commentaar voorgelegd aan een prominent vertegenwoordiger van de beroepsgroep.


Enkele weken geleden vroegen wij ruim drieduizend artsen (álle specialisten binnen de betreffende specialismen) per brief om aan het onderzoek mee te doen. Deelname was eenvoudig: met één muisklik van onze site naar die van het bureau Intomart GfK, dat het onderzoek technisch uitvoerde; daarna was het een fluitje van een cent om de casus te lezen, de naam van de ‘beste specialist’ in te vullen en aan te geven waarom juist déze specialist de meest aangewezen persoon zou zijn.


De respons was ronduit teleurstellend. Niet meer dan 237 artsen namen de moeite om te reageren, 7 procent van het totaal; onder gynaecologen en orthopeden was het responspercentage iets groter (10%), onder cardiologen en anesthesiologen (in de casus per abuis aangeduid als ‘anesthesisten’) iets lager (7%); slechts 39 cardiologen vulden een naam in. Al bij al geen respons om een betrouwbaar lijstje met laureaten te kunnen opstellen. Dat doen we dan ook niet.

Anesthesist


Waarom lukt in Nederland niet wat in Amerika kennelijk geen probleem is? Iets van een antwoord is te vinden in de mailtjes die de redactie van Medisch Contact en Intomart GfK kregen toegestuurd.


Een specifieke reden is het ongelukkige gebruik van dat woord ‘anesthesist’ in plaats van ‘anesthesioloog’. Zo lazen wij: ‘Ik kan het billijken dat een medisch ongeschoolde de oude benaming gebruikt maar van medische instanties accepteer ik dit niet. Ik zal niet verder aan uw enquête meewerken tot deze gecorrigeerd is.’


Belangrijker is de kritiek op het gebruik van casuïstiek. Juist door de specifieke informatie daarin, zo werd geopperd, kan geen lijst worden opgesteld van de ‘beste’ cardiologen, maar alleen van de ‘beste’ interventiecardiologen, ‘terwijl dat juist niet de collega’s zijn waar je je familie naar toestuurt’. In het geval van de gynaecologie speelt hetzelfde: ‘Degene die ik in het hoofd had, heb ik wel genoemd, maar de casus stuurt wel erg naar een niet-obstetrische collega.’ Een terechte opmerking, maar bij de presentatie van de ranglijsten hadden wij daar uiteraard rekening mee gehouden. 

Oppervlakkig
Weerzin tegen het noemen van namen is doorslaggevend geweest, vermoeden wij. Wat wíj ‘makkelijk’ noemen, is voor een respondent dan al snel ‘een oppervlakkig, flinterdun en nietszeggend onderzoekje’. Alleen al de idee van een rangorde roept weerzin op. ‘In navolging van Panorama, Quote en de Gaykrant timmert de redactie van Medisch Contact aan de weg!’, schrijft een cardioloog in een lange, sierlijk geschreven tirade aan ons adres. ‘Wij krijgen straks de Beste Cardioloog van Nederland met foto’s, een achtergrondverhaaltje en natuurlijk de woning waar deze persoon tussen de heldendaden in ook wel eens vertoeft. Mogelijk ook de hond van de beste cardioloog van Nederland. (...) Na de hond ook de partner van de beste cardioloog van Nederland. Hetzij een duurzame geblondeerde vrouw met een bladblazer in de hand, hetzij een vlotte huisman, die oh zo gelukkig is met de uitslag van deze strikt geheime verkiezing. De favoriete muziek van de beste Cardioloog van Nederland komt natuurlijk ook aan bod. Het eerste pianoconcert in D mineur van Brahms is een binnenkomer.’

Maaiveld


Het mág niet. Natúúrlijk weten Nederlandse artsen, net als hun Amerikaanse collega’s, best tot wie zij zichzelf in een bepaalde situatie zeker wél en per se níet zouden wenden. Maar zij zeggen dat liever niet hardop. Dat Amerikaanse artsen daar ogenschijnlijk minder moeite mee hebben, is voor een deel een kwestie van schaal: één, positief of negatief, oordeel valt te midden van honderdduizenden artsen nu eenmaal minder op dan bij ons. ‘Als je leuk vriendjes maakt met je collega’s zul je eerder verkozen worden.’


Maar ook cultuurverschillen spelen mee. Dáár wordt van meet af aan de nadruk gelegd op het individueel presteren, het uitblinken en de beste zijn. Hier zijn we nuchterder. Het ‘doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg’ bestáát: jezelf verheffen boven het maaiveld wordt niet snel gewaardeerd, een ander daarboven uittillen is allerminst vanzelfsprekend.

Eigenschappen


Wij stelden álle respondenten de vraag welke eigenschappen van ‘uw collega’ belangrijk zijn voor de goede afloop. De antwoorden (van 237 respondenten) zijn dus iets (met de nadruk op íets) betrouwbaarder dan de reacties op de (per specialisme verschillende) casus. Vrijwel iedereen (97%) noemt objectieve kenmerken als een brede ervaring of technische vaardigheid. Ook belangrijk is het gegeven dat hij of zij altijd op de hoogte is van de ‘state of the art’ (97%) en goede communicatieve eigenschappen heeft (94%).


Reputatie ‘doet’ het echter veel minder. Niet meer dan 72 procent van de respondenten vindt het (zeer) belangrijk dat de arts werkt in een ziekenhuis dat goed bekend staat, 64 procent hecht eraan dat hij of zij deel uitmaakt van een maatschap die goed bekend staat. En - opvallend - het gegeven dat een arts zeer vooruitstrevend is op dit specifieke gebied, is eveneens voor een relatief kleine groep respondenten (65%) van belang. Cijfers die óók op een zekere mate van nuchterheid lijken te wijzen.

Een ranglijstje met de beste artsen, bezien door de collegae zelf: wij vonden het een goed idee en verheugden ons op een heldere uitslag. De uitgenodigde artsen zelf waren helaas minder enthousiast. Achteraf hadden we gewaarschuwd kunnen zijn. ‘Ik verwacht veel irritatie en weinig respons’, schreef ons de toporthopeed die desondanks bereid was ‘zijn’  casus vooraf van commentaar te voorzien. Hij heeft meer gelijk gekregen dan wij in ons ongebreidelde optimisme verwachtten.

De enquête:

Welkom. In dit onderzoek willen we u namens Medisch Contact een casus voorleggen.

 

 

Casus 1: buitenbaarmoederlijke zwangerschap

 

Een naast familielid van u is door de huisarts naar een gynaecoloog verwezen vanwege een positieve zwangerschapstest in combinatie met bloedverlies en buikklachten. Het vermoeden van een extra uteriene graviditeit is in het plaatselijke ziekenhuis echografisch bevestigd. Vanwege angst voor onvruchtbaarheid weet uw familielid niet voor welke van de voorgestelde behandelingen – afwachtend beleid, medicatie of operatief ingrijpen – ze moet kiezen. Ook geeft ze te kennen eigenlijk nog steeds aan de gestelde diagnose te twijfelen.

Omwille van de familieband wil ze geen beroep op u doen maar komt wel bij u om raad. Ze vraagt letterlijk bij wie ze moet zijn voor “een second opinion van de beste gynaecoloog”.

 

Casus 2: knieklachten

 

Een naast familielid van u (leeftijd 55 jaar) is door de huisarts naar een orthopeed verwezen vanwege knieklachten. Volgens de orthopedisch chirurg van het plaatselijk ziekenhuis duiden anamnese en lichamelijk onderzoek op ernstige artrose. De orthopeed stelt voor om door een osteotomie het been recht te zetten, maar twijfelt of dat afdoende is. Omdat uw familielid zo ongeveer leeft voor zijn skivakanties wil hij alles op alles zetten om zijn knie weer in orde te krijgen. De twijfel van de orthopedisch chirurg over de keuze van de behandeling boezemt hem echter geen vertrouwen in. Omwille van de familieband wil hij geen beroep op u doen, maar hij komt wel bij u om raad. Letterlijk vraagt hij bij wie hij moet zijn voor “een second opinion van de beste orthopeed”.

 

 

Casus 3:  pijn op de borst

 

Een naast familielid van u is onlangs door de huisarts verwezen naar een cardioloog omdat hij tijdens een tennistoernooi aanhoudende pijnen in de borststreek voelde met uitstraling naar de hals. Tussen de wedstrijden door heeft hij geen last.

De jonge cardioloog in het plaatselijke ziekenhuis concludeert dat er sprake is van ernstige instabiele angina pectoris en wijst uw familielid op de mogelijkheid van percutane transluminale coronair angioplastiek (PCTA) of een bypassoperatie. Dit kan in hetzelfde ziekenhuis plaats vinden. Coronaire angiografie wijst uit dat er twijfel is over de technische haalbaarheid van de katheterinterventie. Uw familielid heeft hierop te kennen gegeven een behoefte te hebben aan een second opinion. Eigenlijk heeft hij maar weinig vertrouwen in de cardioloog in kwestie

Omwille van de familieband wil hij geen beroep op u als doen maar hij komt wel bij u om raad. Letterlijk vraagt hij bij wie hij moet zijn voor “een second opinion van de beste cardioloog”.

 

 

 

Een naast familielid van u is door de huisarts naar een gynaecoloog verwezen vanwege klachten die duiden op een ernstige verzakking van de baarmoeder. In het plaatselijke ziekenhuis bevestigd men dit en wordt een hysterectomie voorgesteld. In het preoperatieve onderzoek geeft de anesthesist aan enigszins te twijfelen aan de mogelijkheid tot opereren vanwege het ernstige overgewicht van uw familielid. Hij raadt haar aan eerst af te vallen. Uw familielid probeert echter al jaren zonder succes af te vallen en wil graag op korte termijn van haar baarmoederklachten af. Vervolgens belt ze u. Omwille van de familieband wil ze geen beroep op u doen maar komt wel bij u om raad. Ze vraagt letterlijk bij wie ze moet zijn voor “een second opinion van de beste anesthesist”.

 

1. De eerste vraag die wij u willen stellen is:

 

“Welke in Nederland werkzame anesthesist/(interventie)cardioloog/gynaecoloog/orthopedisch chirurg raadt u haar aan?”

 

Hieronder kunt u de naam van de anesthesist/(interventie)cardioloog/gynaecoloog/orthopedisch chirurg van uw keuze en het ziekenhuis waar deze werkt invullen.

 

Naam:

 

Voorletters:

 

Ziekenhuis waar deze anesthesist/(interventie)cardioloog/gynaecoloog/orthopedisch chirurg  werkt:

 

Plaatsnaam:

 

2. Vervolgens willen we u vragen welke eigenschappen van uw collega anesthesist/(interventie)cardioloog/gynaecoloog/orthopedisch chirurg u belangrijk acht voor de goede afloop van de casus. U kunt kiezen uit de volgende antwoordmogelijkheden:

 

1. Zeer belangrijk

2. Belangrijk

3. Onbelangrijk

4. Zeer onbelangrijk

5. weet niet

 

Is altijd op de hoogte van de

state of the art

 

 

Dit waren onze vragen. Dank u voor uw medewerking. De uitslag van dit onderzoek wordt gepubliceerd in een van de volgende nummers van Medisch Contact.

 

 

 

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.