Poeptransplantatie effectief bij C. difficile-infectie, niet bij Crohn

Dat fecale microbiota transplantatie (FMT) een effectieve behandeling voor recidiverende Clostridium difficile-infecties is, was al wel bekend. Een nieuwe Cochrane-review verschenen in de Cochrane Database of Systematic Reviews door Nathan Zev Minkoff e.a. laat dat nog eens nadrukkelijk zien: in een periode van acht weken na zo’n behandeling kreeg 77 procent geen herinfectie, tegen 40 procent van degenen die alleen met antibiotica werden behandeld. Minkoff e.a. analyseerden de geaggregeerde gegevens van zes trials (n=320), waarin FMT werd vergeleken met een standaard vancomycinetherapie.

Dysbiose

Er zijn aanwijzingen dat een ongezonde mix van darmbacteriën (dysbiose) het risico op herhaalde of meervoudige C. difficile-infecties kan verhogen, hetgeen kan leiden tot levensbedreigende diarree. Dysbiose wordt vaak veroorzaakt door het gebruik van antibiotica. De standaardbehandeling met antibiotica kan juist daardoor leiden tot een vicieuze cirkel van een kort behandeleffect gevolgd door een terugkerende infectie. Dit gebeurt bij bijna een derde van de besmette personen.

Het transplanteren van gezonde donorontlasting naar een darm met dysbiose is bedoeld om het microbioom weer in balans te brengen, waardoor het risico op terugkeer van C. difficle aanzienlijk wordt verminderd.

Colitis ulcerosa

Aangenomen wordt dat dysbiose ook een rol speelt in de pathogenese van colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn. Aamer Imdad e.a. gingen in een Cochrane-review na of met FMT ook bij deze ziekten goede resultaten zijn te boeken. Dat bleek tegen te vallen. Zij includeerden twaalf studies, met in totaal 550 deelnemers. Wat colitis ulcerosa betreft waren de uitkomsten weliswaar veelbelovend, maar stevige conclusies vallen nog niet te trekken. De resultaten voor de ziekte van Crohn waren niet overtuigend.