4 eieren
Plaats een reactieDe Centrale Gezondheidsraad voorzag de overheid sinds 1902 van adviezen en in de bezettingsjaren waren dat er zo’n zeventig. Op aandringen van de raad gingen tot september 1944 extra rantsoenen naar zieken. Na de bevrijding werd deze ziekenvoedselregeling weer opgepakt. Ook patiënten met tbc, diabetes, kinderen met coeliakie, zwangeren en jonge moeders hadden hun eigen extra rantsoen. Levensmiddelen bleven nog lang na de oorlog alleen ‘op de bon’ verkrijgbaar, koffie was in 1952 het laatste product dat weer vrij te krijgen was.
‘De Directeur-Generaal van de Volksgezondheid deelt mede, dat met ingang van 20 januari 1945 aan de hieronder vermelde categorieën van personen de daarbij vermelde extra rantsoenen (als maximum) kunnen worden toegewezen: I. ulcus duodeni et ventriculi door specialist vastgesteld: Voor de eerste 6 weken per week: 10,5 liter melk, 400 gram boter, 4 eieren, 500 gram meel en grutterswaren. Hiervoor worden broodbonnen ter waarde van 600 gram ingetrokken.’
Medisch Contact voor het bevrijde Nederlandsche gebied, 10 februari 1945, blz 11
zie ook- Er zijn nog geen reacties