Dwangmaatregelen per ggz-instelling over drie jaar openbaar

Alle dwangmaatregelen per instelling in de ggz moeten vanaf 2021 openbaar worden gemaakt door de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd. Daarmee moet er inzicht komen in de toepassing van dwang en relevante ontwikkelingen daarin.

Dat schrijft staatssecretaris Paul Blokhuis in een brief aan de Tweede Kamer. Hij reageert hiermee op een motie van Tweede Kamerlid Linda Voortman van GroenLinks. Zij stelde in de motie van december 2017 dat transparantie kan helpen inzicht te krijgen in de toepassing van dwangmaatregelen, relevante ontwikkelingen en uitschieters in instellingen of regio’s.

Volgens Blokhuis biedt de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, die in 2020 van kracht wordt, grondslag voor het publiceren van de gegevens. Ook lijkt volgens de staatssecretaris de voorgenomen wijziging van de Gezondheidswet juridisch de aangewezen weg om de openbaarmaking te regelen. Deze wet biedt namelijk op de mogelijkheid om op grote schaal gegevens openbaar te maken, maar er zou wel een algemene maatregel van bestuur voor moeten worden geregeld.

Op dit moment publiceert de IGJ al gegevens over het gemiddeld aantal separaties en de gemiddelde duur per ggz-instelling. Op landelijk niveau worden cijfers over overige dwangmaatregelen gepubliceerd, die die de ggz-instellingen aanleveren. De inspectie en veldpartijen moeten in de aankomende periode uitwerken hoe de informatie over dwangmaatregelen het beste verzameld en verwerkt kan worden. Volgens Blokhuis moet het gaan om zinvolle informatie, waarbij de regeldruk van instellingen niet toeneemt. Ook stelt hij dat er naar verwachting kwalitatief onderzoek nodig is, om verschillen tussen instellingen te kunnen duiden. Kale cijfers over toegepaste dwangmaatregelen per instelling zeggen namelijk nog niets over de kwaliteit van de geleverde zorg, aldus Blokhuis.