Laatste nieuws
Eva Nyst
6 minuten leestijd
Achter het nieuws

Kohnstamm: ‘Toets euthanasie zonder arts te vervolgen’

4 reacties

Er moet een mogelijkheid komen om vragen over de euthanasiepraktijk aan de rechter voor te leggen, zonder dat dit de betrokken arts belast. Dat bepleit Jacob Kohnstamm, coördinerend voorzitter van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE), bij het verschijnen van het RTE-jaarverslag deze week.

Onlangs trakteerde jurist en oud-D66-politicus Jacob Kohnstamm op taart met één kaarsje. Zijn eerste jaar als voorzitter van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie zat erop. In deze nieuwe functie schreef Kohnstamm het voorwoord bij het jaarverslag van de RTE, dat deze week is verschenen. Hij vermeldde daarin een kleine stijging van het aantal euthanasiegevallen: in 2015 was 3,75 en afgelopen jaar was 4 procent van het totale aantal sterfgevallen het gevolg van euthanasie. De meldingen per aandoening stegen mee: 32 gevallen meer van veelal beginnende dementie, 4 psychiatrische zaken extra en 61 patiënten meer met een stapeling van ouderdomsaandoeningen. Tot zover de gebruikelijke mededelingen.

Vervolgens komt Kohnstamm in het jaarverslag met een opmerkelijk pleidooi: in de vijftien jaar dat de euthanasiewet nu bestaat, heeft er nog nooit een rechter uitspraak over gedaan – en dat moet veranderen. Kohnstamm: ‘De toetsingscommissies zijn in de wet gekomen als zeef tussen de artsen en de strafrechter. Alleen die zaken waarvan wij toetsers zeggen dat ze niet helemaal volgens de zorgvuldigheidseisen zijn verlopen, sturen we door naar IGZ en Openbaar Ministerie. Maar sinds 2002 heeft de inspectie slechts een aantal malen en het OM niet één keer een zaak voor de rechter gebracht. Dat is geen verwijt, maar wel een vaststelling.’

Phill Nijhuis
Phill Nijhuis

Jacob Kohnstamm (1949)

Jacob Kohnstamm was Eerste en Tweede Kamerlid voor D66 en staatssecretaris van Binnenlandse Zaken. Verder is hij onder meer voorzitter geweest van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde en van de Autoriteit Persoonsgegevens. Sinds een jaar is hij coördinerend voorzitter van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie.

Toetsingscommissies euthanasie

De regionale toetsingscommissies euthanasie (RTE) beoordelen of een arts die euthanasie heeft uitgevoerd of hulp bij zelfdoding heeft verleend, zich heeft gehouden aan de zorgvuldigheidseisen. Deze eisen staan in de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding. De RTE bestaan uit vijf regionale commissies, waarin een jurist, een arts en een ethicus zitting hebben.


Waarom wilt u dat de rechter uitspraken doet over euthanasie?

‘Onze euthanasiewet is gebaseerd op rechterlijke uitspraken. Een paar zaken waren bepalend voor die wet: de zaak Postma, het Schoonheim-arrest waarin de Hoge Raad bepaalde dat de ondraaglijkheid van het lijden niet noodzakelijkerwijs een lijden hier en nu is, maar ook een angst voor toekomstig lijden mag zijn. Ook de zaken tegen psychiater Boudewijn Chabot en huisarts Flip Sutorius passen in het rijtje van zaken waarin de rechter heeft bepaald hoe de abstracte wetstaal in de praktijk moet worden uitgelegd. De euthanasiewet bestaat nu vijftien jaar en het blijkt dat de zeef tussen arts en rechter – de toetsingscommissie – bijna ondoorlaatbaar is. Gevolg is dat de rechtspraktijk geen nieuwe guidance heeft behalve de onze. Maar wij zijn geen rechtsprekend orgaan, dus vind ik het jammer dat de rechter er niet meer aan te pas komt. Er zijn namelijk bepaalde rechtsvragen waarop ik graag een antwoord van de rechter zou krijgen, bijvoorbeeld de vraag hoe smal een ouderdomsaandoening moet zijn om binnen de wet te vallen. Rechtszekerheid komt van de Hoge Raad en ook wel enigszins van ons. In onze ‘Code of Practice’ geven wij inzicht in hoe wij de wet hebben geïnterpreteerd. Maar dat is geen heilige interpretatie en dat is die van de Hoge Raad wel. Het zou mooi zijn als de Hoge Raad af en toe een rechtsvraag krijgt voorgelegd en een bindende uitleg kan geven aan de euthanasiewet.’

Tuitjenhorn

Tegelijkertijd is Kohnstamm er absoluut geen voorstander van dat het Openbaar Ministerie artsen gaat vervolgen, zoals in het verleden is gebeurd. Want in de zaken die hij ziet, zijn de artsen ‘100 procent te goeder trouw’. Daarbij is een dergelijke vervolging zeer belastend voor de betrokken arts. Hij herinnert zich nog dat huisarts Flip Sutorius vertelde hoe slecht hij sliep in de jaren dat hij zich voor rechters – tot aan de Hoge Raad – moest verdedigen over de euthanasie die hij oud-senator Brongersma had verleend wegens een voltooid leven. Kohnstamm: ‘Je moet een arts niet in een strafproces betrekken als dat niet absoluut noodzakelijk is. Er zijn zaken geweest, bijvoorbeeld die van de arts uit Tuitjenhorn, met grote gevolgen voor de euthanasiepraktijk. Behalve de suïcide van de desbetreffende huisarts heeft die vervolging naar ik hoor in de wereld van de artsen enorme schrik teweeggebracht en terughoudendheid bij het inwilligen van euthanasieverzoeken die wel degelijk binnen de grenzen van de wet vallen. Want op het moment dat een arts voor de strafrechter komt, rechtbank, Hof, Hoge Raad, dan is die algauw drie jaar verder.’

Hoe voorkom je dat ‘de te goeder trouw handelende uitvoerende arts onderworpen wordt aan een langdurige en als pijnlijk ervaren rechtsgang’, zoals u bepleit?

‘Mijn voorstel is om “cassatie in het belang der wet” tegen het oordeel van de toetsingscommissie mogelijk te maken, zoals is geopperd door hoogleraar strafrecht Paul Mevis, ook lid van de commissie-Schnabel. Dat is een bevoegdheid die je in de wet zou moeten neerleggen, waardoor de procureur-generaal, als het ware de hoogste officier van justitie, kan zeggen: in dit oordeel van de RTE speelt een relevante en nieuwe rechtsvraag die aan de Hoge Raad moet worden voorgelegd. De arts wordt daar helemaal niet bij betrokken.’

Je moet een arts niet in een strafproces betrekken als dat niet noodzakelijk is

Een voorbeeld van zo’n vraag is of een arts moet stoppen of doorgaan als een patiënt met gevorderde dementie en een wilsbeschikking zijn arm terugtrekt voor de naald, schrijft Kohnstamm in zijn voorwoord. Dit deed zich voor in een recente euthanasiezaak bij een patiënte met gevorderde dementie, die tevoren een kopje koffie met Dormicum kreeg. De specialist ouderengeneeskunde had ‘een grens overschreden’, aldus de RTE ‘door heimelijke toediening van Dormicum en door de uitvoering van de levensbeëindiging niet te staken toen patiënte negatief reageerde op het inbrengen van het infuus en de toediening van de euthanatica’. Kohnstamm weet niet of het OM van plan is de arts te vervolgen, nu de RTE een onzorgvuldigheidsoordeel heeft uitgesproken.

Werkbare grens

Tot slot vraagt Kohnstamm in zijn voorwoord om ‘een werkbare grens te bepalen tussen stapeling van ouderdomsaandoeningen en voltooid leven’. Meldingen van voltooid leven komen bij de RTE niet binnen, zegt Kohnstamm. ‘Als het puur voltooid leven is, dan is er geen medische aandoening en euthanasie zonder die grond is strafbaar.’ Anders ligt het met de zogenoemde stapeling van ouderdomsklachten. ‘Dat is een soms moeilijk te definiëren categorie, waarmee we zelf ook worstelen. Soms is het helemaal niet ingewikkeld, als iemand van 96 jaar incontinent is, geen enkele energie meer heeft, doof of blind is en wordt geplaagd door evenwichtsstoornissen. Maar hoe smal mag de stapeling zijn? En is die zodanig te definiëren dat het voor artsen duidelijk is wanneer ze bij een of twee ouderdomsaandoeningen tot euthanasie kunnen overgaan?’

Kohnstamm spreekt zich niet uit over het kabinetsplan over voltooid leven: ‘Daar ga ik niet over, ik ben toetser van de wet, en ik zit niet meer in de politiek.’ Hij verbaast zich er wel over dat in die discussie regelmatig wordt geroepen dat bijna alle situaties onder de euthanasiewet vallen. ‘In het recente standpunt van de KNMG over voltooid leven wordt bijvoorbeeld de stelling betrokken dat heel veel in te passen zou zijn in de huidige wet. En dan worden wij zo ongeveer opgeroepen om de wet extensief te interpreteren. Daar moet je mee oppassen. Je kunt ons moeilijk uitlokken om over de grenzen van de wet heen te gaan. Wij houden toezicht op een zorgvuldige uitvoering ervan.’

zie ook

dossiers

download dit artikel (pdf)

Achter het nieuws euthanasie Jacob Kohnstamm
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • P.D. F. Frijns

    Specialist ouderengeneeskunde en SCEN-arts, Geleen

    Met de mogelijkheid zaken aan de rechter voor te leggen zonder te vervolgen ben ik het eens.
    Bij het versmallen van de indicatie ouderdom en voltooid leven is de voorzitter van de RTE opeens weer de vertegenwoordiger van de NVVE die steeds weer de gr...enzen proberen op te rekken.
    Bij het aanhalen van Tuitjenhorn gaat de heer Kohnstamm helemaal de mist in. Deze zaak had niets te maken met euthanasie maar wel met een poging tot levensbeëindiging. Omdat er geen formele procedure was gevolgd en er grote doseringen medicatie werden toegediend hoeft niemand die zich aan de wet houdt, bang te zijn euthanasie uit te voeren.

  • Michiel Marlet

    arts, Warnsveld

    Prima, laat de RTE haar vragen aan de rechter voorleggen en dat zonder de arts te vervolgen. Over het voorbeeld dat Kohnstamm geeft heb ik met vijftien jaar ervaring als SCEN arts wel wat te zeggen. Kohnstamm vraagt zich af of bij de categorie euthan...asie vragende ouderen met een “stapeling van ouderdomsklachten”, een patiënt met maar eèn ouderdomsklacht volgens de rechter in aanmerking kan komen voor euthanasie. In gesprek met ouderen met een euthanasievraag met gebreken waarvan ik denk “waarom wilt u met dit mankement dood, mensen als u heb ik veel in mijn praktijk en die willen helemaal niet dood? ” stel ik die vraag. Op die vraag komt altijd een antwoord en meestal een invoelbaar antwoord. Deze mensen vertellen over hun langdurig onopgelost psychisch lijden, ergens in hun leven begonnen. Dit psychisch lijden heeft bij hun niet tot een lichamelijke of psychiatrische aandoening geleid. Veel gehoorde voorbeelden van psychisch lijden: alle vormen van kindermishandeling, angstvallig bewaarde geheimen, traumatische relaties en verbroken relaties met kinderen. Mijns inziens biedt de euthanasie wet de medische beroepsgroep de ruimte om te bepalen welk lijden binnen het medisch domein valt. Dus ik vind dat onoplosbaar, uitzichtloos, psychisch lijden bij ouderen, ook zonder dat het tot een medische aandoening heeft geleid, met de wet in de hand tot het inwilligen van een euthanasieverzoek kan leiden, zelfs zonder dat ouderdomsmankement. Ik heb ervaren dat er binnen onze beroepsgroep verschillend gedacht wordt over de vraag of psychisch lijden al dan niet binnen het medisch domein valt. Daar moeten wij het als beroepsgroep over eens worden en daarvoor hebben we de rechter niet nodig.

  • P.J.E. van Rijn

    huisarts gepensioneerd, Rheden

    Dat ` de artsen voor 100% te goeder trouw zijn` is een godspe , net nu honderden verontruste artsen een aktie zijn gestart om te voorkomen dat ernstig demente patiënten, die in hun actuele situatie vetrouwen hebben in hun arts , dit vertrouwen scha...ndelijk beschaamd zien worden indien zij , veelal na misleiding , tóch gedood worden .Terwijl zij zich niet meer van het feit bewust zijn dat zij ooit in volle vrijheid en uit vrije wil een verklaring hebben getekend met als doel euthanasie op dít moment te kunnen verkrijgen. Bovendien geven zij op dit moment geen signalen af van het zich bewust zijn van een ondragelijk en uitzichtloos lijden en van een actueel uitdrukkelijk en duurzaam verlangen om op dít moment te mogen sterven . Collega`s die een dergelijke handeling nastreven kun je toch moeilijk als` te goeder trouw ` betitelen...Nu heeft de Hoge Raad in een aantal uitspraken van de laatste jaren bepaald dat het zelfbeschikkingsrecht belangrijker is geworden, wat als gevolg heeft dat daardoor de door de WTL vereiste medische classificatie van oorzaken vanzelf van minder gewicht is geworden .Hier botst echte de jurist met de arts . Juristen trekken grenzen , die echter niet door de arts überhaupt benaderd , dan wel overschreden hoeven te worden . Hierin krijgt de arts ook juridische steun. Want het Europese Hof voor de Rechten van de Mens heeft bepaald dat een persoon niet zonder meer het recht op euthanasie of hulp bij zelfdoding heeft wanneer hij of zij daarom vraagt . De erkenning van het recht om over het eigen levenseinde te beslissen omvat niet zonder meer het recht om daarbij hulp van anderen te claimen . Peter van Rijn

  • wim van der pol

    ziekenhusiapotheker np, Delft

    de dynamiek van elke wet is het hellend vlak en de jurisprudentie. Ook het evalueren van een wet hoort daar toe. Vaak wordt in de wet een evaluatietermijn aangehouden. Volgens mij heeft die onlangs plaatsgevonden. Typerend is dat er na die evaluatie ...al zo'n grote behoefte lijkt te bestaan aan een herevaluatie. De wet is kennelijk nog lang niet voltooid.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.