Kale Maxima
Plaats een reactie
Op een dag, lang geleden, kom ik mevrouw Mauve tegen. Zij laat haar witte koningspoedel uit. Wij maken een praatje. Met een verlegen lachje zegt zij dat haar hond ‘Maxima’ heet.
Opeens bespeur ik een kale plek op de linkerbil van de poedel. Mevrouw Mauve ziet mij kijken. Zij vertelt dat de dierenarts, dokter Pegelplukker, het steeds waanzinnig druk heeft met zijn spreekuur. Tegen deze smet op Maxima schreef hij een saffraangeel depwatertje voor, dat jammer genoeg weinig helpt.
Op haar uitdrukkelijk verzoek bekijk ik de plek nader. De randharen zitten opmerkelijk los. Ik vertel haar dat het mogelijk een animale schimmelziekte betreft. ‘In dat geval’, zeg ik, ‘helpt deppen met een desinfectans evenveel als naakt dansen in het licht van volle maan.’
In haar eigen woorden vertelt zij dit aan dokter Pegelplukker. Hij neemt haar schimmelverhaal niet serieus en schrijft in vliegende haast een ander watertje voor. Ditmaal blauwgroen van kleur. Viermaal daags deppen.
Tien dagen later kom ik mevrouw Mauve opnieuw tegen bij het uitlaten van haar poedel. De plek blijkt nu spectaculair gegroeid. Deze keer nodig ik haar uit na afloop van mijn spreekuur in de spreekkamer te komen. Met haar poedel. Wij maken een afspraak en samen verschijnen ze op mijn kamer. Ik neem randharen uit de plek en maak een kaliloogpreparaat. Bij microscopisch onderzoek zie ik myceliumdraden.
Mevrouw Mauve gaat naar huis met een gratis monster van – destijds peperdure – antischimmeltabletten. In een kinderdosering.
Weer enkele weken later bekijk ik Maxima opnieuw. Haar vlek is nu bezaaid met witte donshaartjes. Genezing is in aantocht zoals Sint-Nicolaas in december.
Als mensendokter wil ik mevrouw Mauve natuurlijk geen rekening sturen.
Toch is het niet geheel onbegrijpelijk dat collega Pegelplukker met een grimmig gezicht zijn hoofd afdraait, als ik hem op straat vriendelijk groet.
H. Heijnen (pseudoniem)
- Er zijn nog geen reacties