Ziekenhuis discrimineerde patiënt met psychiatrisch verleden – en dat was niet de enige fout

Een ziekenhuis discrimineerde een patiënt vanwege zijn psychiatrische voorgeschiedenis. Dat oordeelt het College voor de Rechten van de Mens. In plaats van de postoperatieve aanhoudende pijnklachten te onderzoeken, werd ‘aangestuurd’ op hulp van de ggz. Later bleek een ‘achtergebleven voorwerp’ de boosdoener te zijn.

Het College voor de Rechten van de Mens oordeelt dat de Stichting ZBC Zuyderland Medisch Centrum een patiënt heeft gediscrimineerd vanwege zijn psychiatrische voorgeschiedenis. In plaats van de aanhoudende postoperatieve buikpijnklachten te onderzoeken – zoals gebruikelijk is – werd ‘aangestuurd’ op hulp van de ggz. De patiënt is in het verleden behandeld voor ‘psychiatrische klachten’. Volgens de patiënt duurde het daardoor jaren voordat een kijkoperatie plaatsvond. In totaal werd de man 25 keer opgenomen vanwege de pijnklachten. Bij de kijkoperatie werd ‘een lichaamsvreemd voorwerp’ gevonden ‘ter hoogte van de operatienaad in de darmen’.

Perken te buiten

De Geschillencommissie Ziekenhuizen stelde eerder al vast dat de patiënt ‘naar alle waarschijnlijkheid minder en korter last’ zou hebben gehad van de pijnklachten ‘bij een juiste behandeling’. Het college voegt hieraan toe dat het ziekenhuis ‘verboden onderscheid op grond van handicap of chronische ziekte’ heeft gemaakt. Dat blijkt onder andere uit opmerkingen van het ziekenhuispersoneel.

Een opmerking van de behandelend chirurg gaat volgens het college ‘zodanig de perken van een goede arts-patiëntrelatie te buiten, dat het niet anders kan dan dat verzoeker door zijn medische voorgeschiedenis als minderwaardig wordt weggezet en in een negatief daglicht is geplaatst’. De chirurg beweerde na de kijkoperatie dat de patiënt ‘het lichaamsvreemde voorwerp zelf anaal zou hebben ingebracht’.

Klachtencommissie

Het ziekenhuis ‘betwist niet dat de uitspraken zijn gedaan’, maar stelt ‘dat het nu lastig is om nog vast te stellen wat er precies wel en niet is gezegd’. Hieraan is het ziekenhuis ook debet. Dat heeft namelijk ‘geen onderzoek’ gedaan naar de klachten van de patiënt over de discriminerende opmerkingen. Het erkent dat ‘dit niet goed is aangepakt’. Ook het college is van oordeel dat het ziekenhuis onzorgvuldig was bij de klachtenafhandeling.