Laatste nieuws
Sandra Bijl
2 minuten leestijd
Zoetzuur

Oververhitte glucosemeter

1 reactie
beeld: Thinkstock
beeld: Thinkstock

De kinderen zijn voor twaalf dagen op scoutingkamp. ‘Gelukkig’ heeft Femke, die bij de leiding hoort, ook diabetes type 1 en heeft ze dezelfde insulinepomp als Kiran. Met een gerust hart laat ik Kiran bij haar achter.

Op de tweede dag belt ze omdat hij een glucose heeft  van 28,5. Ik adviseer te corrigeren met 2,5 E en een uur later is zijn suiker gezakt naar 8,9.

De kinderen liggen  in hun slaapzakken in hun bivaktent als Kiran om half een ‘s nachts, zwetend als een otter, een van de kinderen vraagt om Femke te halen omdat ‘het niet goed gaat’. Het zijn de naweeën van flinke lichamelijke activiteit gecombineerd met de extreme warmte in het oosten van het land. Activiteit vergroot de werkzaamheid van insuline, evenals verhoging van de buitentemperatuur. In de zomer heb je daarom minder insulinebehoefte dan in de winter.

Femke meet de eerste nacht een suiker van 3,1 en weet meteen te handelen zodat het met Kiran zoals altijd snel weer een stuk beter gaat. De overige leden van de scoutingleiding staan dan nog na te trillen. Ze schrikken erg van Kirans lichamelijke toestand tijdens een hypo, voelen zich dan volledig machteloos en raken verlamd. Ze realiseren zich nu pas wat diabetes eigenlijk inhoudt. Diverse keren vragen ze de volgende dag aan Kiran of hij niet naar huis wil. Zijn antwoord: ‘absoluut niet’.

De nacht erop is een herhaling van de nacht ervoor. Het is aan Femke te danken dat hij van de overige leiding mag blijven.

Na een hike en een lange zwempartij geeft Kiran wederom aan dat hij een hypo voelt. Bij meten blijkt zijn glucose 8,8 – geen hypo dus. Femke stelt hem gerust. Toch voelt hij zich niet beter. Op haar advies neemt hij een koude douche. Misschien is hij wat oververhit is geraakt. Het is tenslotte ruim 33 graden. Ook dat helpt niet. De meter blijft bij herhaling een goede glucose aangeven. Hij knapt pas op na het eten van de nasi.

Pas dagen later herinner ik mij een artikel in het tijdschrift van de Diabetes Vereniging Nederland, waarin staat dat de Accu-Check-glucosemeter boven de 26 graden niet meer accuraat meet. De meter was met de hike meegegaan en had dus de hele dag in de volle zon in een rugzakje gezeten. Kiran voelde een hypo omdat hij  hem ook hád. Meten is niet altijd weten, luisteren naar de patiënt wél.

Sandra Bijl


Dit was de laatste column van Sandra Bijl.

Lees haar overige columns hier: ZoetZuur

Diabetes
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • S.G.Th. Hulst

    , HEEMSTEDE

    Dit is een zeer leerzame casus. Subjectieve symptomen van hypoglycaemie dienen ten alle tijden serieus te worden genomen. Een enkele aanvulling is mogelijk op zijn plaats.
    In de jaren zeventig van de vorige eeuw wekten wij in het medisch kindertehuis... "Bos en Duin" moedwillig hypo's op teneinde de kinderen daarmede "vertrouwd" te maken.Daarbij is ons gebleken dat niet alleen de absolute waarde van de glucose meting van belang was (sommige kinderen "verdroegen" een glucose van 2mmol/l zonder problemen) maar ook de snelheid van daling: een daling van 15 mmol/l naar 8 mmol/l in een half uur leidde tot herkenbare tekenen van een hypoglycaemie: een klontje suiker was voldoende om deze symptomen te doen verdwijnen.
    Ik onderschrijf dan ook de conclusie: meten is niet altijd weten, luisteren naar de persoon met diabetes wel.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.