De zorg staat in brand (en we negeren het)
8 reactiesZe geeft het op. Ik zie het in haar ogen. Voor het eerst. Gevochten heeft ze. Steeds maar weer verzet geboden. Tegen slecht nieuws, tegen vermoeidheid, tegen bestralingen, tegen pijn, misselijkheid en bijwerkingen.
Zelfs afgelopen weekend, toen er spontaan een hevige bloeding uit de tumor in haar hals optrad, heeft ze het samen met haar man gehandeld: plat gelegd, afgedrukt, 112 gebeld. De bloeding stopte. Ze bleef thuis. Haar man poetste in een ochtend de bloedvlekken uit het huis en ze gingen weer verder. Zo stoer.
Maar vanochtend word ik gebeld dat ze niet uit haar woorden kan komen en niet kan lopen. Als ik bij haar kom, is het duidelijk: het beeld van een CVA. Ischemisch? Bloedig? Het doet er in de huidige situatie niet toe. Haar levensverwachting is beperkt. Het enige wat er in deze fase nog toe doet is een goed einde. En daarvoor is nu toch echt inzet van zorg nodig: ze kan niet staan, niet lopen, zal op bed gewassen moeten worden.
Ik bel de thuiszorg. ‘Nee, sorry. We kunnen niemand aannemen. We hebben geen personeel.’ Chronische onderbezetting en zieken. Bij organisatie 2, 3 en 4 dezelfde respons. Het hoogst haalbare wat ik met moeite gerealiseerd krijg is éénmaal daags wondverzorging, vanaf volgende week. En daar zit ik dan. Op de rand van het bed van mijn stoere, strijdende patiënte. En ik strijd met haar mee. Maar nu moet ik haar vertellen dat het niet gaat lukken. Dat ze niet thuis kan blijven omdat er geen thuiszorgzusters zijn. Zelfs niet voor een terminale patiënt.
De zorg staat in brand. En we negeren het. Massaal: Zorgverleners zijn lamgeslagen en uitgeput, na twee jaar ploeteren met reactief en steeds achter de feiten aanlopend covidbeleid. Personeelstekort, oplopende en steeds complexere zorgvragen, ouderen die langer thuisblijven, maar vervolgens de noodzakelijke zorg thuis niet kunnen krijgen en steeds krappere budgetten. Beroepsverenigingen hebben hun handen vol aan het ondersteunen van hun leden om in de dagelijkse realiteit kwalitatief hoogwaardige zorg te blijven leveren: steeds weer aangepaste covidrichtlijnen, handvatten ten aanzien van werving van personeel, ondersteuning in het vinden van opvolging bij pensionering. Het is watertrappelen om het hoofd boven water te houden. Overal poppen initiatieven op die noodkreten uiten: (Ont)Regel de Zorg, Help, de huisarts verzuipt, Het Roer Moet Om. Hier en daar worden kleine succesjes geboekt. Maar het blijven druppels op een gloeiende plaat.
Nu moet ik haar vertellen dat het niet gaat lukken
Wat er nodig is, is een innovatief, proactief en gestructureerd beleid gericht op de toekomst van de zorg. Niet de zorg van morgen, maar de zorg van over een jaar, vijf jaar en tien jaar. In dat beleid moeten de grootste pijnpunten de speerpunten zijn. Dat gaat dus niet alleen over hoe groot de zak met geld is die erin gestort wordt. De inhoud van dit beleid moet gevoed worden vanuit het veld, de zorgverleners. Maar de organisatie, structurering, prioritering en benodigde doorzettingsmacht vergen actie door de overheid.
In Den Haag heeft men het voorlopig echter te druk met ruziemaken in de zandbak: Jantje die niet met Marietje wil spelen als Pietje ook meedoet. Het verantwoordelijkheidsgevoel om het belang van het besturen van het land te prioriteren boven partijpolitiek, ligt op hetzelfde zandbakniveau.
Ik zit nog steeds op de rand van haar bed. Ik bel het hospice. Het mag een wonder heten dat er plek is: ze kan komen. Ik bel een ambulance voor het vervoer en trek mijn jas aan. Ik zeg haar gedag. Voor het laatst. Ik kan mijn werk niet afmaken.
Ik fiets terug naar de praktijk. Het miezert. Als ik achter mijn bureau zit om het dossier over te dragen, komen de tranen. Ik heb het mooiste vak ter wereld. Maar ik kan het niet uitvoeren zoals ik zou willen.
We zijn in dit land gezegend. Met vrede, welvaart, een stabiel politiek systeem en kwalitatief hoogstaande zorg. Maar we gaan daar onzorgvuldig mee om. Als vanzelfsprekendheden. En dat zijn ze niet. We zullen moeten vechten voor de toekomst van de zorg.
Ze had het opgegeven. Ik zag het in haar ogen. Voor het eerst. En even word ook ik door dat gevoel gegrepen: opgeven. Zoals ik om mij heen veel collega’s zie opgeven en het vak en soms de hele zorg zie verlaten.
Bij het verzenden van het dossier ververst mijn mail en zie ik een berichtje binnenkomen: Een patiënt die onlangs is verhuisd, bedankt voor de jarenlange goede zorg. Ik snuit mijn neus en droog mijn tranen. Op naar het middagspreekuur. Want ik zal vechten voor de zorg. Voor mijzelf, mijn vak en voor mijn patiënten. Als vaandeldrager en waar nodig met het zwaard.
auteur
Marloes Tack, huisarts, Rockanje
F.A.E. Vlasveld
Huisarts, Utrecht
Erg goed artikel en inderdaad helaas heel herkenbaar...! Vorige week hospice opname welke niet door kon gaan ivm covid positieve patiënt en thuiszorg die in plaats van opschalen moest afschalen door code zwart door personeelstekort..
N.K.M. Danhof-van Kooten Niekerk
Huisarts, Utrecht
Dit is het, zo herkenbaar, maar hoe gaan we het aanpakken? Wie weet het? Wie heeft toegang? Wie kan zaken echt veranderen?
I. Nanninga
Basisarts, Groningen
Helaas maar al te herkenbaar.
Lange termijn visie met als doelstelling een veilig en prettig leven voor alle burgers ontbreekt.
Zoveel is mogelijk als we er samen de schouders onderzetten..
S.J. Mensink-Dillingh
kinderarts
Prachtige weergave van huidige situatie... Zo herkenbaar. Dank voor het delen.
Zo laten e ons horen!
S.W. den Haan
huisarts, Klazienaveen
Helder en herkenbaar stuk van collega Tack, bedankt voor het delen!
P. Staal
Huisarts
Prachtig artikel dat de verwevenheid van de gezondheid van de patiënt en de gezondheid van onze zorg in één beeld pakt.
Hulde!
A. G?bel
Huisarts, Amstelveen
Een hartenkreet - heel begrijpelijk. Ik ondersteun hem van harte.
Toch denk ik dat we deze situatie niet alleen op het conto van de politiek kunnen schuiven.
Er is iets aan de hand met de mentaliteit van jonge mensen in deze nieuwe wereld. Die zorgt ...ervoor dat zij niet brandweerman willen worden, maar crypto-miner. Geen verpleegkundige maar influencer. Geen juf of meester maar voetbalmakelaar. Vroeger was zulk werk een eer - nu niet meer. We zitten te springen om mensen die het nog willen doen.
De internetmaatschappij heeft de blik op het leven veranderd. Heeft dichtbij gebracht hoe je met één succesvol rapnummer een heleboel 'money' kunt krijgen. Hoe je als gevolg van de immorele advertentie-business geld kunt verdienen als water als mensen maar naar jouw site, posts, foto's of andere onzin kijken. Het hele idee is weg dat je iets voor de maatschappij doet voordat je er ook iets uithaalt, dat er evenwicht moet zijn tussen wat we doen om ons geld te verdienen. De gedachte van eerlijke ruil - waar geld ooit een hulpmiddel bij was - is verdwenen. Geld is een doel op zich waardoor steeds meer jongeren, zonder moreel kompas op dit punt, het een normale gedachte vinden dat de wereld om hen heen een mooi huis (geen rijtjeshuis, dat is voor losers) voor ze bouwt waar ze in wonen, een auto (wel een Mercedes, want een Hyundai is voor? Juist, losers) in elkaar zet waar ze in kunnen rijden, op wegen die door anderen zijn aangelegd. Dat ze worden verpleegd als ze ziek worden en het eten in de schappen ligt als ze honger hebben, terwijl zij zelf niet primair een (nobele) taak willen vervullen als onderdeel van diezelfde maatschappij. Juf worden? Verpleegkundige? Agent? No way, dat is voor losers. De winnaars vinden het heel normaal om vijf of zelfs honderd keer zo veel te hebben als een ander zonder zelf iets wezenlijks, of hoogstens iets glamoureus, te doen.
Begrijp me niet verkeerd. De jongeren zijn niet 'fout' en het geldt zeker niet voor alle. Ze vallen ten prooi aan de verlokkingen van de samenleving. Dat zou ons waarschijnlijk ook gebeuren als we nu jong waren. Maar ondertussen is het wel zo. En dat vraagt bijsturing.
Wat de overheid hierin te verwijten valt is dat ze salarissen van beroepen die we belangrijk vinden (juf, agent, verpleegkundige etc.) kunstmatig laag houden zodat marktwerking daar niet werkt. Er is een gigantisch tekort aan deze mensen en toch gaat de CAO slechts mondjesmaat omhoog. De overheid gebruikt alleen marktwerking als het hen goed uitkomt, dus in omgekeerde richting. Verkeerde keuze!
Als je in deze beroepen 5000 euro per maand zou verdienen en Messi teruggaat naar modaal (zoals eigenlijk zou moeten) dan komt de wereld weer een beetje in perspectief.
Je ziet overal dit morele verval, zelfs bij de inrichting van de huisartsenzorg waar waarnemers kiezen voor de 'money' terwijl praktijkhouders de verantwoordelijkheid voor het systeem dragen. Het is subtiel, en zeker niet kwaad of immoreel van hen bedoeld (dus geen discussie hierover nodig), maar ondertussen is het wel zo. Iedereen kiest voor zichzelf maar verwacht van de maatschappij dat alles geregeld wordt. Dat gaat op termijn ontwrichtend werken.
Het is dus mijns inziens in eerste instantie een kwestie van mentaliteit, die zich uit in beroepskeuze. Er is simpelweg een tekort aan mensen die voor een matig salaris iets wezenlijks voor de samenleving willen doen.
[Reactie gewijzigd door G?bel op 02-12-2021 12:28]
F.A.E. Vlasveld
Huisarts, Utrecht
Een pessimistische reactie op een goed artikel. Erg jammer weer van de makkelijke polariserende opmerking dat waarnemers voor 'the money' gaan en geen praktijkhouder willen worden. Ik ben huisarts en ja, toevallig waarnemend. En dat is niet omdat ik ...weg zou lopen voor verantwoordelijk of zou kiezen voor makkelijk geld. Maar dat is omdat ik ervaring wil opdoen als huisarts in verschillende soorten praktijken en omdat praktijkovernames in mijn stad nou eenmaal niet voor het oprapen liggen. Laten we als alle huisartsen samen een front vormen zodat we ons prachtige werk goed kunnen blijven uitvoeren.