‘We weigeren code zwart in te voeren’
Plaats een reactieOp Curaçao zijn de coronacijfers de afgelopen weken geëxplodeerd, waardoor de druk op de zorg enorm is. Extra hulp uit Nederland is nodig.
Behalve een kleine ‘eerste golf’ in november en december was het op Curaçao maandenlang met een handjevol positieve tests per dag rustig, vertelt arts-epidemioloog Izzy Gerstenbluth. Hij is het hoofd van het departement Geneeskunde & Gezondheidszaken (G&GZ) en is als ‘nationaal epidemioloog’ de hoofdverantwoordelijke voor de geneeskundige aanpak van covid-19 op Curaçao. ‘In februari kwamen de eerste besmettingen met de Britse variant aan het licht, waarna het aantal besmettingen in maart snel opliep. Enige tijd na de verkiezingen op 19 maart zaten we al snel op honderden tot zelfs rond vijfhonderd positieve tests per dag. Inmiddels zien we de Britse variant bij 96 procent van de besmettingen. Hoe vervelend we het ook vinden, strenge maatregelen zijn nu nodig. Het virus móét nu ingedamd worden. De vaccinatiecampagne is daarom versneld; we prikken enkele duizenden mensen per dag.’
Door de snelle toename van patiënten met covid-19 is de druk op de gehele zorgsector op Curaçao groot, vertelt Gerstenbluth. ‘Op alle fronten werken we aan het uitbreiden van de capaciteit. Er komen (ic-)bedden bij en er is mankracht uit Nederland en de Verenigde Staten ingevlogen. Nederland ondersteunt ons financieel en materieel. Ook onze organisatie is flink uitgebreid. We testen nu zo’n tweeduizend mensen per dag. Tot november konden we het testen, het doorbellen van de uitslag en het bron- en contactonderzoek met z’n vijven doen, nu werken we met negentien personen en lukt het niet meer om al het bron- en contactonderzoek zo uitgebreid te doen.’
Understatement
De covidzorg is geconcentreerd in het grootste van de drie ziekenhuizen op het Caribische eiland, het Curaçao Medical Center in Willemstad, dat inmiddels de deuren heeft gesloten voor alle niet-spoedeisende zorg. Alle driehonderd bedden van het ziekenhuis en alle ic-bedden – normaal zestien, maar inmiddels meer dan het dubbele – zijn bezet. ‘Het is behoorlijk druk’, zegt hoofd Spoedeisende Hulp SEH-arts KNMG Vanessa Brown met gevoel voor understatement. Brown: ‘Deze enorm snelle toename hadden we niet verwacht. Iedereen werkt dagen achtereen twaalf uur per dag om alles georganiseerd te krijgen. We moesten omschakelen van een gewone SEH, naar aparte afdelingen voor non-covid- en covidpatiënten en we hebben een triagetent opgebouwd. We gingen van ongeveer vijftig non-covidpatiënten op een normale dag, naar zo’n tachtig patiënten van wie twee derde covid-19 heeft. Opvallend is dat de patiënten met ernstige klachten jonger zijn dan voorheen. We hebben zelfs twintigers en dertigers die ernstig ziek zijn. Dat we nu relatief minder ouderen zien, is waarschijnlijk te verklaren doordat de meeste inwoners van boven de 60 jaar al zijn gevaccineerd. Als dat niet was gebeurd, was de situatie nu nog veel heftiger geweest.’
‘Wij maken nu mee waar de rest van de wereld al een jaar lang mee bezig is’
Onderbemand
Volgens Brown wordt van dag tot dag bekeken of het lukt om alle patiënten de zorg te bieden die nodig is. ‘Dagelijks overleggen we hoe we meer bedden, meer afdelingen kunnen openen, met natuurlijk de benodigde handen aan het bed. Twee weken geleden hebben we besloten de oude locatie van ons ziekenhuis, het Sint-Elisabeth Hospitaal dat twee jaar geleden is gesloten, weer in gebruik te nemen. We hopen de artsen en verpleegkundigen uit Nederland die vrijdag zijn aangekomen daar te kunnen inzetten. Maar ook met hen erbij zijn we nog onderbemand; we kunnen nog wel wat extra SEH-artsen gebruiken. Daarnaast zijn enkele patiënten overgeplaatst naar ziekenhuizen op zustereilanden.
Op de een of andere manier lukt het toch telkens weer, dan weten we bijvoorbeeld tóch om een extra beademingsmachine te krijgen of een plek op de ic. Maar er is wél een continue spanning of het morgen wéér lukt. Dat is erg intensief, de werkdruk is hoog. Maar we gáán ervoor. We weigeren “code zwart” in te voeren, waarbij mensen die dat nodig hebben, niet meer kunnen worden opgenomen.’
Extra mankracht uit Nederland
Op Curaçao is er veel behoefte aan extra mankracht. In de afgelopen anderhalve week zijn zorgverleners vanuit Nederland aangekomen. Zij zijn geworven via detacheringsbureaus en de organisatie Extra handen voor de zorg. De komende weken zullen nog meer zorgverleners worden ingevlogen. Volgens een woordvoerder heeft Extra handen voor de zorg vanuit haar databestand (6500 zorgverleners groot) 45 mensen geworven, onder wie zes artsen. In een brief aan de Tweede Kamer vermeldde staatssecretaris Paul Blokhuis vorige week dat daarnaast nog eens dertig zorgverleners zijn geworven onder wie negen artsen.
Arts-onderzoeker Stijn Kluft is één van hen. Hij arriveerde op zondag 4 april, nadat hij op donderdag de vraag kreeg of hij wilde bijspringen. Kluft: ‘Ik werk met een flexibel contract en word ingezet waar ze me op dat moment het meest nodig hebben. Nu is dat bij het vaccineren, waar ik verantwoordelijk ben voor de logistiek en actief ben als observatiearts. De bedoeling is zo snel mogelijk 80 procent van de bewoners te vaccineren. Nu de bom is ontploft, slaat het scepticisme over vaccineren om in vaccinatiebereidheid. Het gaat er behoorlijk efficiënt aan toe, maar je merkt wel dat de Curaçaose zorgverleners overlopen. Ze hebben weken achtereen gewerkt, zonder pauzeren. Iedereen is hartstikke vermoeid.’
Wrang
Epidemioloog Gerstenbluth is bang dat het punt waarop mensen niet meer kunnen worden opgenomen, misschien al dichtbij ligt. ‘Het klinkt wrang, maar nu is er nog plek op de ic, omdat er helaas mensen overlijden. Het maken van keuzes wie wel en wie niet op de ic terechtkan, ligt op Curaçao nog gevoeliger dan in Nederland. Men is hier niet gewend dit soort discussies te voeren en zulke keuzes zijn cultureel-maatschappelijk nog niet aanvaard. Mijn departement gaat hier niet over; dit zijn afwegingen die door het ziekenhuis worden gemaakt.’
Ook de druk op de huisartsen is groot, vertelt huisarts Ibrahim Samandar uit Willemstad. ‘Als huisartsen hebben wij te maken met de grootste groep patiënten met covid-19. Het is meestal geen complexe zorg, maar omdat het boven op de reguliere zorg komt, is het tóch heel erg druk. In onze praktijk met zeven huisartsen hebben we ongeveer 350 patiënten met covid-19. Wij maken nu mee waar de rest van de wereld al een jaar lang mee bezig is. Een paar dagen is het in enkele gevallen moeilijk geweest om mensen in het ziekenhuis te laten opnemen. Het ging daarbij om ouderen voor wie de vraag is of de uitkomst in het ziekenhuis anders zou zijn geweest dan thuis. Op dit moment hoeft niemand voor wie een ziekenhuisopname aangewezen is, thuis te blijven.’
Laat thuis
Naast de zorg voor patiënten met covid-19 hebben de huisartsen het volgens Samandar erg druk met de patiënten die niet meer bij hun medisch specialist terechtkunnen. ‘Ik ben nu zeven dagen in de week aan het werk. Als ik in het weekend geen dienst heb, dan draai ik als observatiearts mee bij het vaccineren. Er is bijna geen dag dat ik voor 22.00 uur thuis ben. Maar als artsen zijn we getraind om onder veel druk te werken. Bovendien hebben we geen tijd om ons af te vragen of we het kunnen volhouden.’
Lees ook-
Simone Paauw
Simone Paauw interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal. Ze heeft aandacht voor diversiteit en inclusie in de breedte, discriminatie en grensoverschrijdend gedrag (op de werkvloer) en de positie van vluchtelingen en vluchteling-artsen. (Gezondheids)recht en medisch tuchtrecht hebben haar bijzondere interesse.
- Er zijn nog geen reacties