Progesteron voorkomt vroeggeboorte

Bij vrouwen met een hoog risico op vroeggeboorte verlaagt toediening van het progesteron 17P (17a-hydroxyprogesteroncaproaat) de kans op vroeggeboorte met eenderde. Dit blijkt uit een kleinschalige studie die bijna dertig jaar geleden in The New England Journal of Medicine is gepubliceerd. Hetzelfde blad publiceerde 12 juni een veel groter onderzoek van het National Institute of Child Health and Human Development, waaruit blijkt dat 17P inderdaad het risico op vroeggeboorte drastisch verlaagt. Het onderzoek onder 459 vrouwen bij wie na een eerdere zwangerschap de bevalling vóór de 37ste week plaatsvond, laat een risicoreductie van 34 procent zien.

Voor de studie kregen 306 vrouwen tot maximaal de 37ste week van de zwangerschap wekelijks een intramusculaire injectie met 17P. De placebogroep bestond uit 153 vrouwen. Zij kregen wekelijks een injectie met een inerte placebo op oliebasis. Onder de vrouwen in de 17P-groep vonden 111 bevallingen plaats voor de 37ste week van de zwangerschap (36%). In de placebogroep waren dit er 84 (55%). Ook het aantal zwangerschappen dat niet verder kwam dan 35 en 32 weken was significant hoger in de placebogroep.

Hoewel de auteurs positief zijn over de resultaten, manen zij tot voorzichtigheid bij extrapolatie ervan. Van de geïncludeerde vrouwen is duidelijk dat het risico op vroeggeboorte extreem hoog was. In hoeverre 17P de kans op vroeggeboorte bij vrouwen met een lager risico reduceert, is nog de vraag. Dit beaamt Michael Greene, die de studie van commentaar voorzag. Toch is ook hij enthousiast. ‘In ieder geval een deel van de vroeggeboorten is te voorkomen. 17P is wellicht een succesvolle interventie om het aantal vroeggeboorten terug te brengen’. << EJP