‘Chirurg worden was mijn belofte aan de arme mensen in de rij’
Portret: Abdelali Bentohami
1 reactie
Chirurg Abdelali Bentohami spreekt schoolkinderen moed in en voert met zijn hulporganisatie vijf keer per jaar gratis operaties uit bij hulpbehoevende patiënten in Marokko.
Hij speelde bij de Ajax-jeugd, rolde door zijn vwo en werd opgeleid tot chirurg in het AMC. Abdelali Bentohami durft zijn verhaal soms nauwelijks te vertellen. Weinig Marokkaanse immigrantenzonen hebben zo’n droomcarrière als hij. Om kinderen met een Marokkaanse achtergrond een hart onder de riem te steken, schreef hij een deels autobiografische roman, De wolf van Askram, en bezoekt hij op vrijdag ‘zwarte’ scholen in het land.
Leeftijd: 41
Werk: Chirurg, eigenaar van Bento Clinics, een zbc met vier vestigingen. Oprichter van de stichting Santé Pour Tous, een hulporganisatie die gratis opereert in Marokko.
Privé: Vader van Sami (10 jaar), Sarah Noor (4 jaar) en Benyamin (1 jaar).
Hij laat ze weten dat ze in het beste land ter wereld wonen en het mooiste land als achterland hebben. ‘Hun start is vaak al niet goed voor hun zelfvertrouwen. Mensen praten soms over Marokkanen alsof het tweederangsburgers zijn. Ik heb het zelf meegemaakt. Wij waren een bezienswaardigheid als we in een vol busje naar Marokko gingen. Ik zal nooit vergeten hoe Nederlandse gezinnen – vader en moeder voorin, twee kinderen op de achterbank van de Volvo – naar ons keken. Die blik.’
‘Chirurg worden was mijn belofte aan de arme mensen in de rij’
Gesterkt
Tijdens één van die zomers liep hij langs het staatsziekenhuis in Al Hoceima, waarvoor mensen buiten in de rij wachtten. Dat waren mensen die van het platteland kwamen. ‘Ik vond hen zo zielig. Dat heeft me gesterkt in de wil om chirurg te worden. Als ik later mijn biografie schrijf, begint het bij mijn belofte aan die mensen. Geen onderdeel van hun gezichten is me ontgaan. Een oude man huilde, zijn tranen vloeiden door de rimpels in zijn gezicht.’ Zo’n vijf keer per jaar stelt Bentohami een team van Nederlandse collega’s samen om een week met zijn stichting Santé Pour Tous gratis te opereren in Marokko. ‘Extreem zwaar werk, emotioneel ook, want je ziet veel ellende. Toch kost het nooit moeite om mensen te vinden, voor veel artsen zijn dit de krenten in de pap.’
Parallelle samenleving
Bijkomend voordeel is de verbinding die ontstaat tussen Nederlanders en Marokkanen. ‘We leven in Nederland in een parallelle samenleving. Voor veel mensen in het ziekenhuis ben ik de enige Marokkaan die ze kennen. Ze kijken de kat uit de boom. Het zijn allemaal heel goede mensen, niet racistisch ofzo, maar bevooroordeeld. Een collega zag er eerst tegenop de Marokkaanse patiënten in zijn spreekkamer te behandelen. Toen hij was meegegaan naar Marokko begonnen ze voor hem te leven. Hij ging het gesprek aan, vertelde dat hij er ook was geweest. Voor zijn Marokkaanse patiënten was dat ook een fijne ervaring. Dan krijg je andere gesprekken, een andere sfeer, dat is zo belangrijk, voor de hele samenleving.’
Spierwit
Zelf heeft hij meer Nederlandse dan Marokkaanse vrienden. Zijn beste vriend heet Jan. ‘Op mijn 12de ben ik uit het zwarte wereldje gerukt en in de witte wereld terechtgekomen. Die wereld werd ook steeds witter. Het vwo was wit, de universiteit nog witter en het chirurgenwereldje is spierwit.’
Om de week portretteert Medisch Contact een arts: over het doktersvak én het leven daarnaast. Wat doet u buiten uw werk? Bent u wel in balans? Of beleefde u iets bijzonders of aangrijpends? Doe mee en mail ons: redactie@medischcontact.nl
Lees meer
K.H. Shata
Administratief medewerker, Den Haag
Bevooroordeeld? Wilden geen Marrokkaanse patiënten zien? U omschrijft racisme. Toen hebben die artsen exposure gehad in Marokko, en konden ze vrijwillig een aantal van hun racistische gedragspatronen aanpassen. Dat is goed. Maar blijf het beestje bij... zijn naam noemen aub