Boek: De helpende hand

Volksherstel door Gezinsherstel

De jaren na de Tweede Wereldoorlog gelden als de beginperiode van wat we de verzorgingsstaat zijn gaan noemen. Daarin werd zorg een taak voor de overheid. Aanvankelijk was kleinschaligheid troef: huisarts en wijkverpleging kwamen bij de mensen thuis; stelden ze vast dat moeder de zorg voor de kinderen niet aan kon door ziekte of anderszins dan schakelden ze de gezinszorg in. Onder het motto ‘Volksherstel door Gezinsherstel’ werden na de Tweede Wereldoorlog tienduizenden Nederlandse vrouwen opgeleid om als gezinsverzorgster weduwnaarsgezinnen, chronisch zieken en bejaarden te helpen. Tot in de jaren tachtig, toen honderdduizenden vrouwen het vak uitoefenden. Ze waren de voorlopers van de huidige thuiszorg, die veel kariger is, want de gezinsverzorgster was – zo weet ook ondergetekende -  de gehele dag aanwezig in het gezin. Ze deed het huishouden en de boodschappen, ze kookte, en was al met al een soort surrogaatmoeder.

Eva Vriend heeft hun geschiedenis geboekstaafd in De helpende hand. Dat heeft ze mooi en met groot inlevingsvermogen gedaan. Ze heeft kennis uit de eerste hand: haar moeder was  gezinsverzorgster, werd ziek, overleed en het gezin raakte zelf aangewezen op deze vorm van zorg. Vriends persoonlijke herinneringen mengen zich zo fraai met een meer ‘objectieve’, eerste geschiedschrijving van dit vak. Henk Maassen

De helpende hand, Eva Vriend, Uitgeverij Balans, 247 blz, 18,95 euro

Bestel direct: Paperback € 18,95 | Ebook € 9,99