Blogs & columns
Bert Keizer
Bert Keizer
3 minuten leestijd

Dit leven zonder mij

Plaats een reactie

‘Dokter, hebt u voor mij geen dopamine?’ Aan het woord is Erik de V., die het in zijn leven veelal van andere neurotransmitters moest hebben. Hij is ergens een keer tegen verkeerde heroïne aangelopen en heeft er ernstige hersenschade aan overgehouden. Maar één lampje brandt nog altijd lekker fel daarbinnen: het verlangen naar een rush die wij zo goed mogelijk proberen te blussen met wat hij beschrijft als ‘die laffe natte handdoek’ van methadon. Maar hij kan het tenminste nog zeggen, dwars door zijn gehavende brein heen.


Dat geldt niet voor Angela D. die op 56-jarige leeftijd werd getroffen door een ernstig CVA met als gevolg een hemiparese, lastig maar overkomelijk, en een afasie, die niet lastig is maar rampzalig.



Afatici hebben dikwijls een gelatenheid die ik niet goed begrijp, want ze zouden wanhopig moeten zijn over hun onvermogen, maar Angela worstelt met precies de juiste wanhoop - als ik het zo mag zeggen.


Als ik haar kamer binnenkom, zegt ze: ‘O jee, laat maar ja.’



‘Hoe gaat ie, Angela?’


‘Nou stout - ergens anders o jee - en ik krijg mijn - wat moet, moet godverdomme - maar moet ik in - o jee, goed - mijn help of dit moet moet MOET!’ Ze slaat nu met haar vuist op de leuning van haar rolstoel. Angela heeft geen partner, maar wel enkele toegewijde nichtjes, dochters van haar te jong gestorven zus, die haar trouw bezoeken en dan maar zo min mogelijk praten, want daar wordt iedereen beroerd van.


Als je met haar praat, heb je het idee dat ze daarbinnen in volle wanhoop steeds opnieuw tegen de tralies aanvliegt. Een van de nichtjes dacht dat haar tante een einde aan haar leven wilde en we probeerden dat al pratende te peilen. Nogal stom, maar wat moet je anders, want plaatjes of tekeningen wijst ze af.



‘Wilt u niet verder leven, tante?’


‘Zeker, nou maar niet wat gezegd - wat de positie - niet van de - o zeker - ze moeten mij verhaast opstandig gezien - ze zijn mij vreselijk - maar dat moet niet zo lastig - ik moet ik wil - dit leven zonder mij, o jee - nee dat zal wel zo zijn - een afscheidsbrief - eendere dag - hier lig ik o jee - dit is andere stekeligheid - o jee - hier - ik lig.’


Dit levert wel ontstellende contouren op, maar geen mogelijke route.  Nu is de vraag naar verder leven wellicht een veel te grote brok voor haar brein dat misschien alleen nog maar kruimels aankan. Dus probeer ik iets kleins tussendoor.


‘Kijk eens goed Angela, heb ik een snor?’


‘Zeker! Zeker!’, was haar onstuimige antwoord waarbij ze met grote nadruk op iets naast mij wees.



Ik kan de precieze neuroanatomie er niet bij leveren, maar het is evident dat in sommige cerebrale laesies het beleven van het tekort helaas gespaard blijft. Vandaar dat je bij Angela de ongelukkige ervaring hebt van een innerlijke ruimte waar ze vergeefs uit probeert te ontsnappen.


In een even misleidende als aantrekkelijke vergelijking zou je kunnen zeggen dat de menselijke geest het brein als bril gebruikt om de wereld te bekijken. Is het brillenglas gebarsten, dan is er ergernis over de barsten die het beeld verpesten. Maar bij veel hersenlaesies breidt de schade zich uit tot die hersendelen die de schade in kaart zouden moeten brengen, met als eindwaarneming geen gebarsten brillenglas, maar een gebarsten wereld.



Die brilvergelijking is zo misleidend omdat het brein nu juist géén prothese is die de geest gebruikt om in de wereld te kunnen roeren. Sommige mensen vinden het troostend om op dit punt de ziel te introduceren, die zich onveranderlijk en onaantastbaar achter al het brein-en-geest-gedoe zou bevinden. Ik weet niet wat daarmee kan worden bedoeld.


Na een kwartier gaven we ons zinloze tasten rond Angela’s doodswens op en nam ik afscheid. Toen ik bij de deur stond deed ze het raam een stukje open, maakte een keel-doorsnij-gebaar en wees hoe ze naar buiten zou springen.


Denk ik.



Bert Keizer



Klik hier voor het PDF van dit artikel

hersenen afasie
  • Bert Keizer

    Bert Keizer is specialist ouderengeneeskunde en filosoof. Sinds 2016 is hij werkzaam voor het Expertisecentrum Euthanasie (voorheen: de Levenseindekliniek). Hij schreef maar liefst zeventien jaar voor Medisch Contact. Ook is hij columnist bij Trouw.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.