Celstraf voor patiënt die stalken en smaad niet kon laten

Een voormalig patiënt van een huisarts in Denekamp is veroordeeld tot een deels voorwaardelijke celstraf vanwege stalking en het aantasten van de goede naam van de huisarts door het verspreiden van smadelijke teksten. Ook is de man een contact- en gebiedsverbod opgelegd en moet hij een boete van ruim 5000 euro betalen.

Brieven

De voormalige patiënt stuurde in de periode van 3 november 2020 tot en met 1 december 2021 allerlei brieven en usb-sticks aan de huisarts zelf, en aan instanties waaronder de rechtbank, politiemedewerkers, collega-huisartsen, advocaten en media, zo blijkt uit de uitspraak van de strafrechter van de rechtbank in Overijssel. Daarin noemde hij de huisarts onder meer een pathologische leugenaar die autoriteiten, politie en justitie misleidt. Ook beschuldigde hij de huisarts onder meer van oplichting. De brieven hadden als onderwerp ‘beëindiging huisartsenpraktijk’.

Eerdere veroordeling

In 2017 werd de voormalige patiënt ook al veroordeeld vanwege het verspreiden van laster over de huisarts. In dat jaar ontstond een conflict tussen de patiënt en de huisarts over het afnemen van een bloedtest – met het oog op het voorschrijven van anti-epileptica – die volgens de patiënt niet zou bestaan. Vervolgens was hij van mening dat hij de samenleving moest behoeden voor deze huisarts en begon hij als klokkenluider met het verspreiden van flyers met een negatieve inhoud over de huisarts. Hij kreeg toen onder meer een contact- en locatieverbod met een proeftijd van drie jaar opgelegd. Maar één maand nadat de proeftijd afliep begon hij weer met het verspreiden van brieven en usb-sticks over de huisarts.

In brieven aan de huisarts zelf schreef hij onder meer dat als de huisarts geen aangifte tegen hem zou doen, hij een boek over de huisarts zou schrijven. Als hij wel aangifte zou doen, zou hij gefileerd worden in de media. Ook gaf verdachte de huisarts in een van zijn brieven enkele maanden de tijd om zijn huisartsenpraktijk geruisloos te beëindigen.

Klokkenluider

Tijdens de zitting stelde de verdediging zich op het standpunt dat de verdachte te goeder trouw handelde. Hij zag zichzelf als klokkenluider en ging ervanuit dat alles wat hij schreef over de huisarts waar was. De rechter oordeelt echter dat de verdachte had moeten weten dat wat hij opschreef niet de waarheid was. Dat had de verdachte kunnen weten vanwege zijn eerdere veroordeling en doordat zowel het regionaal als het centraal tuchtcollege al in 2017 en 2018 oordeelden dat de huisarts geen enkel verwijt valt te maken. De rechtbank oordeelt ook dat de verdachte meer dan een jaar inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de huisarts en hij hem psychisch leed aandeed: de huisarts voelde zich bedreigd, kwetsbaar en onveilig in zijn eigen huis.