Cocaïne beschadigt dopamineneuronen

Cocaïne schaadt de dopamineneuronen in het striatum, die juist de euforie veroorzaken bij verslaafden aan deze drug. De neuronale veranderingen zijn wellicht betrokken bij het ontstaan van stoornissen in stemming en motivatie. Dit concluderen prof. Little c.s. van de University of Michigan en het VA Ann Arbor Healthcare System (VS) in American Journal of Psychiatry van januari.

De wetenschappers bestudeerden postmortaal hersenweefsel van 35 cocaïneverslaafden en van een controlegroep van 35 niet-verslaafden met overeenkomende doodsoorzaken. Behalve minder dopamine, bevatte het striatum van de verslaafden een lager gehalte van het vesicular monoamine transporter protein (VMAT2). Dit transporteiwit zorgt voor heropname en opslag van dopamine in het cytoplasma. Cocaïne blokkeert de werking van deze transporteiwitten en veroorzaakt zo het gevoel van ‘high’ zijn door de continue doorgifte van signalen van genot.

Of het lagere gehalte van het transporteiwit het gevolg is van toxische schade, weet Little niet. Het zou ook kunnen liggen aan complexe veranderingen in de regulatie van VMAT2 en in het dopaminemetabolisme.

Om vast te stellen in hoeverre DSM-IV-criteria voor verschillende psychiatrische stoornissen op de personen van toepassing waren, namen de onderzoekers interviews af bij familieleden en vrienden. De gehaltes VMAT2 bleken het laagst in de verslaafden met een stemmingsstoornis. Hoewel de ernst van de psychopathologie niet veel verschilde van die van de andere verslaafden, denken de onderzoekers dat de verminderde dopamine-opslag kan bijdragen aan cocaïne-geïnduceerde depressie. << Iris Nijrolder