NHG ziet niks in abortusstandaard
Plaats een reactieDe Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK) wenst een grotere rol voor de huisarts bij de hulpverlening rond abortussen. Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) houdt de boot af.
Volgens de VBOK zijn er op dit moment enkele onduidelijkheden rond de abortushulpverlening. Zo is de taakverdeling tussen abortusarts en huisarts bij de begeleiding van het keuzeproces, de nacontrole en het bespreken van toekomstig anticonceptiegebruik niet helder. Volgens Arjet Borger van de VBOK ligt het in de rede om de huisarts een duidelijkere positie te geven.
Een abortus is niet louter een medisch-technische ingreep, de psychosociale omstandigheden zijn ook belangrijk. Omdat een huisarts de achtergrond van zijn patiënten kent, is hij goed in staat om een vrouw die een abortus overweegt te begeleiden. Bovendien raadpleegt twee derde van de vrouwen eerst een huisarts voordat ze een abortuskliniek bezoeken. Daarnaast wenden de meeste vrouwen zich na een abortus voor de nacontrole en het gesprek over toekomstig anticonceptiegebruik tot hun huisarts.
Huisartsen zouden in ieder geval op de hoogte moeten zijn van de mogelijkheid om voor een keuzegesprek naar de VBOK en aanverwante organisaties als de Fiom te verwijzen, aldus Borger. Daarnaast pleit de organisatie voor het afbakenen van de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende betrokkenen in protocollen of richtlijnen.
Onlangs kreeg de organisatie van staatssecretaris Jet Bussemaker de uitnodiging om aan te zitten bij de herziening van de abortusrichtlijn van het Nederlands Genootschap van Abortusartsen. In dat verband zal de VBOK pleiten voor een duidelijkere rol voor de huisarts. Maar daarnaast is er volgens Borger ook nog ruimte voor een NHG-Standaard Ongewenste zwangerschap. Al was het maar omdat protocollen helpen om op het eigen handelen te reflecteren.
Het NHG zal zon standaard niet gaan ontwikkelen, reageert hoofd richtlijnontwikkeling Lex Goudswaard. Het NHG is gevraagd om mee te praten over de nieuwe abortusrichtlijn van het Nederlands Genootschap van Abortusartsen (NGvA) en we hebben ons serieus afgevraagd of er een NHG-Standaard Ongewenste zwangerschap moest komen. Het antwoord op beide was: nee.
Volgens Goudswaard bestaat er bij het NHG huiver verzeild te raken in een politieke lobby. De VBOK wil ervoor zorgen dat meer vrouwen met een abortusvoornemen eerst bij hen langskomen. De huisarts neemt in de regel de wens van de vrouw als uitgangspunt en verwijst zo nodig naar bijvoorbeeld maatschappelijk werk, een eerstelijnspyscholoog, de Fiom óf de VBOK.
Het klopt niet dat het NHG met het afzien van een abortusstandaard zelf een politiek standpunt inneemt, meent Goudswaard. Het NHG heeft een onafhankelijke commissie die adviseert over de vraag welke onderwerpen zich lenen voor een standaard. Die commissie zag onvoldoende reden voor een standaard over abortus en wij hebben dat advies overgenomen.
Goudswaard wijst erop dat NHG-Standaarden vooral zijn bedoeld om klinische evidence te vertalen naar de dagelijkse praktijk. Op dit terrein is er geen sprake van nieuwe wetenschappelijke inzichten. We vragen ons af welk knelpunt zon standaard zou moeten oplossen. Met de abortushulpverlening zelf is volgens het NHG niet zo veel mis. Als de VBOK graag wil vastleggen hoe artsen moeten handelen bij een abortusverzoek, dan kunnen ze zich beter wenden tot de KNMG. Het ligt meer in de lijn van de artsenfederatie om het voortouw te nemen bij het ontwikkelen van protocollen op medisch-ethisch gebied. Goudswaard wijst erop dat het KNMG-Vademecum reeds een passage over een verzoek tot zwangerschapsonderbreking bevat. << RC
- Er zijn nog geen reacties