Feast
Seropositief keurmerk
Plaats een reactieFeast, nu in de bioscoop.
‘Eén gebruikt condoom. Elf ongebruikte condooms. Een dildo. Vijf injectienaalden. Een set anaalkogels klein. Een set anaalkogels groot.’ De lange openingsscène van de film Feast werkt op een gegeven moment op de lachspieren.
Staccato ordent een vrouw de voorwerpen van een plaats delict. Ook leest ze een brief voor: ‘Peter, ik denk niet dat je weet hoe je van iemand moet houden. Maar het was er wel. Jij was in mij, dat betekent iets. Bedenk dat ik er altijd zal zijn, dat je me niet uit kunt wissen. Hans.’ Peter en Hans zijn de twee veroordeelde mannen uit de Groninger hiv-zaak die zich afspeelde tussen 2005 en 2007. Plaats delict is het huis van Hans, waar zij onveilige seksfeesten organiseerden en bezoekers met de partydrug GHB drogeerden, om hen daarna te injecteren met besmet bloed. Hun motief: seropositiviteit zou een mooi ‘keurmerk’ zijn; wie bij die club hoort, kan andere ‘leden’ niet meer besmetten en weer ‘veilig’ vrijen, aldus de acteur die Peter speelt. In tegenstelling tot de echte, maar onherkenbare Hans is Peter na zijn vrijlating op weinig empathie te betrappen. De bezoekers van hun feesten zijn met hun aangifte nogal in de slachtofferrol gekropen, vindt hij: ‘Ik vind niet dat ik hun zoveel heb aangedaan wat mij is aangerekend.’
Feast is wellicht bedoeld als aanzet tot reflectie over deze gruwelijke zaak, maar het nut van de verwijzingen naar Plato ontging mij. Smaken verschillen, maar vorm – een mengeling van theatrale monologen en documentaire – en acteerprestaties grijpen nauwelijks naar de keel.
- Er zijn nog geen reacties