Geen autisme door vaccinatie

De vaccinatie tegen bof, mazelen en rode hond (BMR) leidt niet tot autisme. Dat hebben onderzoekers van het Deense centrum voor epidemiologie vastgesteld op basis van de gegevens van meer dan 500.000 kinderen. Het onderzoeksverslag werd gepubliceerd in New England Journal of Medicine van 7 november.

De Deense studie is een direct gevolg van een eerdere publicatie die in 1998 in The Lancet verscheen. Daarin beschreven onderzoekers van het Royal Free Hospital and School of Medicine in Londen een zeldzame darmaandoening bij twaalf autistische kinderen. Bij acht van de twaalf kinderen kwamen volgens de ouders kort na de BMR-vaccinatie de symptomen aan het licht. Veel wetenschappers waren van mening dat het aantal onderzochte kinderen te klein was om ferme uitspraken op te baseren. Desondanks waarschuwde onderzoeksleider Andrew Wakefield publiekelijk voor een mogelijk verband tussen vaccinatie en autisme. Dat nieuws leidde tot grote onrust en in enkele landen tot een daling van de vaccinatiegraad. Voor de wereldgezondheidsorganisatie WHO was dat reden om op te roepen tot vervolgonderzoek.

Sinds de publicatie in The Lancet zijn er inderdaad verschillende studies geweest die het verband tussen BMR en autisme onderzochten. In geen van de onderzoeken kon er een correlatie worden aangetoond. Maar omdat de studies in omvang en opzet niet overtuigend genoeg waren, bleef de onduidelijkheid voortbestaan.

Het Deense onderzoeksteam hoopt daaraan nu een einde te maken. Aan de cohortstudie namen 537.000 kinderen deel die tussen 1991 en 1998 werden geboren. Gevaccineerde kinderen hadden 8 procent minder kans op autisme, zo bleek. Bij de autistische kinderen was er geen enkel verband tussen de datum van vaccinatie en het aan het licht treden van autisme. << RC