Een baby’tje dat overal op sabbelt
Plaats een reactieEen gezond meisje van negen weken oud sabbelt sinds vier dagen toenemend op haar handen en op voorwerpen. Toen moeder in haar mond keek, zag ze zwellingen van het tandvlees. Bij het lichamelijk onderzoek ziet de huisarts in de bovenkaak aan beide kanten een zwelling in de regio van de nog door te breken melkmolaren (zie foto).
Moeder geeft geen borstvoeding, er zijn geen andere afwijkingen in de mond. De aanvullende anamnese levert geen bijzonderheden op. Bij het drinken van de fles lijkt het kindje geen hinder te ondervinden van de zwelling.
De beelden worden doorgestuurd naar de mond-, kaak- en aangezichtschirurg die de diagnose tandlijstcyste stelt.
Tandlijstcysten (dental lamina cysts, gingival cysts of neonates) zijn kleine ronde of ovale crèmekleurige cysten aan de voorzijde van het slijmvlies van de kaakwallen van pasgeborenen. De cysten ontstaan uit resten van het epitheel waaruit de latere tandkiemen van de melkdentitie groeien (de tandlijst). Ze zijn gevuld met keratine en kunnen daarmee als epidermoïdcysten worden beschouwd.1 Ze zijn bilateraal aanwezig en bekleed met meerlagig plaveiselepitheel. De prevalentie van tandlijstcysten bij pasgeborenen is 25 tot 53 procent. Toch worden ze meestal niet opgemerkt, vanwege de asymptomatische aard.2 3
Sommige auteurs gebruiken als synoniem de termen Epstein parels en Bohn’s nodules. Deze ontstaan eveneens uit epitheelresten en hebben een soortgelijk natuurlijk beloop. De locatie en oorsprong verschilt echter. Epstein parels zijn witte papeltjes (1-4 mm) in de mediaanlijn van het palatum en ontstaan uit de overblijfselen van de fusielijn. De incidentie is 7,3 per duizend neonaten. Bohn’s nodules zijn gladde witte nodules (1-3 mm). Deze ontstaan vanuit het speekselklierepitheel en komen zowel op de overgang van het harde naar het zachte palatum voor, als langs de alveolaire brug. De incidentie is 47,7 procent.2
Vanwege het karakteristieke klinische beeld van tandlijstcysten is aanvullende diagnostiek niet nodig. Het beloop is gunstig, de cysten verdwijnen spontaan door involutie of ontlasting. Bij baby’s ouder dan drie maanden worden de cysten zelden nog gezien.2 3 Behandeling is daarom niet nodig, geruststelling van de ouders volstaat.1
Bij het baby’tje waren de afwijkingen na drie weken volledig verdwenen.
auteurs
Mirjam Cluitmans, huisarts, Wijchen
Stefanie van den Bosch, mond-, kaak- en aangezichtschirurg, Radboudumc, Nijmegen
Bart Wensing, kno-arts Canisius Wilhelmina ziekenhuis, Nijmegen
contact
cc: redactie@medischcontact.nl
Voetnoten
1. Stegenga B, Vissink A, de Bont L, Spijkervet F, Ommen E. MKA-chirurgie, handboek voor mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie. 2013. Assen: Van Gorcum.
2. Shah S. Oral Pathology in Paediatric Patients. J Neonatol Clin Pediatr 2018; 5: 22.
3. Raghoebar GM, Vissink A. Cysten van de gingiva bij een pasgeborene. Ned Tijdschr Tandheelkd 2001; 108: 500.
- Er zijn nog geen reacties