Rechter: ‘Verdachte huisarts kan zich niet beroepen op verschoningsrecht’
Plaats een reactieEen huisarts die na het overlijden van zijn echtgenote – die tevens zijn patiënt én werknemer was – wordt verdacht van dood door schuld, kan zich niet beroepen op zijn beroepsgeheim. De raadkamer van de rechtbank in Den Haag heeft besloten dat een deel van het medisch dossier van de overleden vrouw mag worden gebruikt bij het strafrechtelijk onderzoek. Het verschoningrecht van de huisarts wordt daarmee verbroken.
Betrokkenheid bij dood
Volgens de raadkamer komt uit het onderzoek van de politie een redelijk vermoeden van betrokkenheid bij dood door schuld naar voren. Uit het schouwrapport blijkt dat de longontsteking waaraan de vrouw is overleden mogelijk het gevolg is geweest van jarenlang gebruik van hoge doseringen prednisolon. Daardoor zouden meerdere complicaties zijn ontstaan en als gevolg daarvan was haar conditie te slecht om opgenomen te worden op de intensive care voor beademing. De medicatie zou in 2017 zijn gestart, maar niet volgens protocol zijn afgebouwd en ook zou er niet zijn verwezen naar een internist. Wel zijn er aanwijzingen, onder meer omdat de huisarts dat zelf heeft verklaard, dat de vrouw zichzelf de medicatie voorschreef op naam van haar man. Maar ook dan zou de verdachte kunnen worden verweten dat hij aanmerkelijk onvoorzichtig heeft gehandeld door onvoldoende toezicht te houden op de medicatievertrekking.
Gesloten envelop
Na het overlijden van de vrouw, is beslag gelegd op de telefoon van de verdachte. In chatgesprekken die plaatsvonden tussen februari 2021 en januari 2022 tussen de verdachte en de vrouw ging het over haar medische situatie. Daarnaast is op 23 februari 2022 het medisch dossier van de vrouw door de rechter-commissaris veilig gesteld door middel van een ‘gesloten-envelop-procedure’. Dat wil zeggen dat het medisch dossier ongezien is opgeborgen in afwachting van een beslissing (van de raadkamer) over het al dan niet verbreken van het beroepsgeheim dat op deze stukken van toepassing is.
Verbreken van het verschoningsrecht
Tijdens de zitting – die alleen over het verbreken van het verschoningsrecht ging en niet over de schuldvraag – probeert de verdachte zich te beroepen op het verschoningsrecht (het recht om tegenover politie en justitie te zwijgen, bijvoorbeeld als je anders je beroepsgeheim doorbreekt). De huisarts stelt onder meer dat het feit dat hij als verdachte is aangemerkt, volgens jurisprudentie onvoldoende is om aan het verschoningsrecht voorbij te gaan. Ook vindt hij dat er te weinig feiten en omstandigheden zijn die een verdenking van een misdrijf rechtvaardigen. Uit het forensisch onderzoek blijkt namelijk dat een oorzakelijk verband tussen de langdurige, hoge doseringen prednisolon en het overlijden niet kan worden vastgesteld of uitgesloten.
Medisch dossier
Daar gaat de raadkamer niet in mee; dat een oorzakelijk verband niet kan worden vastgesteld of uitgesloten, maakt niet dat de verdenking daarmee is komen te vervallen. Wat de raadkamer betreft geeft het juist extra reden tot nader onderzoek. Volgens de raadkamer blijkt dat voor het strafrechtelijk onderzoek relevante gegevens zich mogelijk in het medisch dossier of in de chatgesprekken bevinden. Ook stelt de raadkamer dat er geen alternatieve manieren zijn om erachter te komen of de verdachte wat betreft zijn behandeling van de vrouw een strafrechtelijk verwijt valt te maken. Ook noemt de raadkamer het onwenselijk dat bij een verdenking van een jegens een patiënt gepleegd (levens)delict door een arts, de verdachte zichzelf met het inroepen van het verschoningsrecht kan vrijwaren van een strafrechtelijke vervolging. De raadkamer is dan ook van oordeel dat er in dit geval sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden die het doorbreken van het verschoningsrecht rechtvaardigen.
Lees ook-
Simone Paauw
Simone Paauw interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal. Ze heeft aandacht voor diversiteit en inclusie in de breedte, discriminatie en grensoverschrijdend gedrag (op de werkvloer) en de positie van vluchtelingen en vluchteling-artsen. (Gezondheids)recht en medisch tuchtrecht hebben haar bijzondere interesse.
- Er zijn nog geen reacties