En als we falen doen we zó
1 reactieDe eerste keer dat ik als anios tijdens een nachtdienst een fout maakte, zal ik nooit vergeten: ik werd duizelig, het klamme zweet brak me uit en ik wankelde op mijn benen. Gelukkig kon ik mijn fout herstellen door packed cells toe te dienen om het lage hemoglobine van de patiënt in kwestie weer snel op te krikken. Toch heeft deze gebeurtenis tot op de dag van vandaag impact, waarschijnlijk omdat ik opeens voelde hoe groot mijn verantwoordelijkheid was en de confrontatie met het feit dat ik blijkbaar potentieel ernstige fouten kon maken.
Als medisch specialist werk ik veel met jonge dokters, die uiteraard ook af en toe de mist ingaan. Stoere, zelfverzekerde en gepassioneerde mensen die opeens snikkend als een kind in mijn kamer kunnen zitten als ‘het verschrikkelijke’ ze overkomt. Het raakt me telkens weer, omdat ik weet hoezeer deze collega’s gemotiveerd zijn om het beste te doen voor hun patiënten. Natuurlijk kennen we allemaal de nare tuchtzaken over chirurgen die dronken proberen te opereren of psychiaters die hun lustgevoelens niet onder controle hebben en zich vergrijpen aan kwetsbare vrouwelijke patiënten. Maar veruit de meerderheid van onze collega’s is dagelijks diep devoot naar hun patiënten en wil maar één ding: een goeie dokter zijn.
Recentelijk sprak de Hoge Raad zich uit over een specialist ouderengeneeskunde die jarenlang strafrechtelijk werd vervolgd voor moord omdat zij euthanasie had toegepast bij een ernstig dementerende patiënte. Ze had van tevoren zonder toestemming een slaapmiddel in de koffie van haar patiënt gedaan om te vermijden dat deze zich zou verzetten, de zogeheten ‘koffie-euthanasie’-zaak. Door de uitspraak van de Hoge Raad blijft de schriftelijke wilsverklaring waarin om euthanasie wordt verzocht, voortaan geldig, ongeacht de mentale toestand van de demente patiënt.
Elke jonge dokter zou verplicht in therapie moeten
Hoe gaan we om met het feit dat we zo’n extreem grote verantwoordelijkheid hebben dat ons handelen de levens van anderen wezenlijk kan beïnvloeden, dus zelfs zonder toestemming van die ander? En hebben we als arts voldoende zicht op onze eigen binnenwereld?
Een van de jonge dokters, die een delier niet tijdig had onderkend, realiseerde zich in eerste instantie dat ze te weinig naar haar eigen gevoel had geluisterd en te veel onder de indruk was van een meer ervaren huisarts die haar op het verkeerde been had gezet. In tweede instantie herkende zij dit als een breder patroon vanuit haar opvoeding, waarbij ze erachter kwam dat ze te makkelijk aan zichzelf twijfelde als ze zich onder druk gezet voelde door een ‘vaderfiguur’, waardoor ze in deze situatie dat belangrijke niet-pluisgevoel had genegeerd.
Of de anios die zo graag mensen wil ‘helpen’ en het iedereen naar de zin wil maken. Borderlinepatiënten lieten hem alle hoeken van de kamer zien omdat ze er vanuit hun stoornis dankbaar misbruik van maakten dat hij altijd zo graag iedereen wilde pleasen.
Als psychiater in opleiding moet je in therapie voor de broodnodige zelfkennis. Wat mij betreft een verplichting voor elke jonge dokter zodat zijzelf, maar ook hun toekomstige patiënten, worden beschermd tegen de fouten die we zó graag vermijden.
Meer van Esther van Fenema
Maarten de Jonge
huisarts, n.p., Deventer
Deze column doet me denken aan de (indertijd verplichte) cursus "Whole person medicine" van de huisartsenopleiding MEDUNSA (Pretoria, RSA). Volgens het hoofd van die afdeling, professor Sam Fehrsen, was het noodzaak voor alle huisartsen in opleiding ...hun eigen ontwikkeling te bestuderen om überhaupt een goede dokter te kunnen worden. In de deeltijd huisartsenopleiding (80-er jaren) besloeg deze cursus het hele jaar. Ik heb er nooit spijt van gehad deze cursus te hebben gevolgd!