Laatste nieuws
Rob Bruntink
2 minuten leestijd

Palliatieve zorg

Plaats een reactie


Binnen een betrekkelijk korte tijdspanne zijn in Nederland enige tientallen hospices en palliatieve afdelingen in verpleeghuizen, ziekenhuizen en verzorgingshuizen ontstaan, maar ook huisartsen, thuiszorg en vrijwilligers rekenen de intensieve stervensbegeleiding in toenemende mate tot hun taak.


In Een goede plek om te sterven maakt Rob Bruntink, hoofdredacteur van het vakblad Pallium, in een vlotte stijl de lezer wegwijs in de palliatieve zorg zoals die in ons land gestalte heeft gekregen. Behalve een praktische gids - de

auteur heeft een uitgebreide, actuele adressengids opgenomen, beantwoordt omstandig de vraag ‘waar kun je terecht voor palliatieve zorg?’ en staat stil bij de financiering van de zorg - is Een goede plek om te sterven ook een voor iedereen toegankelijke uiteenzetting van de principes van de palliatieve zorg.


Bruntink opent met de terechte stelling dat palliatieve zorg zich onderscheidt van de reguliere gezondheidszorg in haar streven naar compleetheid: er is ook aandacht voor de psychologische, spirituele en sociale facetten van het ziek-zijn.


Het is een vergissing te denken dat palliatieve zorg een synoniem is voor pijnbestrijding, maar deze is er doorgaans wel een belangrijk onderdeel van. Daarbij gaat men uit van een zogenaamde totale pijnvisie: pijn beperkt zich in die visie niet tot lichamelijk lijden, maar kan ook psychologische, sociale of spirituele kanten hebben.


Het lijkt een open deur, maar goede palliatieve zorg betekent duidelijke communicatie tussen patiënt, familie en hulpverlener. Zeker in het laatste stadium van een ongeneeslijke aandoening volgen symptomen elkaar snel op. De benauwdheid is net onder de knie of obstipatie dient zich aan. Is die klacht verlicht, dan volgt verwardheid of hoofdpijn of weer iets anders. ‘Het blijft maar doorgaan’, zegt een huisarts in Bruntinks boek. En dat is frustrerend voor alle betrokken partijen. Het moet daarom voor patiënt en familie tijdig duidelijk zijn dat deze snelle afwisseling van klachten bij de terminale fase horen.


Bruntink benadrukt dat de begeleiding van stervende patiënten en hun naasten (thuis of in een hospice) door hulpverleners vrijwel altijd wordt gezien als ‘een rijke, intense ervaring, die echter veel van hen vraagt’. In de palliatieve zorg wordt een sterk beroep gedaan op de mens achter de hulpverlener, schrijft hij. Het is dan ook niet gemakkelijk om werk en privé strikt gescheiden te houden. Niet voor niets is het in veel landen zo geregeld dat fulltime banen in deze tak van gezondheidszorg niet of nauwelijks bestaan. Voornaamste reden: voorkomen dat hulpverleners opgebrand raken. Helaas, zo constateert Bruntink, is de zorg voor de zorgenden in ons land nog niet sterk ontwikkeld. Opvallend is dat dit onderwerp meer aandacht krijgt in vrijwilligersorganisaties dan in de professionele zorg.


Rob Bruntink, Een goede plek om te sterven. Palliatieve zorg in Nederland. Een wegwijzer, Uitgeverij Plataan, ISBN 90 5807 151 0, 160 pag.,

16,50


Media en cultuur verpleeghuizen thuiszorg palliatieve zorg
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.