Specialisten Sionsberg vrijwel schadevrij uit faillissement
Wat artsen kunnen leren van eerder bankroet
1 reactieWie nog geld tegoed heeft van een failliete partij, ziet daar vaak hoogstens een fractie van terug. Artsen van de Sionsberg wisten bijna al hun euro’s aan honorarium te innen die nog openstonden toen het Dokkumer ziekenhuis omviel.
Medici hebben meestal geen kaas gegeten van faillissementen. Of, zoals neuroloog Geert Sulter van Sionsberg droogjes constateert: ‘Het is niet bepaald hun corebusiness.’ En curatoren die zo’n faillissement afwikkelen, hebben niet per se verstand van ziekenhuizen. Sulter: ‘Ze hebben geen medische achtergrond, maar weten ook niet hoe de facturatie op basis van dbc’s en DOT’s gaat.’
Faillissement gingen lange tijd voorbij aan ziekenhuisdeuren. Maar gewijzigde bekostigingsstelsels hebben ziekenhuizen gevoeliger gemaakt voor financiële malaise. De eerste voorbeelden van omgevallen instellingen zijn er al: het Ruwaard van Putten Ziekenhuis in juni 2013 en de Sionsberg in november 2014. Het UWV neemt in zo’n geval tijdelijk de salarisbetaling van een arts in loondienst over. Maar hoe vergaat het een vrijgevestigd arts die al declaraties bij zijn ziekenhuis had ingediend, maar zijn honorariumdeel nog niet had ontvangen?
Leerschool
Rondom het Ruwaard van Putten-bankroet zijn artsen inmiddels in juridisch gevechten verzeild geraakt over hun honoraria-uitbetaling. Bij de Sionsberg kwamen curatoren, artsen en zorgverzekeraars tot een oplossing, waardoor op dit moment ruim 99 procent van al het artsengeld alsnog op de rekening van de specialisten is beland. Dat percentage terugbetaling is zeer hoog te noemen bij een faillissement, en het tijdsverloop van nog geen tweeënhalf jaar na een bankroet, kort.
‘Het Ruwaard van Putten-faillissement, dat op ons voorloopt, is wel een leerschool geweest’, erkent curator Hans Silvius, een van de twee curatoren die zich bezighouden met het afronden van het Sionsberg-debacle. ‘Ziekenhuisfinanciering is buitengewoon ingewikkeld. Daar zag je wat je allemaal tegenkomt. Tot dan was het voor specialisten niet duidelijk wat voor gevolgen een faillissement voor hen kan hebben, en moesten curatoren zelf het wiel uitvinden.’
Snufje geluk
Normaal gaat het meestal als volgt. De omgevallen partij heeft zelf nog geld tegoed (van debiteuren) en moet zelf nog rekeningen voldoen (aan crediteuren). Een door een rechter aangewezen curator moet overzicht houden over de afwikkeling van die twee geldstromen. Hij probeert de faillissementsboedel daarnaast met geld te vullen door voorraden, inventaris of gebouwen te verkopen.
Het geld dat zo in die boedel komt, verdeelt hij uiteindelijk over de crediteuren. Dat gebeurt op basis van een door hem vast te stellen percentage. Meestal levert dat crediteuren hooguit een deel op van het oorspronkelijke bedrag waar ze recht op hadden, na ettelijke jaren wachten. Bij het Sionsberg-verhaal droegen het opgedane leergeld, maar ook een snufje geluk en een dosis strategie eraan bij dat het anders liep.
Roerige tijd
Terug naar het najaar van 2014. Op dat moment waren de meeste vrijgevestigde specialisten in de Sionsberg gebundeld in een collectief, waar Sulter vicevoorzitter van is: ruim vijftig longartsen, neurologen, radiologen, orthopeden, dermatologen, urologen, plastisch chirurgen en kno-artsen. Op de novemberdag dat het faillissement werd uitgesproken, stond er zo’n 5,4 miljoen euro open aan declaraties die de zorgverzekeraars nog aan het hospitaal moesten overmaken. Bijna 1 miljoen euro hiervan bestond uit honorarium voor de vrijgevestigde artsen, die hun declaraties via het ziekenhuis indienden bij zorgverzekeraars.
Aangetekende brief gaf ons een financiële sleutel in handen
‘Op basis van het faillissementsrecht had het ziekenhuis een vordering op de zorgverzekeraars en de specialisten een vordering op de boedel’, schetst curator Silvius de toenmalige wettelijke stand van zaken. ‘In rang stonden de specialisten daarmee gelijk aan andere crediteuren waarmee ze moesten delen.’
Maar enkele weken voor het faillissement formeel werd uitgesproken, hoorde neuroloog Sulter in een overleg met de raad van bestuur van het aankomend bankroet, blikt hij op de roerige tijd terug. Hier komt het beetje geluk in beeld – niet elke arts weet in zo’n vroeg stadium van het op handen zijnde financieel drama. Sulter is daarnaast getrouwd met een vrouw die vanwege haar juridische achtergrond al eerder met faillissementsbijltjes hakte. Zij raadde hem aan om namens het collectief vast een aangetekende brief te sturen naar de betrokken verzekeraars, met het verzoek de uitbetaling van het specialistendeel van gedeclareerde dbc’s aan Sionsberg onmiddellijk te staken.
Financiële sleutel
En daar gaven de zorgverzekeraars gehoor aan, met De Friesland, goed voor zo’n 65 procent van de openstaande declaraties, als grootste partij voorop. Sterker nog, ze schortten de volledige dbc-betalingen, dus ook het ziekenhuisdeel, voorlopig op. ‘Het belang van de patiënten’ is volgens woordvoerder Gerrie Riemersma van De Friesland leidend geweest in de beslissingen die de zorgverzekeraar destijds nam. De Friesland hield zich volgens haar vooral bezig met het ‘in stand houden van goede zorg in de regio’, in de periode dat zorggroep Pasana, waar de Sionsberg bij hoorde, wankelde. De brief van de Dokkumer specialisten was ‘een signaal dat ook voor dit probleem een goede oplossing moest worden gevonden, zodat patiënten en andere inwoners van de regio een beroep konden blijven doen op de zorg die ze gewend waren te krijgen’, aldus Riemersma.
Sulter: ‘Toen hadden wij een financiële sleutel in handen. Dat gaf ons een positie ten opzicht van de curator.’ En daar komt het deel strategie om de hoek kijken. Alhoewel dat berekender klinkt dan Sulter het ervaart. Hij benadrukt vooral samenwerking te hebben willen zoeken met de curatoren. ‘We wilden direct met ze aan tafel. Ik wilde verbinding zoeken, uitleg geven en de wens van de specialisten uitleggen.’ Hij herinnert zich ‘open-minded curatoren’ aan te treffen. ‘Dat gaf vertrouwen.’
Huiverig
Maar dit was wel de situatie die curator Silvius aantrof toen het bankroet een feit was: een failliete partij, die nog miljoenen tegoed had van verzekeraars die dit geld angstvallig vasthielden. Zijn doel was om de zorgverzekeraars toch zo snel mogelijk hun betalingsverplichting te laten nakomen. Maar debiteuren zijn altijd huiverig rond een faillissement, is zijn curatorenervaring. ‘Ze zijn bang dubbel te betalen, of te veel te betalen en later niet terug te krijgen.’ Want een curator die eenmaal geld binnen heeft, ‘is niet snel geneigd iets terug te betalen’, erkent Silvius.
Dus besloot hij te kiezen ‘voor de pragmatisch insteek’. Hij zette in op een overeenkomst waarmee voor hem de kans het grootst was dat de zorgverzekeraars snel over de brug durfden te komen, en die maakte dat de artsen niet achter aan het crediteurenrijtje hoefden aan te sluiten. ‘Ik vroeg de zorgverzekeraars hun uitbetalingen niet meer te traineren, op voorwaarde dat wij als curatoren hun zouden terugbetalen als uit bijvoorbeeld materieel onderzoek bleek dat er iets aan hen terugbetaald moest worden. Die terugbetaalbelofte is afwijkend.’
Betalingssysteem
Daarnaast werd afgesproken dat bij die betalingen het reguliere geautomatiseerde betalingssysteem kon worden benut, dat dbc-declaraties in zijn geheel werden overmaakt, dus het ziekenhuis- en honorariumdeel gezamenlijk. Silvius: ‘De zorgverzekeraars waren erbij gebaat dat zij hun betalingen in één keer konden doen, daar is hun ICT-systeem op ingesteld. Het zou een chaos worden als je dat systeem had losgelaten, want die automatisering is niet afgestemd op gefragmenteerde betaling.’ De curatoren zouden er vervolgens voor zorgen dat het honorariumdeel apart werd gezet en op de bankrekening van het collectief kwam te staan.
Daarmee waren de artsen verzekerd van geld, en de zorgverzekeraars bood het zekerheid, licht Silvius toe. ‘Als dit pakket aan afspraken niet was gemaakt, was het systeem op slot gegaan. Dan zouden de verzekeraars ons niet hebben betaald, uit angst dat de medisch specialisten alsnog hun honorarium bij hen zouden claimen, en ze misschien dubbel moesten betalen. Of het had veel langer geduurd voordat ze wilden betalen, omdat ze eerst zeker wilden weten dat alles wat ze betaalden, tot achter de komma klopte.’
Creatieve curatoren
Volgens Silvius kwam het ‘na goed polderend overleg’ tot deze overeenkomst. ‘Dit was een insteek die gunstig was voor de medisch specialisten, maar ook gunstig voor de curatoren. Dan kun je parallel optrekken.’ Het hielp ook dat de Sionsberg-artsen waren georganiseerd. ‘Ik kon met één mond spreken’, aldus Sulter. Silvius: ‘Het maakte het overzichtelijker.’ Friesland-woordvoerder Riemersma roemt op haar beurt de opstelling van de curatoren: ‘We hadden gelukkig te maken met twee creatieve en kundige curatoren, die ook de belangen van de patiënten, medewerkers en regio meewogen.’
Zorg dat je goed ingelicht aan tafel zit
Onderdeel van de afspraak was dat de artsen voorlopig onbezoldigd zouden doorwerken, iets wat de artsen ook wilden in het belang van hun patiënten. En ze zouden de curatoren een onkostenvergoeding betalen uit hun honorariumdeel, voor het werk om dat deel uit de verzekeraarsbetalingen te splitsen. Sulter: ‘Het viel niet mee om iedereen hierover op één lijn te krijgen, want sommige artsen vonden de kosten te hoog, maar het is gelukt.’
Spannende constructie
Curator Silvius noemt de constructie ‘spannend’. ‘We weken van de wet af, met toestemming van de rechter-commissaris (een rechter die het handelen van curatoren toetst, red.). We hebben zo bij de grote debiteuren makkelijk massaal geld kunnen innen. Weliswaar ging er een stuk naar de specialisten, maar de andere crediteuren hadden er ook baat bij dat wij konden innen.’ Telkens als een zorgverzekeraar declaraties afwikkelde, kwam er een deel geld hun kant op. Het laatste restje van de declaraties is nu nog onderwerp van onderzoek.
Sulter adviseert artsen die op een dag in de chaos van een faillissement terechtkomen ‘zich goed juridisch te laten informeren’. ‘Zorg dat je goed ingelicht aan tafel zit. En zet niet direct de hakken in het zand, kom niet meteen met eisen. Benader curatoren niet als een partij die niet te vertrouwen is. Zoek de samenwerking.’
lees ook
dolf algra
arts, MC blogger en commentator, rotterdam
Interessant en leerzaam inkijkje