VWS staakt juridische strijd en wil dialoog over concentratie kinderhartchirurgie

Het ministerie van VWS gaat niet in beroep tegen de uitspraak van de rechter over de kinderhartchirurgie, die concludeerde dat het besluit tot concentratie van vier naar twee ziekenhuizen niet zorgvuldig was verlopen. In plaats daarvan wil demissionair minister Pia Dijkstra gesprekken voeren met de umc’s en de patiëntenverenigingen over hoe wél geconcentreerd moet worden.

Het ministerie vindt het ‘niet constructief’ om via de rechter het concentratievraagstuk rondom de kinderhartchirurgie te gaan oplossen, schrijft zij in een Kamerbrief op 21 februari. Wel blijft de noodzaak van concentratie wat minister Pia Dijkstra betreft overeind staan. Ze heeft het vertrouwen dat er afspraken zullen voortkomen uit de gesprekken die het ministerie hierover gaat voeren met de umc’s, patiëntenverenigingen en andere betrokkenen. Op den duur wil ze, mogelijk door het aanstellen van een onafhankelijk voorzitter, een bestuurlijk akkoord sluiten met de umc’s. De woordvoerder van VWS laat weten dat het tijdpad van het hele traject nog niet duidelijk is. Ook het UMC Groningen en het Erasmus MC gaan niet in beroep tegen het besluit.

Dijkstra heeft het vertrouwen dat de umc’s mee gaan werken, aangezien de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) recentelijk een plan heeft opgesteld om tot concentratie te komen. Navraag bij de NFU leert dat er inderdaad een plan ligt, maar dat is niet openbaar.

Onzorgvuldig besluit

In 2023 besloot het ministerie van VWS het aantal hartcentra, dat interventies en operaties bij kinderen met verworven of aangeboren hartafwijkingen (maar ook de hoogcomplexe interventies bij volwassenen) mag uitvoeren, terug te brengen van vier naar twee centra, te weten het Erasmus MC en het UMC Groningen. De kinderhartchirurgiecentra van de umc’s van Leiden/Amsterdam en Utrecht spanden een rechtszaak aan en kregen van de rechter gelijk. Het besluit was onzorgvuldig. Zo vindt de rechter dat de minister onvoldoende onderzocht heeft wat de bredere gevolgen zouden zijn van het besluit, zoals het voortbestaan van een kinderintensivecare in Leiden/Amsterdam en Utrecht.