De vreemdelinge
Plaats een reactieDe vreemdelinge, Claudia Durastanti, (Vertaling: Manon Smits), De Bezige Bij, 288 blz., 22,99 euro.
‘Ik weet niet welke substantie mijn ouders bevatten’, schrijft Claudia Durastanti in De vreemdelinge. ‘Ik weet wel dat ik die niet heb.’ In haar roman verhaalt ze over het leven van en met haar vader en moeder, beiden doof, excentriek en met heel wat ‘grilligheden’: ‘Overdag bouwde mijn vader flats, ’s nachts sloopte hij huwelijken,’ ’Doen alsof’ was in de familie van haar moeder ‘heel normaal: ondanks haar doofheid gaf haar broer Arturo haar elk jaar een walkman’.
In prachtig proza beschrijft Durastanti de eenzaamheid, bizarheid, instabiliteit en vreemde geborgenheid van haar jeugd en volwassen leven. ‘Gehandicapten (...) vormen een verborgen meerderheid (...)’, stelt ze. We verliezen ‘mettertijd bijna allemaal een superkracht, of dat nu ons gezichtsvermogen, een arm of ons geheugen is. Het onvermogen om dingen te doen die we zouden moeten kunnen (...) is niet zozeer een uitzondering, als wel een onvermijdelijke bestemming.’
Hoewel haar ouders ook kampen met verslaving, armoede en psychische problemen is het ‘gemakkelijker om te zeggen dat mijn ouders doof zijn, ingewikkelder om te zeggen dat ze een psychiatrische aandoening hebben. Gemakkelijker om te zeggen dat mijn moeder niets hoort dan om te zeggen dat ze stemmen hoort.’
De vreemdelinge gaat echter over veel meer dan alleen handicap en gezondheid. Met rake opmerkingen en scherpe observaties bespreekt Durastanti alles van migratie, liefde en reizen, tot taal, cultuur en tijdgeest. Dat doet ze soms in erg lange zinnen. Maar door haar mooie taalgebruik kom je daar gemakkelijk doorheen of begin je met plezier van voren af aan.
- Er zijn nog geen reacties