Tuchtrecht
Sjaak Nouwt
13 minuten leestijd
Tuchtrecht

Huisarts noteert ‘bij verergering terugkomen’ niet in dossier

50 reacties
Getty Images
Getty Images

Rond kerst 2012 wordt de patiënt uit deze zaak verkouden, met koorts, pijn en hoesten. Hij knapt op, maar bezoekt eind januari een waarnemer van zijn huisarts die antibiotica voorschrijft voor zijn teruggekomen klachten. Na een dag stopt de patiënt daarmee vanwege huiduitslag.

De klachten breiden zich uit en dan ziet de patiënt op 4 februari 2013 een tweede waarnemend huisarts, beklaagde in deze zaak. De patiënt is koortsig en verkouden, en denkt dat hij een oorontsteking heeft. De tweede waar­nemer stelt als waarschijnlijkheidsdiagnose een virusziekte.

Afgesproken wordt dat de patiënt aan de bel trekt als het erger wordt en hij zes weken later terugkomt voor controle van zijn trommelvlies. Drie dagen later wordt de patiënt opgenomen met een bacteriële hersenvliesontsteking met een ischemie, op basis van middenoorontsteking. De patiënt heeft blijvende hersenschade met een verminderd gevoel in het linkerbeen en de linkerarm, cognitieve klachten en epileptische aanvallen. Zesenhalf jaar later dient de patiënt een tuchtklacht in over verkeerde diagnose en beleid, ontbrekende instructies en slechte dossiervoering. Wat de huisarts precies gezegd heeft weet ze jaren na dat consult niet meer, maar ze kan zich niet voorstellen dat ze heeft weggelaten dat de patiënt bij verergering moest terugkomen. In het dossier staan de woorden ‘uitleg’ en ‘exp’. Het regionaal tuchtcollege noemt het ‘alleszins aannemelijk’ dat uitleg is gegeven over het expectatieve beleid. Maar volgens het Centraal Tuchtcollege is – inmiddels bijna negen jaar later – uit de stukken en tijdens de zitting niet gebleken dat de huisarts instructies heeft gegeven over verwacht beloop en alarmsignalen. De arts krijgt daarvoor een waarschuwing. Het is binnen de beroepsgroep niet gebruikelijk om het standaardadvies om bij verergering terug te komen altijd expliciet op te nemen in het dossier, staat in het oordeel van het regionaal tuchtcollege. Maar met het oog op deze (late) tuchtklacht was dat wel verstandig geweest.

Eva Nyst, journalist

mr. Sjaak Nouwt, adviseur gezondheidsrecht

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg d.d. 27 augustus 2021

Volledige uitspraak

Beslissing in de zaak onder nummer C2020.266 van: A., wonende te B., appellant, klager in eerste aanleg, tegen C., huisarts, werkzaam te D., verweerster in beide instanties, gemachtigde: mr. A.J. Zijlstra, advocaat te Amsterdam.

1. Verloop van de procedure

A. – hierna klager – heeft op 13 november 2019 bij het Regionaal Tuchtcollege te Groningen tegen C. – hierna de huisarts – een klacht ingediend. Bij beslissing van 13 oktober 2020, onder nummer G2019/94, heeft dat college de klacht in zijn geheel ongegrond verklaard.

Klager is van die beslissing tijdig in beroep gekomen. De huisarts heeft een verweerschrift in beroep ingediend.

Het Centraal Tuchtcollege heeft hierna van beide partijen nog correspondentie ontvangen.

De zaak is in beroep behandeld ter openbare terechtzitting van het Centraal Tuchtcollege van 18 juni 2021, waar zijn verschenen klager, bijgestaan door zijn partner en de huisarts, bijgestaan door mr. Zijlstra. De zaak is op de terechtzitting over en weer bepleit. Partijen hebben daarbij hun pleitnota’s aan het Centraal Tuchtcollege overhandigd.

2. Beslissing in eerste aanleg

Het Regionaal Tuchtcollege heeft aan zijn beslissing het volgende ten grondslag gelegd.

"2. Vaststaande feiten

Voor de beoordeling van de klacht gaat het college uit van de volgende feiten.

2.1 Klager is als patiënt ingeschreven bij de Huisartsengroepspraktijk D.. Wegens ziekte van zijn eigen huisarts werd de klager op 28 januari 2013 gezien door een waarnemer wegens onder andere verkoudheidsklachten en keelpijn. De waarnemer stelde als waarschijnlijkheidsdiagnose een virale faryngitis (keelontsteking) en schreef uit voorzorg antibiotica voor. Na drie tabletten stopte klager hiermee in verband met huiduitslag. Vervolgens kreeg klager ook oorpijn. Op 4 februari 2013 werd klager door beklaagde gezien, die ook als waarnemer dienst had in de huisartsenpraktijk. Zij onderzocht klager en constateerde een loopoor rechts bij een temperatuur van 38.9°C. Ze dacht aan een virusziekte met een acute middenoorontsteking als gevolg, schreef ibuprofen voor en stelde een expectatief beleid voor.

2.2 Op 7 februari 2013 vroeg klager een visite aan. Een andere collega nam nu waar voor klagers huisarts en ging bij klager langs. De klachten waren toegenomen en klagers temperatuur was 40.1°C. Klager werd diezelfde dag opgenomen in het E.- ziekenhuis, alwaar uit onderzoek bleek dat er sprake was van bacteriële meningitis (hersenvliesontsteking) met empyeem en herseninfarcten in de rechterhemisfeer.

3. De klacht

3.1 Gang van zaken volgens klager

Rond Kerst in 2012 werd klager ziek. Hij was verkouden, had koorts, keelpijn, spierpijn en hoestte veel. Hij knapte op maar bleef wel niezen en snotteren. In de tweede helft van januari 2013 kreeg klager weer keelpijn. Op 28 januari 2013 werd klager gezien door een waarnemer van zijn huisarts die antibiotica voorschreef. Na een dag stopte klager met de antibiotica omdat hij daar huiduitslag van kreeg. De klachten breidden zich vervolgens uit. Op 4 februari 2013 werd klager door beklaagde gezien. Klager zei zich erg ziek te voelen. Hij omschreef zijn klachten als volgt: ziek en koortsig, nog veel last van een voorhoofdsholteontsteking, erg verkouden, vermoedelijk een oorontsteking en een geknapt trommelvlies, want er kwam veel pus uit zijn oor. Ook vertelde klager dat hij met antibiotica was gestopt vanwege huiduitslag. Beklaagde stelde als waarschijnlijkheidsdiagnose een virusziekte. Ze zei dat er een heftige griep heerste. Klager vroeg om meer pijnstilling. Beklaagde adviseerde het gebruik neusspray en het continueren van ibuprofen. Afgesproken werd dat klager zes tot acht weken later terug zou komen om het herstel van zijn trommelvlies te laten controleren. Dit is niet genoteerd in het medisch dossier.

Enkele dagen later bleek dat er sprake was van een bacteriële hersenvliesontsteking met een ischemie, op basis van otitis media (middenoorontsteking) met een mastoïditis (ontsteking van het uitstekende bot achter het oor). Klager heeft blijvende hersenschade met een verminderd gevoel in het linkerbeen en de linkerarm. Klager heeft last van cognitieve klachten en epileptische aanvallen.

3.2 De verwijten

Klager verwijt beklaagde dat zij:

1. de verkeerde diagnose heeft gesteld, op basis van klagers klachten op dat moment (onder andere loopoor met pus, hoge koorts, voorhoofdsholteontsteking);

2. klager geen instructie heeft gegeven om terug te komen bij verergering van de klachten;

3. geen antibiotica heeft voorgeschreven/het antibioticabeleid niet aan de orde heeft gebracht en

4. de medische verslaglegging niet op orde had, gelet op het niet noteren van de afspraak om terug te komen over zes tot acht weken ter beoordeling van het trommelvlies.    

4. Het verweer

4.1 Gang van zaken volgens beklaagde

Op 28 januari 2013 werd bij klager door een waarnemer van zijn eigen huisarts (die toen ziek was) keelontsteking gediagnosticeerd. Zij schreef antibiotica voor.

Op 4 februari 2013 werd klager gezien door beklaagde, die ook waarnam. Klager vertelde dat hij gestopt was met antibiotica na drie tabletten, omdat hij daar uitslag van kreeg. Hij klaagde over hoesten, verkoudheid en pijnlijke holtes, een erg ziek gevoel en een oorontsteking. Zijn oor was de nacht daarvoor geknapt waarna er veel pus uitkwam. Beklaagde zag een matig zieke man. Zij onderzocht klager en constateerde een loopoor rechts met koorts. C. schreef ibuprofen voor en stelde een expectatief beleid voor. Hierna is zij niet meer betrokken geweest bij de behandeling van klager voor zover hier aan de orde.  

4.2 Reactie op de verwijten

4.2.1 Aangaande klachtonderdelen 1 en 3: diagnose en beleid

Beklaagde constateerde op basis van haar onderzoek een loopoor en middenoorontsteking. Hoewel er geen NHG Standaard ‘Otitis Media Acuta voor Volwassenen’ bestaat, bestaat er wel een richtlijn voor deze aandoening voor kinderen. Het advies bij kinderen is adequate pijnbestrijding zonder antibiotica. Binnen de beroepsgroep wordt dit advies ook bij volwassenen gevolgd. Beklaagde heeft dit beleid ook ingezet bij klager.

4.2.2 Aangaande de klachtonderdelen 2 en 4: instructies en verslaglegging

Beklaagde kan zich niet meer woordelijk herinneren wat ze zeven jaar geleden tijdens het consult heeft gezegd. Niettemin veronderstelt ze dat zij klager wel degelijk heeft geadviseerd terug te komen bij een verergering van de klachten. Ze kan het zich in ieder geval niet voorstellen dat ze dat niet gezegd zou hebben. Het is niet gebruikelijk binnen de beroepsgroep om dit altijd expliciet op te nemen in het huisartsenjournaal, omdat het zo’n standaard advies is. Het voert te ver om op basis hiervan te concluderen dat beklaagde haar verslaglegging niet op orde zou hebben.

5. Beoordeling van de klacht

5.1 Klachtonderdelen 1 en 3: diagnose en beleid

Het college zal deze twee klachtonderdelen gezamenlijk behandelen, omdat zij inhoudelijk met elkaar samenhangen.

Beklaagde heeft over het consult op 4 februari 2013 in het medisch dossier het volgende genoteerd (letterlijk overgenomen):

“(…)

S          voelt zich erg ziek, ab na 3 dgn gestopt hielp niet en wel uitslag. Wknd ook oorontsteking re erbij, inmiddels doorgebroken. Hoest, erg verkouden, pijn holtes, ondanks pcm en sprays

O         pulm gb loopoor re temp. 38.9 na pcm

E         andere virusziekte(n)

P         IBUPROFEN TABLET 600MG 20 1-3D1T

P         Uitleg, exp”

Het medisch dossier en hetgeen door beide partijen is aangevoerd geven naar het oordeel van het college geen aanknopingspunt voor de stelling dat beklaagde op 4 februari 2013 een andere diagnose behoorde te stellen en/of een ander beleid behoorde in te zetten. Gelet de op dat moment geldende klachten bij klager en de aanwezigheid van een hevige griepepidemie kon beklaagde op het betreffende moment komen tot een virusziekte zoals griep als waarschijnlijkheidsdiagnose. Dat enkele dagen later zou blijken dat er iets anders aan de hand was, kan – hoe spijtig het ook is voor klager dat hij zo ernstig ziek is geweest en daar nog steeds klachten van ondervindt – beklaagde niet in tuchtrechtelijke zin worden tegengeworpen. Beide klachtonderdelen zijn ongegrond. 

5.2 Klachtonderdelen 2 en 4: instructies en verslaglegging

Ook deze klachtenonderdelen lenen gezien hun onderlinge raakvlak zich voor gezamenlijke behandeling. Partijen verschillen van mening of er nu wel of niet een instructie is gegeven om terug te komen bij verergering van de klachten. Het college overweegt dat in de verslaglegging bij P (plan) staat dat er ‘uitleg’ is gegeven. Gezien de toevoeging ‘exp’ ging de uitleg – mede – over het expectatieve beleid. Gebruikelijk bij een dergelijk beleid is dat iemand de instructie krijgt contact te zoeken/terug te komen bij een verergering van klachten dan wel het niet afnemen van de klachten. Dat beklaagde dat ook heeft gezegd tegen klager als onderdeel van haar ‘uitleg’ zoals zij in het medisch dossier heeft genoteerd, acht het college alleszins aannemelijk. Vastgesteld is dát klager ook contact heeft opgenomen met de praktijk toen de klachten toenamen. Het college gaat er dan ook van uit dat klager op dit punt juist is geïnstrueerd, wat betekent dat het verwijt ter zake onterecht is.

Ook de afspraak om na zes weken terug te komen in verband met het trommelvlies, kan begrepen zijn onder de notitie ‘uitleg’. Een en ander betekent wel dat de verslaglegging van beklaagde, althans zoals in deze zaak aan het college is voorgelegd, summier is. Ter zitting heeft beklaagde dit zelf ook erkend en gemeld dat zij tegenwoordig uitgebreider is in haar verslaglegging. Dat verdient ook aanbeveling. Niettemin zijn haar notities van het consult op 4 februari 2013 niet zodanig beperkt geweest dat beklaagde hierin tuchtrechtelijk verwijtbaar tekortgeschoten is. Dit betekent dat ook dit laatste klachtonderdeel ongegrond is.”

3. Vaststaande feiten en omstandigheden

Het Centraal Tuchtcollege gaat bij de beoordeling van het beroep uit van de feiten weergegeven in overweging 2. “Vaststaande feiten” van de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege. Deze weergave is in beroep niet of (in elk geval) onvoldoende bestreden.

4. Beoordeling van het beroep

            Procedure

4.1 Klager wil met zijn beroep zijn klacht in volle omvang door het Centraal Tuchtcollege laten beoordelen. Het beroep van klager strekt ertoe dat het Centraal Tuchtcollege de klacht alsnog gegrond verklaart en aan de huisarts een passende maatregel oplegt.

4.2 De huisarts heeft in beroep verweer gevoerd en heeft het Centraal Tuchtcollege verzocht om het beroep van klager te verwerpen en de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege, zo nodig met verbetering en aanvulling van de gronden, te bevestigen.

            Ontvankelijkheid

4.3 De huisarts heeft ter terechtzitting in beroep aangevoerd dat klager de klacht dan wel bepaalde onderdelen van de klacht over het handelen van de huisarts in beroep heeft uitgebreid. Waar het gaat om nieuwe verwijten overweegt het Centraal Tuchtcollege het volgende. Een klager kan in beroep alleen die klachten ter beoordeling aan het Centraal Tuchtcollege voorleggen die in eerste aanleg aan het Regionaal Tuchtcollege ter beoordeling zijn voorgelegd en dan alleen voor zover hij in die klachten door het Regionaal Tuchtcollege niet-ontvankelijk is verklaard of zijn klachten zijn afgewezen. Nieuwe klachten vallen buiten het bereik van het beroep. Voor zover klager nieuwe klachtonderdelen naar voren brengt, kan hij daarin dus niet worden ontvangen.

            Inhoudelijke beoordeling

4.4 Het Centraal Tuchtcollege zal de klachtonderdelen 1, 2 en 3 gezamenlijk behandelen omdat zij inhoudelijk met elkaar samenhangen en klachtonderdeel 4 daarna. De kern van de klacht van klager komt er op neer dat de huisarts tijdens het consult op 4 februari 2013 niet op de juiste wijze heeft gehandeld. Het Centraal Tuchtcollege is - anders dan het Regionaal Tuchtcollege - van oordeel dat de huisarts onvoldoende zorgvuldig heeft gehandeld bij het consult op 4 februari 2013 en overweegt daartoe als volgt.

            Klachtonderdeel 1, 2 en 3: diagnose, instructie en (antibiotica)beleid

4.5 Met de klachtonderdelen 1 tot en met 3 verwijt klager de huisarts dat zij de verkeerde diagnose heeft gesteld, geen instructie heeft gegeven om bij verergering van de klachten terug te komen en hem ten onrechte geen antibiotica heeft voorgeschreven, dan wel het antibioticabeleid niet aan de orde heeft gesteld. Het missen van de juiste diagnose betekent op zichzelf nog niet dat het klachtonderdeel gegrond is. Het klachtonderdeel is pas gegrond als komt vast te staan dat de manier waarop de huisarts tot de onjuiste diagnose is gekomen in strijd is met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwame beroepsgenoot mag worden verwacht.

4.6 Daar komt bij dat de toetsing van het handelen van de huisarts moet plaatsvinden in het licht van wat haar op het moment van haar handelen bekend was en bekend kon zijn, zonder daarbij achterafkennis te betrekken. Het Centraal Tuchtcollege abstraheert dus van het feit dat later bij klager een bacteriële meningitis gecompliceerd door een empyeem en herseninfarcten in de rechterhemisfeer is  vastgesteld. Dit zijn feiten die pas na het consult bij de huisarts bekend zijn geworden.

4.7 In de ochtend van 4 februari 2013 constateerde de huisarts bij klager een loopoor rechts en een temperatuur van 38,9°C onder paracetamol. De huisarts kwam tot de waarschijnlijkheidsdiagnose virusziekte met acute middenoorontsteking als gevolg. Het Centraal Tuchtcollege is het met het Regionaal Tuchtcollege eens dat het medisch dossier en hetgeen door partijen is aangevoerd, geen aanknopingspunten geven voor de stelling dat de huisarts op 4 februari 2013 een andere diagnose behoorde te stellen dan wel een ander beleid behoorde in te zetten. De keuze om op dat moment geen antibiotica voor te schrijven is naar het oordeel van het Centraal Tuchtcollege verdedigbaar, mede in het licht van het feit dat er geen landelijke richtlijn is die op dit toestandsbeeld bij volwassenen van toepassing is en het klinisch oordeel van de arts derhalve leidend is. Klachtonderdeel 1 is daarom ongegrond, net als het deel van klachtonderdeel 3 betreffende het niet voorschrijven van antibiotica. Het beroep van klager op deze klachtonderdelen slaagt dus niet.

4.8 Hoewel de huisarts op 4 februari 2013 niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door geen antibiotica voor te schrijven, is het Centraal Tuchtcollege van oordeel dat de huisarts haar keuze om op dat moment geen antibiotica te geven onvoldoende aan klager heeft toegelicht en hem onvoldoende perspectief heeft geschetst over wat hij kon verwachten. Het Centraal Tuchtcollege kan de huisarts volgen in haar keuze om geen antibiotica voor te schrijven, zoals onder 4.7 overwogen, maar is van oordeel dat daaraan wel gekoppeld is de noodzaak om de patiënt duidelijk te informeren over het te verwachten beloop, waaronder de verwachting dat de koorts en de pijn na het doorbreken van het trommelvlies snel (d.w.z. binnen 12 tot 24 uur) zouden afnemen. Daarbij had de huisarts de patiënt duidelijk moeten informeren over de afweging om op dat moment (nog) geen antibiotica voor te schrijven en had zij de patiënt moeten instrueren bij welke (aanhoudende) klachten of verschijnselen opnieuw contact met de huisarts (of huisartsenpost) opgenomen zou moeten worden. Het Centraal Tuchtcollege houdt hierbij rekening met de omstandigheid dat het om een volwassen patiënt ging met een pussend loopoor in combinatie met 38,9°C onder paracetamol, waarbij een potentieel ernstige (progressieve) bacteriële middenoorinfectie nog zeker in de differentiaal-diagnostische overwegingen thuis hoorde. Tot slot had de huisarts actief de vinger aan de pols moeten houden door bijvoorbeeld een belafspraak te maken met de patiënt voor het einde van de dag of de volgende ochtend.

4.9 Uit de stukken noch op de terechtzitting in beroep is het Centraal Tuchtcollege gebleken dat de huisarts het onder 4.8 uitgewerkte perspectief en de daar bedoelde instructies en evenmin de instructie om bij verergering van de klachten terug te komen, aan klager heeft gegeven. Daardoor is de regie overwegend bij klager komen te liggen in plaats van bij de huisarts. De huisarts heeft het antibioticabeleid onvoldoende aan de orde gesteld, onvoldoende aan klager het te verwachten beloop van zijn klachten en de tekenen van een eventueel ongewenst beloop geschetst, en tenslotte onvoldoende actief een ‘vangnet’ gecreëerd om een dergelijk ongewenst beloop tijdig te kunnen onderkennen. Klachtonderdelen 2 en 3 zijn daarom onderscheidenlijk geheel en gedeeltelijk gegrond.

            Klachtonderdeel 4: verslaglegging

4.10 Klager verwijt de huisarts met het vierde klachtonderdeel dat de medische verslaglegging niet op orde was, gelet op het niet noteren van de afspraak om terug te komen over zes tot acht weken ter beoordeling van het trommelvlies. Het Centraal Tuchtcollege stelt voorop dat de verslaglegging van het consult van de huisarts summier is, zeker waar het betreft de notitie bij P (plan). Nu het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat niet gebleken is dat die instructie is gegeven, staat die instructie dus logischerwijs niet in het medisch dossier. Daarom is het Centraal Tuchtcollege evenals het Regionaal Tuchtcollege van oordeel dat de dossiervoering van de huisarts de tuchtrechtelijke toets kan doorstaan.

4.11 De conclusie is dat de klachtonderdeel 4 ongegrond is en het beroep van klager op deze punten niet slaagt.

            Slotsom en maatregel

4.12 De conclusie is dat de klacht van klager gedeeltelijk gegrond is. Het Centraal Tuchtcollege vindt het opleggen van een waarschuwing passend en toereikend.

4.13 Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat het algemeen belang gediend is met de publicatie van deze beslissing en zal bepalen dat deze beslissing wordt bekend gemaakt zoals in het dictum staat vermeld.

5. Beslissing

Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:

  • vernietigt de beslissing waarvan beroep voor zover klachtonderdeel 2 en het tweede deel van klachtonderdeel 3 ongegrond is verklaard;

en doet opnieuw recht;         

  • verklaart klachtonderdeel 2 en bedoeld deel van klachtonderdeel 3  alsnog gegrond zoals weergegeven in 4.8 en 4.9;
  • legt voor het gegrond verklaarde deel van de klacht aan de huisarts de maatregel van waarschuwing op;
  • gelast dat VWS-Financieel Dienstencentrum aan klager het betaalde griffierecht ten bedrage van € 100,00 (zegge: honderd euro) voor de behandeling van de klacht bij het Regionaal Tuchtcollege en van het beroep bij het Centraal Tuchtcollege vergoedt;
  • bepaalt dat deze beslissing op de voet van artikel 71 Wet BIG zal worden bekendgemaakt in de Staatscourant, en zal worden aan­geboden aan het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Gezondheidszorg Jurisprudentie en Medisch Contact met het verzoek tot plaatsing.

Deze beslissing is gegeven door: R. Prakke-Nieuwenhuizen, voorzitter; A.D.R.M. Boumans en H.M Wattendorff, leden-juristen en F.M.M. van Exter en W. de Ruijter, leden-beroepsgenoten en E. van der Linde, secretaris. Uitgesproken ter openbare zitting van 27 augustus 2021.

Meer tuchtrecht

Tuchtrecht huisartsgeneeskunde
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • E.A. Reijnders

    huisarts docent, abcoude

    Een aantal uitspraken van tuchtzaken, vooral zaken waarin de tuchtraad een nieuwe richtlijn formuleert, verdienen mijns inziens een weloverwogen beoordeling door een groep deskundigen. Zo’n commissie kan een implementatie plan maken, maar ook uitspre...ken dat een uitspraak onuitvoerbaar is. Zo kan je rust terugbrengen in de beroepsgroep. Als de beroepsverenigingen dat niet tot hun taak gaan rekenen, dan zou een 10-taldeskundige collega’s dat kunnen doen.
    Tuchtzaken die veel onrust geven zijn er meer geweest. Die leveren dan wat bozige reacties op, meer artsen bedenken zelf of ze hun handelen gaan wijzigen en nog meer artsen voelen dat hun taak weer verzwaard is.
    De juridische werkelijkheid van waaruit de tuchtraad handelt, is te beperkt voor het maken van richtlijnen. Geen enkele beroepsgroep maakt richtlijnen met 2 beroepsgenoten samen met een stel juristen.

    In deze zaak was de kwaliteit van zorg het meest gediend geweest met een gesprek tussen huisarts en patiënt kort na de gebeurtenis. Hierin hadden zij kunnen bespreken wat in deze situatie had kunnen helpen om eerder aan de bel te trekken. Dit is een breed gedragen opvatting die sinds juli 2016 in de WKKGZ is opgenomen. Waarom dat hier niet is georganiseerd begrijp ik niet. Waarschijnlijk ontbrak de structuur om het te organiseren.
    Het tuchtrecht betreft de individuele gezondheidszorg. Deze uitspraak gaat dan ook over het handelen van de arts en verwijst niet eens naar betere organisatie van zorg. Ze stelt niet de vraag waarom huisarts en patiënt niet eerder met elkaar gesproken hebben.

    De centrale tuchtraad oordeelt dat de tekst ’Uitleg, exp’ niet genoeg is om aan te tonen dat de huisarts de patiënt goed heeft voorgelicht en dat de huisarts voor een bel afspraak had moeten zorgen. Net als meerdere collega’s betwijfel ik of de kwaliteit van de zorg hiermee het beste wordt bevorderd.
    De vraag hoe we de tuchtraad wel van ons goede gedrag kunnen overtuigen, beantwoordt de raad niet. Dat moeten we zelf invullen. Daarvoor doen collega’s in MC verschillende suggesties. Ik wil waarschuwen voor suggesties waarbij we meer letters in onze HISsen gaan schrijven. We hebben daar de tijd niet voor. Reken maar uit: om 1 seconde langer te schrijven per consult hebben we (1 sec x 4 consulten/jaar x 17 miljoen inwoners) is ongeveer 10 huisartsen extra nodig in ons land.
    De tuchtraad voert de wet vast goed uit. Maar ik geloof niet dat zij richtlijnen moet geven waar die nog niet bestaan. Daar heeft zij de deskundigheid niet voor. Zij kan ook volstaan met dat te constateren en de beroepsgroep daarop wijzen.

    Er zijn op dit moment voldoende, gezonde, ervaren, deskundige, gepensioneerde collega’s die dit een leuke klus zouden vinden. Zij kunnen een commissie vormen en bij bepaalde zaken een implementatie advies formuleren. Liefst gesteund door onze beroepsgroep. Het hoeft de beroepsgroep dus nauwelijks extra werk te kosten. Ik wil wel, wie doet mee?

    Advies aan deze collega. Ook al kosten tuchtzaken u zeeën van tijd. Ik zou niet anders gaan registreren, dat gaat ook te veel tijd kosten. (Reken maar uit, een voltijds huisarts doet zo’n 5000 registraties per jaar). Een praktijkmanager die de klacht en VIM-procedure organiseert, bespaart u vast dit vervelende werk in de toekomst.

  • J.G.H. Mulder

    Huisarts

    Waanzin ten toppe?
    Berisping #huisarts door #tuchtcollege nu met de casus van het tuchtcollege erbij.
    Huisarts belde crisisdienst die weigerde!!! te komen omdat patiënt in behandeling was bij psycholoog Deze stelde doodleuk dat hij geen crisis o...pvang mogelijkheden had.
    Oordeel college: Crisisdienst had moeten komen want het ging om een suïcidale CRISIS: Fout, Psycholoog had opvang van ZIJN patient niet mogen weigeren en eventueel zelf met CRISIS dienst moeten overleggen: Fout. Huisarts die al hele week bezig was met patient, door had dat er nu iets moeste gebeuren en CRISIS dienst belde en de EIGEN behandelend psycholoog die beide zeiden zoek het maar uit: Goed, want de huisarts had "doortastender moeten optreden" Zijn ze gek geworden! Hoe kunnen we in vredesnaam ons vak nog uitoefenen.
    https://www.tuchtcollege-gezondheidszorg.nl/actueel/nieuws/2021/12/3/berisping-huisarts-voor-zorg-voor-patient-in-psychische-nood

    • M.D. Oosterhoff

      Psychiater, THESINGE

      Ik heb al een blog ingestuurd. Het is een typisch voorbeeld van een individu uit de keten aanspreken, met achterafkennis dat het fout is gegaan en dan oordelen dat het dus fout is gedaan. Wat niet zo is, als ik het vonnis lees. Vreselijk gebeuren, ma...ar om iemand daarvoor te berispen....

  • M.D. Oosterhoff

    Psychiater, THESINGE

    Ik wil reageren op coll. Muller, die een andere uitspraak aa nhaalde van een huisarts die berispt is vanwege tekortschietende zorg rond een suicide. Ik heb alleen het krantenartikel gelezen, maar dat geeft de indruk, dat het heel erg achteraf bekeken... is. Hindsicht bias. Ik lees nog niet wat de huisarts zo vreselijk fout gedaan heeft. Het is wel vreselijk fout gegaan, maar fout gegaan??

    • Huisarts, Streefkerk

      Bart Bruijn,

      Redactie, kunt u deze uitspraak achterhalen? Mijn haren staan alweer overeind. Maar het lezen van alleen een krantenbericht is niet goed. Ik kan de uitspraak niet vinden.

      • M.D. Oosterhoff

        Psychiater , Thesinge

        Ik heb hem wel gevonden. Schreef er een blog over. Ik zoek het even op

        • M.D. Oosterhoff

          Psychiater, THESINGE

          file://C:\\Users\meoo01\Downloads\E2021-2029-ann+3+december+2+2021.pdf
          Dat is de betreffende uitspraak van het tuchtcollege eindhoven.
          Ik moest even zoeken, want er was ook een mevrouw, die 8 gynaecologen, een anaesthesist en een kinderarts had aa...ngeklaagd. Dus acht uitspraken!.

  • E.A.J.M. Lommelaars

    huisarts, Bennebroek

    Hoe krankzinnig (letterlijk, want in het bezit van welk ziek verstand) moet je zijn om tot de conclusie te komen dat deze huisarts een waarschuwing krijgt.

    Wat een afschuwelijke afloop van het, gelukkig in deze gecompliceerde vorm zélden voorkome...nd, ziektebeeld voor deze patiënt.

    Wat een afschuwelijke afloop van het, helaas steeds váker voorkomend, gevolg van een regulier spreekuurconsult voor deze aangeklaagde huisarts.

    Wat een huiveringwekkende uitspraak van het Centraal Tuchtcollege voor alle huisartsen die, net als ik en deze huisarts, geen geluidsopnames van consulten maken en/of geen tijd hebben om werkelijk elk uitgesproken woord schriftelijk vast te leggen.

    Ik geef het je te doen in 10 minuten: Opening consult, exploratie van hulpvraag of hulpvragen, anamnese, onderzoek, bespreking van bevindingen tijdens onderzoek, uitleg over hypothese of diagnose, vragen naar emoties en reacties op dit alles, overleg over voor- en nadelen van (alternatieven) van het beleid, afspraken maken en tot slot: Schriftelijk in het EMD alles noteren wat er besproken, geadviseerd, geconcludeerd en besloten is waarbij, gelet op de recente uitspraak van het Centraal Tuchtcollege, vooral de tekst over “Terugkombeleid en “Vangnetten”, beslist niet meer zou mogen ontbreken.

    Zó benieuwd wie van de leden van het Centraal Tuchtcollege, die zich geroepen heeft gevoeld om hier “Recht” te gaan spreken, op de ochtend van de uitspraak in de spiegel een ter zake kundige meende te zien….

    Het moet niet gekker worden. Ik zeg: Op de barricades! Voor een Tuchtrecht dat ter zake kundig kaf van koren weet te scheiden en zich derhalve diep schaamt voor dit soort uitspraken.

  • C.H.G.M. van Moorsel

    huisarts, Uden

    Kan het (centraal) tuchtcollege ook worden aangeklaagd voor het veroorzaken van onrust onder de beroepsgroep, daardoor het stimuleren van defensief handelen en daarmee bijdragen aan het extra belasten van een overbelaste gezondheidszorg met alle gevo...lgen van dien en het ontstaan van iatrogene schade?

    • M.D. Oosterhoff

      Psychiater, THESINGE

      Nee, want je kunt alleen individuele personen aanklagen. Een melding bij de inspectie van calamiteiten maakt ook weinig kans. Wat je wel kunt doen is de strijd voor een beter tuchtrecht steunen op www.turecht.nl Teken de petitie en verspreid hem.

      • P.H. Roessingh

        huisarts

        De 2 beroepsgenoten die medeverantwoordelijk zijn voor de gemaakte fout van het centraal tuchtcollege, kunnen volgens de 2e tuchtnorm aangeklaagd worden.
        "De tweede tuchtnorm omvat 'enig ander handelen of nalaten in strijd met hetgeen een behoorli...jk beroepsbeoefenaar betaamt'. Hieronder kunnen diverse zaken vallen waaronder verzekeringsfraude, het niet toelaten van een collega tot een waarneemregeling of onjuist optreden in de media."
        Zo werd ook eerder een gynaecoloog in een bestuur van het ziekenhuis, schuldig verklaard, zonder dat zij een individuele behandelrelatie met de klagende patiënt had.

  • W.C. Hartgers

    huisarts, Amsterdam

    Ik geef vrijwel altijd een brief van Thuisarts.nl over de betreffende aandoening mee. Daar staan alle adviezen netjes in. Ik noteer dan in het dossier, dat ik die brief heb meegegeven. Dan ben je dus altijd ingedekt.

    • M. Samsom

      huisarts, AMSTERDAM

      Dit is nu juist waar we het met z'n allen als beroepsgroep en patiënten over moeten hebben. Voor wie doe je dit? Voor het tuchtrecht? Is opschrijven betere kwaliteit? Behandelen we niet 25% van de tijd het dossier ipv de patiënt? Waarom moeten we ons... indekken?
      Natuurlijk schrijf ik ook meestal in de P-regel thuisarts op. Maar meegegeven, of gemaild en heeft de patiënt dit wel gehoord of begrepen? Je kan het eindeloos doortrekken als je het opschrijft om jezelf in te dekken. Ik schrijf het op omdat ik niet alle dagen op de praktijk ben en dan weten mijn collega's dat ik dit gedaan heb. Kunnen ze daar op voortborduren.

    • J.H.A. Vollebergh

      Gynaecoloog, Heesch

      Dat denk jij maar. Heb je nagevraagd of de patiënt kan lezen? En de volgende dag gebeld met de vraag of de patiënt de folder ook gelezen heeft? En dat in het dossier genoteerd?
      Anders hang je alsnog…

  • M.M.W. de Bruijn

    Huisarts, Echt

    Ten tijde van groeiende schaarste in personeel in de gezondheidszorg blijven tuchtcolleges tuchtigen... na bijna een decennium!

  • N. Glaser

    Huisarts

    Verschrikkelijk hoe de leden van het tuchtcollege ver weg aan het geraken zijn van de realiteit. Op welke manier doet het geven van een waarschuwing 9 jaar na dato bijdragen aan de kwaliteit en veiligheid van onze handelwijze?
    Laat aub alleen bij a...antoonbare en aanwijsbare nalatigheid 'straffen' uitgedeeld worden en niet opportunistische belerende waarschuwingen bij zulke trieste maar onvermijdelijke gebeurtenissen.

  • G.K. Mitrasing

    Huisarts, Amsterdam

    In de opleiding to huisarts krijg je onderwezen om je patient een safety net mee te geven.. veelal verbaal.. binnenkort wordt dat dus standaard copy paste in het his opgenomen.. treurig..

    • M.D. Oosterhoff

      Psychiater, THESINGE

      Ik moest op een gegeven moment van de directie in elk dossier noteren dat ik geinformeerd had naar suicidegedachten.
      Dat heb ik geweigerd. Om het te noteren en om het te doen. Een kind van 8 met heel andere klachten schrikt zich dood als je daarnaa...r vraagt en anders zijn ouders wel.
      Indekgeneeskunde is slechte geneeskunde.

  • J.M. Keppel Hesselink

    pijnarts, Bosch en Duin

    Het beste is een simpele flyer op de tafel te hebben, en daarin alle informatie die totaal logisch en gewoonlijk gegeven wordt in op te schrijven, gewoon de patient de flyer meegeven. Lekker defensief. De flyer mag 57 pagina's lang zijn.....

  • L. Laterveer

    internist, Meppel

    Als ik alles moet opschrijven wat ik met patiënten bespreek heeft dat misschien als voordeel dat het tuchtcollege zolang door het dossier van patiënten moet worstelen dat ze met pensioen zijn voor ze klaar zijn. Ik denk dat de kwaliteit van de gezond...heidszorg daar enorm mee verbetert.

  • M.D. Oosterhoff

    Psychiater, THESINGE

    Ik ben in de actiestand geschoten. Blog komt eraan met verzoek een oproep aan de KNMG te steunen eens te onderzoeken of artsen denken dat het tuchtrecht overall bijdraagt aan de kwaliteit van de zorg.

  • R.P. Zwaan

    Huisarts , Leiden

    Los van de extra administratieve handeling, waar is het causaal verband?! Oftewel, als het er dan wél in had gestaan, had dit de afloop veranderd? Zou de patiënt dan wél de AB hebben gecontinueerd en op tijd aan de bel hebben getrokken? Daarom vind i...k de laatste zin ook zo aanmatigend: “met het oog op deze tuchtklacht was het wel verstandig geweest”. Verstandig voor wie? Voor de patiënt of voor je eigen hachje? Het is toch totaal niet te bewijzen dat de uitkomst anders had kunnen zijn?! Het is juridische haarkloverij die vér van de praktijk staat. We zijn hard op weg naar ‘Amerikaanse’ toestanden. Het klaagrecht maar ook het doel van het Tuchtcollege is zijn doel volledig voorbij aan het schieten. En wij blijven maar als makke schapen alles slikken. Hoe kunnen we als beroepsgroep zeggen: Genoeg!

    • M.D. Oosterhoff

      Psychiater, Thesinge

      Ik ben bezig een actie voor te bereiden ik vind dat we verplicht zijn aan onszelf onze collega's en onze patiënten hiertegen in opstand te komen..

      • D.F.R. Boswijk

        huisrats, Stegeren

        Beste collega Oosterhof: sympathiek en goed bedoeld zo'n actie, maar we kunnen beter met elkaar afspreken dat we de tuchtcolleges gaan negeren en niet meer zo serieus nemen. Al die aandacht geeft meer macht en aanzien aan de tuchtcolleges dan wenseli...jk en/of redelijk is. Overigens ben ik van mening dat er serieus gekeken moet worden naar een redelijk alternatief voor dit archaïsche gremium dat berust op het negentiende eeuwse principe van tucht/straf/berispen/waarschuwing.

        • M.D. Oosterhoff

          Psychiater, THESINGE

          Wat je aandacht geeft groeit. Dat klopt, maar dit college heeft wel macht. negeren is leuk tot je de sjaak bent. Dan is het veel moeilijker. Ik geloof nooit dat we met zijn allen niet meer opdraven als we een tcuhtzaak hebben. Bovendien moet er wel e...en soort sanctie zijn voor werkelijk laakbare zaken

          • J.G.H. Mulder

            Huisarts

            En nogmaals bedankt tuchtcollege! Weer een voorbeeld van hoever het dit orgaan afstaat van de realiteit
            "Op dag dat de patiënt een einde aan zijn leven maakte, had de huisarts meer moeten aandringen moeten richting de crisisdienst"
            We doen niet an...ders dan aandringen bij de crisisdienst met psychotische en suïcidale gedachten. Na dat je vervolgens als een coassistent wordt uitgehoord door de contact verpleegkundige krijg je te horen dat ze het heel druk hebben en of het morgen kan. De psychiater krijg je al helemaal niet te spreken. Waarom krijgt wederom de huisarts de schuld toegeschoven?

            https://www.omroepbrabant.nl/nieuws/4001487/eindhovense-huisarts-ernstig-tekortgeschoten-rondom-zelfdoding-patient

          • M.J.A. van Dooren

            huisarts, Veldhoven

            In een tuchtzaak waarin meerdere artsen werden aangeklaagd kwam de grootste boosdoener (was overduidelijk) niet opdagen. Op mijn vraag wat het tuchtcollege daarmee ging doen was hun antwoord: NIETS.... En dat terwijl voor het herstel en acceptatie pr...oces voor de betreffende patiënt dat heel helend had kunnen zijn! Waarmee ik beslist niet wil promoten om niet op te komen dagen bij zo'n zitting. Maar dan moet er wel een heel andere sfeer en methodiek komen.
            In de praktijk VIM-men we heel wat af. In veilige omgeving en voor iedereen leerzaam. Zonder betutteling of wijzen met het vingertje. Dát houd je scherp.

          • D.F.R. Boswijk

            huisarts, Stegeren

            nou ja , ik ben geen geen jeugd-psychiater, maar ik heb indertijd geleerd dat je vooral gewenst gedrag met aandacht moet belonen. Heb je deze actie wel met je vrouw overlegd? Aan de andere kant beweerde een wijzer en godsvruchtiger mens dan ik dat "... jede Konsequenz führt zus Teufel", dus misschien heb je wel gelijk. Ik onderteken wel.

  • M. Samsom

    Huisarts, Amsterda m

    Wat een trieste zaak. Dus wat is de boodschap van het tuchtcollege: dokters u moet echt defensiever handelen. Bescherm uzelf tegen een klacht en schrijf standaardadvies altijd op. Beseft het college wel wat de consequenties zijn? Graag een moreel be...raad van het Centraal Tuchtcollege met de huisartsen en patientenvereniging. Met het dilemma : is het juist om huisartsen standaard adviezen op te laten schrijven met het nadeel dat er kostbare tijd verloren gaat waardoor er minder zorg geboden kan worden omwille van het tuchtrecht?

  • J.H. Leenders

    zorgveldwachter, Leeuwarden

    De klager stopt na 1 dag ( overleg geweest? ) de ab; wie zegt dat het geen viraal exantheem was?
    Gevoegd bij het gegeven dat er pas na ruim 6 jaar geklaagd wordt doet mij minstens één wenkbrauw fronsen.

  • Huisarts, Streefkerk

    Bart Bruijn.

    Vanochtend vanaf 07.30 tot 11.30 uur 21 patienten gezien en afgehandeld en goed verzorgd en voorgelicht en verteld waarop ze moeten letten. En daarbij ook nog vergaderd om de agenda voor de rest van de dag te plannen, zodat we voor d...e anderen ook nog goed kunnen zorgen.

    Ik heb nul keer opgeschreven waarop ze zouden moeten letten en dat ze moeten terugbellen als het erger wordt. Geen tijd. Ik heb genoteerd wat er voor het verloop of mogelijke verloop belangrijk is voor mij of een evt. waarnemer en dat is genoeg. Dáárvoor is mijn decursus. Niet voor juristerij.

    Ik heb even geprobeerd hoe lang het zou kosten om toch even op te schrijven, wat ik precies heb gezegd en waarvoor ik de patiënten precies heb gewaarschuwd; minstens anderhalve minuut per patiënt.

    Anderhalf maal twintig (die ene schenk ik u) is dertig. Een half uur. Extra tijd. En dat halve uur per dagdeel heb ik niet. In die tijd zie ik drie mensen dus niet!! Minstens 6 op een dag. Nee, sorry, de huisarts is bezig met administratie!

    Als deweinige, maar toch rampen én de enorme onvrede die hieruit gaan voortkomen zich zouden gaan vertalen in tuchtzaken, wie zou er dan verantwoordelijk worden gehouden?

    Ik weet het wel, hoor.

    Tuchtraden, u werkt mee aan het volkomen onwerkbaar worden van de zorg, vooral de huisartsenzorg, door mijlen ver van de praktijk te gaan zitten juristeren.

    U zou beter moeten weten. Wanneer gaat dat eindelijk eens gebeuren?

    • M.D. Oosterhoff

      Psychiater, THESINGE

      Beste Bart
      Ik ben hety meer dan eens met je. Wanneer komen wijzelf eens in opstand? Moeten we geen actie beginnen tegen het tuchtrecht, omdat het de kwaliteit van de zorg verminderd. Dat is helaas waar.
      Ik denk dat we massaal steun zouden krijgen ...van de beroepsgroepen die het vaakst voor de tuchtrechter staan, de huisartsen en de psychiaters.
      De jeugdwet is er wel gekomen, maar ik ben er nog altijd blij mee, dat we ons daartegen toen zo duidelijk hebben uitgesproken. Ik vind dat we dat ook moeten doen tegen het tuchtrecht in zijn huidige vorm. Mail me als je mee wil denken aan het opstellen van een statement. Met petitie.com kunnen we dan laten zien hoe massaal de weerzin tegen het huidige functioneren van het tuchtcollege is. menno@dwang.eu

      • Huisarts, Streefkerk

        Bart Bruijn.

        Ik denk er in mijn vakantie over na en ik kom erop terug.

      • Huisarts, Streefkerk

        Bart Bruijn

        Ik heb bijna de neiging me niet meer te gaan verdedigen. Noch tegen al die verwende klachten, noch tegen tuchtzaken. "Recht" wordt er vrijwel niet gedaan, het is een loterij waarbij de balletjes door schriftgeleerden ver van de werkeli...jkheid worden getrokken.

        Zou dat wat zijn? Dat gewoon niemand zich meer verdedigt in dit zorginfarct? Gaan ze ons er allemaal uitgooien?

        Is dat wat ze willen? Zodat ook de (weinige) rotte appels beschermd zijn?

  • M.D. Oosterhoff

    Psychiater, Thesinge

    Het tuchtcollege heeft als doel de kwaliteit van de zorg te vergroten. Het tuchtcollege slaagt daar absoluut niet in. Dit is de zoveelste uitspraak die dat bewijst. Ik kan me zo kwaad maken over stuurlui aan wal.

  • E.M. Stuveling

    Huisarts

    Volgens de 14e druk van de Dikke van Dale betekent ‘expectatief’: toeziend hoe de ziekte zich ontwikkelt. Dat impliceert een actieve houding, in plaats van ‘maar even aanzien’, of in het Twents ‘kiek’n wat wödt’. Juristen wordt wel eens verweten de z...aak te letterlijk te nemen; dan hebben zij zich nu vergist.

  • P. Vonk

    Huisarts, Amsterdam

    We moeten maar overwegen een bord in de wachtkamer en bij de voordeur op te hangen met een tekst als: “Als de klachten na bezoek aan de huisarts niet snel verbeteren of verergeren dat dient u opnieuw contact op te nemen met de praktijk.”
    In onze pra...ktijk moet dat wellicht ook in het Engels en Chinees om het tuchtcollege van ons lijf te houden.

  • E.M. Stuveling

    Huisarts

    Deze trieste afloop kunnen we niet voorkomen door een vinkje in het dossier. Het is tevens niet aangetoond dat onze collega geen volledige informatie heeft gegeven. Absentie van juridisch bewijs betekent m.i. niet dat er fout gehandeld is; daarom vol...staat ook een ‘uitleg’, omdat dat de essentie van ons vak is. We hebben dit geconstateerd, maar als de klachten toenemen, dan?…. De conclusie is achteraf gepraat.
    Laten we in alle huisartsinformatiesystemen deze zin in de P-regel standaard opnemen: bij alarm/toename klachten retour. Maar dan is de volgende stap voor een zaak dat ik dan alarmsymptomen wel moeten weten!

    [Reactie gewijzigd door Stuveling, Erik op 18-11-2021 22:27]

  • J.G.H. Mulder

    huisarts

    Wat een waanzinnige zaak. En bedankt centraal tuchtcollege voor deze hart onder het riem voor alle overbelaste huisartsen waar de gemiddeld huisarts 6 patiënten per uur ziet. Op een gezellige corona avond zoals nu als 30 omdat veel patiënten inclusi...ef collega's, ziek zijn. Uiteraard weet je niet meer wat je 9! jaar geleden gezegd hebt en natuurlijk zegt ieder arts al dan niet expliciet "bij verergering terugkomen". En waar is hierbij de eigen verantwoordelijkheid van de patient voor als het erger wordt.? In het dossier staan notabene de woorden ‘uitleg’ en ‘exp’. Het regionaal tuchtcollege noemt het dan terecht ‘alleszins aannemelijk’ dat uitleg is gegeven over het expectatieve beleid. Het is binnen de beroepsgroep niet gebruikelijk om het standaardadvies om bij verergering terug te komen altijd expliciet op te nemen in het dossier, staat ook terecht in het oordeel van het regionaal tuchtcollege. Maar volgens het Centraal Tuchtcollege is uit de stukken en tijdens de zitting niet gebleken dat de huisarts instructies heeft gegeven over verwacht beloop en alarmsignalen. Waar zijn ze in vredesnaam mee bezig? Alles huisartsposten moeten vanaf nu standaard al dit geneuzel in het dossier zetten als of je een stempel zet. Blijkbaar gaat het hoogste orgaan in Nederland het niet om het doel maar om het middel. Administratieve druk verhogen met een nietszeggende standaard tekst bij alles te gaan toevoegen. En bedank.

  • P.H. Roessingh

    Full time praktiserend huisarts die geen tijd heeft om in het centraal tuchtcollege te zitten

    Wat een droevige uitspraak. Schandalig gewoon. Een huisartsendossier is toch heel iets anders dan een juridisch dossier? Als wij gaan werken zoals juristen, dan krijgen we pas echt een zorginfarct. Typisch een uitspraak bedacht vanachter een juridisc...h bureautje zonder blik op de normale wereld. Hoe kan het dat twee beroepsgenoten in het centraal tuchtcollege zich hebben laten overrulen door een paar juristen? Werken deze huisartsen nog wel en maken ze een beetje vlieguren om feeling te houden met de dagelijkse praktijk? Onbegrijpelijk.

  • H.A.M. van Haasteren

    Huisarts, LEIDERDORP

    Dramatisch voor de patiënt natuurlijk, maar hoe defensief willen ze het hebben? Moeten we dan aan het einde van elk consult weer hetzelfde riedeltje afspelen? Of moeten we net zoals de apotheken (die gele stickertjes op medicijnen plakken als het rea...ctievermogen beïnvloed kan worden) een sticker aan de patiënt meegeven? Want zelfs als ik het in de dossier genoteerd heb, kan de patiënt zeggen dat het niet klopt of dat hij het niet goed begrepen of onthouden heeft. En zich beroepen op het feit dat het toch bij elke huisarts bekend zou moeten zijn dat patiënten maar de helft onthouden van wat er in een consult besproken wordt? Ik moet op dit soort momenten terugdenken aan die ene patiënt die ik vanwege zijn oorpijn geadviseerd had om paracetamol te gaan gebruiken. Een paar dagen later kwam hij vertellen dat het niet geholpen had, maar het bleek dat hij de paracetamol in zijn oor had gestopt, want dat was toch waar de pijn zat. Tja, ik had er natuurlijk bij moeten vertellen dat hij ze oraal moet innemen!!! Hij had me aan kunnen klagen, maar gelukkig hebben we er samen smakelijk om gelachen. Nog even en we kunnen wel inpakken met z'n allen...

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.