Kleine medische praktijk mag zonder toezichthouder
Plaats een reactieKleine medisch-specialistische instellingen hoeven geen interne toezichthouder te hebben om een toelatingsvergunning te kunnen krijgen. De toezichthouders-eis wordt losgelaten omdat deze niet proportioneel wordt geacht. Dat geldt ook huisartspraktijken.
De Tweede Kamer heeft begin dit jaar ingestemd met de Wtza (Wet toetreding zorgaanbieders), die een meldplicht voor alle nieuwe zorgaanbieders introduceert. Ook moeten zorginstellingen met meer dan tien zorgverleners aan strengere eisen voldoen voordat ze een toelatingsvergunning krijgen. De Wtza moet het huidige systeem van de Wet toelating zorginstellingen (Wtzi) vervangen. In een ontwerp-uitvoeringsbesluit dat nu ter consultatie ligt, zijn uitzonderingen op de meld- en vergunningsplicht opgenomen.
Eén van de eisen in de Wtza is dat zorgaanbieders over een onafhankelijke interne toezichthouder moeten beschikken, die bestaat uit drie natuurlijke personen, om een vergunning te kunnen krijgen. Het ontwerpbesluit meldt hierop een uitzondering voor medisch-specialistische instellingen waar tien of minder zorgverleners werken. Voor zulke zorgaanbieders is het aanstellen van zulk toezicht ‘moeilijk uitvoerbaar en werkbaar’, aldus minister Martin van Rijn (Medische Zorg) in een toelichting. Ook huisartspraktijken waar minder dan 25 zorgverleners werken, hoeven geen toezichthouder aan te wijzen. Voor hen wordt het belang ervan ‘in mindere mate aanwezig geacht’.
Verder worden in het ontwerpbesluit nieuwe abortusklinieken uitgezonderd van de meld- en vergunningsplicht. Zij moeten al over een vergunning op basis van de Wet afbreking zwangerschap beschikken. Daardoor zijn ze al in beeld van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), is het idee achter de uitzondering. Verder zijn aanbieders van militaire gezondheidszorg uitgezonderd van de meld- en vergunningsplicht omdat zij vallen onder de Inspectie Militaire Gezondheidszorg die al informatie deelt met de IGJ. Ook justitiële inrichtingen voor forensische zorg die rechtstreeks onder het ministerie van Justitie en Veiligheid vallen, krijgen volgens het besluit deze vrijwaringen, maar voor private forensische instellingen blijft de vergunningplicht gehandhaafd.
De verwachting is dat de Wtza in juli 2021 in werking treedt. Het wetsvoorstel zelf ligt op dit moment nog ter behandeling in de Eerste Kamer.
lees ook- Er zijn nog geen reacties