Krokodil met kiespijn
Plaats een reactie‘Mam! Die doe je toch niet weg?’ Mijn zoon staat in de deuropening met de groene plastic krokodillenkop in zijn handen. Ik stel hem gerust. ‘Niet weg. Naar mijn praktijk. Zin in een afscheidspotje?’ Om beurten drukken we voorzichtig op een kies. Anticiperend op de bek die dichtklapt. De schrik is nog even groot als vroeger als het beest hapt.
De krokodil krijgt een plek in de rode vakjeskast. Hij trekt meteen Saartjes aandacht als ze mijn spreekkamer binnenkomt. Haar moeder Jolanda behandel ik voor een depressie. Ze heeft alle mogelijke medicatie gehad, maar niets helpt. Nare ervaringen in haar jeugd hebben haar kwetsbaarheid voor somberheid versterkt. Jolanda kan vaak niet voor haar kinderen zorgen. Dan ligt ze dagenlang in een donkere slaapkamer. Of ze is zoek en dwaalt vol doodsverlangen langs een spoorlijn. De kinderpsycholoog van Saartje en haar vader vragen zich af hoe ze hierover met de kinderen moeten praten.
‘Het is een spelletje’, zeg ik tegen Saartje. ‘Pak hem maar. Dan laat ik je zien hoe het gaat.’ Ze zet de krokodil op het tafeltje en we spelen vijf rondjes. Zij wint er vier en geniet zichtbaar van samen iets leuks doen. Een pienter meisje. We praten wat over vriendinnen, zwemles en de sfeer thuis.
‘Weet je Saartje, er komen hier veel mama’s die verdrietig zijn. Hun kinderen komen altijd met een knoop in hun buik uit school. Hoe zou het vandaag gaan met mama? Zij denken dat het door hen komt als hun moeder verdrietig is. Maar het is net als deze Krokodil met kiespijn. Als jij op de kies drukt en de krokodil hapt, dan lijkt dat jouw schuld. Maar deze Krokodil hapt altijd, je weet alleen niet wanneer. Daar heb jij geen invloed op. Dat lijkt misschien wel zo, maar dat klopt niet. En dat is precies hetzelfde met je moeders verdriet. Dat is er gewoon, net als de kiespijn van de krokodil. Het komt niet door jou, het is een ziekte.’
‘Wie kan de krokodil helpen?’ Saartje weet het meteen: ‘Een speelgoeddierentandarts!’
‘Heel goed, Saar. En die ben ik voor jouw moeder. Ik help haar om minder verdrietig te worden. Jij kán dat niet en jij hóéft dat dus ook niet. Begrijp je dat?’
Saartje knikt, ze glimlacht. ‘Mag ik nu weg?’ Ik loop met haar mee naar de wachtkamer waar Jolanda wacht.
Ik hou van metaforen in de spreekkamer. Maar was deze niet te ingewikkeld? Sloot ik genoeg aan bij Saartje? Ik kan het moeilijk peilen.
Vier weken later stuurt de kinderpsycholoog mij een berichtje. Saartje heeft haar uitgelegd dat het verdriet van mama als de kiespijn van de krokodil is. In de bijlage zit een foto van een tekening van de krokodil. ‘Ik moest erbij schrijven: voor de speelgoeddierentandarts van mama, van Saartje. Dank je wel voor je hulp, je metafoor helpt ons in gesprek te zijn.’
Meer van Cassandra Zuketto- Er zijn nog geen reacties