Simpele test verraadt atriumfibrilleren

Het routinematig voelen van de pols is de beste manier om boezemfibrilleren op te sporen bij 65-plussers. Dat blijkt uit een studie door onderzoekers op het gebied van huisartsgeneeskunde uit Birmingham.

De incidentie van boezemfibrilleren neemt sterk toe met de leeftijd. De hartaandoening is een belangrijke risicofactor voor herseninfarcten en andere trombo-embolische problemen. In hun onderzoek, gepubliceerd in British Medical Journal, vergelijken David Fitzmaurice c.s. de resultaten van actieve screening met die van opportunistische screening (casefinding) en een inactief beleid.

Ruim 4400 Britten kregen een uitnodiging voor een bezoek aan de huisarts, waar vervolgens een elektrocardiogram zou worden gemaakt. Iets meer dan de helft ging op die uitnodiging in. In een jaar tijd leverde dat 74 nieuwe gevallen van atriumfibrilleren op. Een andere groep, van bijna 5000 personen, werd geïdentificeerd als behorende bij de risicogroep. Deze groep werd niet actief benaderd, maar kreeg bij een huisartsenbezoek het aanbod de pols te laten meten. Ruim 3000 patiënten gingen daarop in, waarmee binnen een jaar 75 nieuwe gevallen van atriumfibrilleren aan het licht kwamen.

In een controlegroep van bijna 5000 patiënten vonden artsen in een jaar tijd 47 nieuwe gevallen van de hartkwaal zonder dat er actief naar was gezocht.

De auteurs concluderen dat screening zinvol is. Actieve opsporing met een elektrocardiogram is evenwel overbodig als artsen er bij risicopatiënten maar aan denken om even de pols op te nemen. << RC

BMJ, online first 3 augustus

Beeld: ANP