Laatste nieuws
Saakje Mulder
7 minuten leestijd

Een probleem van formaat

Plaats een reactie

Ongevalsletsels hebben grote impact op de volksgezondheid



Ongevalsletsels vormen een aanzienlijk en vermijdbaar volksgezondheidsprobleem. Zij gaan gepaard met veel verloren levensjaren en de zorgkosten als gevolg ervan zijn hoog. Letsels blijven daarom een belangrijk aandachtsgebied in de (preventieve) gezondheidszorg.

Henriëtte Treurniet en Saakje Mulder


Hoe groot is de impact van ongevalsletsels op de volksgezondheid? En wat is het relatieve belang van letsels vergeleken met andere belangrijke volksgezondheidsproblemen? Deze vragen staan in dit artikel centraal. De gepresenteerde gegevens zijn afkomstig uit het in 2002 verschenen samenvattend rapport van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV).1 Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft dit rapport opgesteld in samenwerking met vele onderzoekers en instituten in Nederland.


In totaal zijn er in de VTV 53 (groepen) ziekten en aandoeningen beschreven die allemaal in belangrijke mate afbreuk doen aan de gezondheid van Nederlanders. Daaronder vallen zes ongevalscategorieën: verkeersongevallen, privé-ongevallen, arbeidsongevallen, sportblessures, suïcide en zelfbeschadiging, en geweld. Om het belang van de verschillende ziekten en aandoeningen te beschrijven, worden uiteenlopende indicatoren gebruikt, zoals sterfte, verloren levensjaren, prevalentie, incidentie, kosten van de gezondheidszorg en trends. De daarvoor benodigde gegevens zijn afkomstig uit diverse gegevensbronnen. In zijn algemeenheid zijn dit registraties in de gezondheidszorg, zoals de Continue Morbiditeitsregistratie Nijmegen en de Landelijke Medische Registratie (LMR) van Prismant, of bevolkingsonderzoeken (bijvoorbeeld de Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study, NEMESIS, van het Trimbos instituut). Gegevens over ongevalsletsels en de sterfte daaraan zijn onder meer afkomstig uit de Doodsoorzakenstatistiek van het CBS, het Letsel Informatie Systeem van Consument en


Veiligheid, de LMR en de Enquête Ongevallen in Nederland.


Een gedetailleerde beschrijving van de gebruikte bronnen en methoden blijft in dit artikel buiten beschouwing. Hiervoor verwijzen we de lezer naar

www.nationaalkompas.nl

en

www.kostenvanziekten.nl

.

Rangorden


Sterfte. De belangrijkste doodsoorzaken in Nederland zijn nog steeds coronaire hartziekten en beroerte, samen verantwoordelijk voor bijna 30.000 doden in 2000 (tabel 1). Direct daarop volgen ziekten en aandoeningen van de ademhalingswegen. Ongevallen hebben jaarlijks weliswaar een aanzienlijk aantal doden tot gevolg, maar staan zeker niet bovenaan in de lijst van veelvoorkomende doodsoorzaken. Binnen de categorie ongevalsletsels is de meeste sterfte het gevolg van privé-ongevallen, zelfdoding en verkeersongevallen. Arbeidsongevallen en geweld zijn relatief kleine doodsoorzaken (respectievelijk 96 en 180 doden in 2000). Sportblessures leiden nagenoeg niet tot sterfte.


Verloren levensjaren. Het beeld dat uit de sterftecijfers naar voren komt, wordt genuanceerder als rekening wordt gehouden met de leeftijd van overlijden. Dit gebeurt met de indicator ‘verloren levensjaren’. Daarin wordt de leeftijd van overlijden meegenomen; op jonge leeftijd overlijden, telt dan zwaarder mee. Omdat zelfdoding en verkeersongevallen vooral op jonge leeftijd plaatsvinden, gaan deze letsels gepaard met relatief veel verloren levensjaren. In de toptien van aandoeningen met de meeste verloren levensjaren staan ze op de vijfde en negende plaats (tabel 2). Privé-ongevallen staan op de elfde plaats met 40.000 verloren levensjaren. Dat ongevallen relatief veel jonge mensen treffen wordt nog inzichtelijker als we kijken naar het gemiddelde aantal verloren levensjaren per sterfgeval. Door moord en doodslag, bedrijfsongevallen, verkeersongevallen en zelfdoding gaan gemiddeld tussen de 40 en 47 jaar van een mensenleven verloren. Alleen aandoeningen die zich rond of vlak na de geboorte presenteren, overtreffen hier de ongevalsletsels.


Incidentie. Ook wat het aantal nieuwe gevallen betreft, scoren letsels hoog (tabel 3). Privé-ongevallen staan met 1,3 miljoen nieuwe gevallen in 2000 op de tweede plaats van aandoeningen met de hoogste incidentie. Sportongevallen volgen op de zesde plaats, terwijl ook verkeersongevallen en bedrijfsongevallen, met elk 0,3 miljoen slachtoffers, de toptien bezetten.


Kosten. Ongevalsletsels hebben eveneens een aanzienlijke impact op de kosten van de gezondheidszorg (dat wil zeggen, de kosten van preventie, diagnostiek, behandeling, verpleging en verzorging). Arbeids-, sport- en privé-ongevallen, hier overigens samengenomen als één categorie, nemen de derde plaats in van aandoeningen die tot hoge kosten leiden. In totaal waren deze ongevallen in 1999 verantwoordelijk voor 3 procent van alle gezondheidszorgkosten (tabel 4). Daarmee zijn arbeids-, sport- en privé-ongevallen samen kostbaarder dan beroerte of coronaire hartziekten.


Trends. Sommige ongevalsletsels nemen in aantal af in de tijd. Dit was tussen 1990 en 2000 bijvoorbeeld het geval voor sportblessures (tabel 5). Mogelijk komt dit doordat NOC*NSF en Consument en Veiligheid de campagne ‘Sport blessurevrij’ hebben gevoerd, met daarin extra aandacht voor de preventie van sportblessures.2 Een andere mogelijke verklaring is een wijziging in het patroon van sportdeelname (bijvoorbeeld minder contactsporten). Tegenover deze gunstige ontwikkeling in het aantal sportblessures staat ook een ongunstige: in dezelfde periode zijn met name privé-ongevallen verhoudingsgewijs sterk gestegen. Ze staan op de tweede plaats van ziekten en aandoeningen waarvan de incidentie sterk is gestegen. Een mogelijke oorzaak hiervan is dat mensen steeds meer vrije tijd krijgen en die ook actiever gaan besteden. De belangrijkste stijgers als het gaat om sterfte zijn longaandoeningen, de belangrijkste daler is coronaire hartziekten. In de sterfte ten gevolge van ongevallen hebben zich niet zodanig grote veranderingen voorgedaan dat ze in de topvijf van sterke stijgers of dalers verschijnen.

Vermijdbaar


Al met al is het duidelijk dat ongevalsletsels een aanzienlijk en vermijdbaar volksgezondheidsprobleem vormen. De incidentie is hoog (vooral van privé-ongevallen) en ongevallen gaan gepaard met veel verloren levensjaren. Tevens zijn de zorgkosten ten gevolge van letsels hoog en zijn zeker niet alle trends gunstig. Daarmee blijven letsels een belangrijk aandachtsgebied binnen de (preventieve) gezondheidszorg. Ook het kabinet heeft in de onlangs verschenen nota ‘Langer gezond leven’ aangegeven dat het het aantal ongevallen in de privé-sfeer wil laten dalen, met 10 procent tussen 2001 en 2008.3


Bij dit alles is de blijvende beschikbaarheid van basisinformatie over ongevalsletsels van groot belang. Deze informatie is onder meer nodig voor het stellen van prioriteiten en het bepalen van doelgroepen, inhoud en effecten van interventies. Zoals dit artikel laat zien, is er over het vóórkomen van letsels relatief veel bekend. Dit is in belangrijke mate te danken aan werkers in de gezondheidszorg, die steeds weer de discipline opbrengen om de betreffende gegevens, onder andere in het Letsel Informatie Systeem, vast te leggen. De voortzetting van deze inspanningen is nodig om ook in de toekomst de ontwikkelingen op het gebied van letsels te kunnen blijven volgen.

mw. drs. H. Treurniet,


Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, centrum voor Volksgezondheid Toekomst Verkenningen, Bilthoven


mw. dr. ir. S. Mulder,


Stichting Consument en Veiligheid, Amsterdam


Correspondentieadres: RIVM, centrum voor Volksgezondheid Toekomst Verkenningen, Postbus 1, 3720 BA Bilthoven. E-mail:

henriette.treurniet@rivm.nl

.

Referenties
1. Oers JAM van, red. Gezondheid op koers? Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2002. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum, 2002.   2. Consument en Veiligheid. Veiligheid in de privé-sfeer: Op koers! Amsterdam, maart 2003.  3. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Langer gezond leven. Den Haag, november 2003.

SAMENVATTING


l Ongevalsletsels vormen een aanzienlijk volksgezondheidsprobleem.


l Relatief veel jonge mensen overlijden eraan en deze letsels veroorzaken daardoor veel ‘verloren levensjaren’.


l Ook de toptien van aandoeningen met de hoogste incidentie bevat diverse categorieën letsels: privé-ongevallen, sportongevallen, verkeersongevallen en bedrijfsongevallen.


l Daarnaast leiden ongevallen tot hoge zorgkosten en zijn ook de trends, met name in privé-ongevallen, de afgelopen tien jaar niet allemaal even gunstig.


l Letsels blijven daarom voorlopig een belangrijk aandachtsgebied binnen de (preventieve) gezondheidszorg.

 

Aanvullende gegevens RIVM:


Onderstaande rangordetabellen zijn te vinden in het Nationaal Kompas Volksgezondheid ( www.nationaalkompas.nl ). De rangordes zijn gebaseerd op een selectie van 53 ziekten. In het Kompas is nog veel meer informatie te vinden over het voorkomen van alle 53 ziekten en aandoeningen, hun belangrijkste risicofactoren, preventiemogelijkheden en zorggebruik.

 

 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000 naar prevalentie

 

 

 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000, naar incidentie

 


 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000, naar sterfte

 

 

 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000 naar verloren levensjaren

 

 


 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000 naar verlies in

 kwaliteit van leven (uitgedrukt in Ziektejaarequivalenten)

 

 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000, naar ziektelast

(uitgedrukt in DALY’s)

 


 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000 naar totale kosten

 

 

 

De top 10 van ziekten en aandoeningen in 2000 naar kosten per

ziektegeval in 2000

 


 

Rangordening op basis van grootste statistisch significante verandering in de periode 1990-2000 a

 


 

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.