Laatste nieuws
Wim Verburg
2 minuten leestijd

Lego

Plaats een reactie

Dertig jaar geleden belde een vrouw rond elf uur ’s avonds vanuit een telefooncel met de mededeling dat ze niet meer wilde leven. Nee, naam en adres wilde ze niet geven: ‘Het heeft toch geen zin meer.’



Al pratende kwam ik erachter dat zij onlangs met haar dochtertje van twee jaar in onze nieuwbouwwijk was komen wonen. Haar andere kinderen waren uit huis geplaatst en nu had ze haar voorraad slaappillen met een fles wijn weggespoeld. ‘Waarom zou ze verder leven….?’



De verbinding werd verbroken en ik sprong in de auto om de twee telefooncellen in de wijk te checken; misschien was de vrouw gevallen en lag ze gewond op straat… Mijn zoektocht op die gure herfstavond leverde niets op. Hoe vind je een hopeloze moeder met een hulpeloos kind?



Mijn telefoontjes naar de politie en het gemeentehuis resulteerden binnen een half uur in een geheel verlichte derde verdieping van het stadskantoor aan de grote vijver. Twee secretariaatmedewerkers zochten in de boeken naar recente vestigingen van alleenstaande moeders, terwijl een surveillancewagen van de politie opnieuw de buurt afzocht.



Binnen een kwartier hadden we een lijst met namen waarvan het meest waarschijnlijke tweetal in de flat recht tegenover het stadskantoor woonde. We keken naar buiten en zagen de bewuste flat in duisternis gehuld met uitzondering van een raam op de vierde verdieping. We belden meermalen vergeefs aan. De politie tikte een ruitje in en draaide de deur van het slot. In de woonkamer was niemand aanwezig en in de keuken vonden we lege wijnflessen en lege medicijnpotjes. In het kamertje ernaast lag een klein meisje te slapen en luid gesnurk leidde naar de slaapkamer van de moeder.



Het kostte nogal wat moeite om haar wakker te krijgen. De zwaarlijvige vrouw sloeg om zich heen en lalde: ‘Ze hebben al vier kinderen van me afgepakt! Maar deze hou ik. En nou opsodemietere!’ En terwijl ze naar de kinderkamer probeerde te lopen, sloeg ze alle helpende handen van zich af. Maar het lukte haar niet om overeind te blijven en met een doffe dreun belandde ze op de betonnen vloer. Vanaf dat moment konden we zaken doen.



De ambulance bracht haar naar een naburig ziekenhuis en ik mocht haar dochtertje meenemen als ik beloofde de kinderbescherming niet in te schakelen.


Bij ons thuis smikkelde het kleine meisje van een boterham met chocoladepasta en toen ik even later met een bekertje appelsap de kamer in kwam, had ze de bak met lego naar zich toegetrokken. We begonnen te bouwen. De kamerdeur ging open en mijn vrouw kwam binnen, knipperend tegen het licht. Later zei ze: ‘Ik wist niet wat ik zag … jij zat op je knieën met dat kleine nachtponmeisje te legoën… zo lief!’



We legden haar in het logeerledikantje en het popje viel zonder problemen in slaap. De volgende morgen werd er tijdens het ontbijt aangebeld: de chauffeur van een taxi met draaiende motor. Mevrouw X zat op de achterbank en nam haar dochtertje zwijgend in ontvangst. Weg waren ze…



IJsselstein,


Wim Verburg, huisarts

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.