KNMG overweegt erkenning alternatieve artsen
Plaats een reactieIk moest mij de ogen uitwrijven om te zien of ik het wel goed had gelezen: ‘KNMG overweegt erkenning alternatieve artsen’ (MC, 23/2004: 932). De KNMG is ooit opgericht door medici als Ramaer, Heije en Voorhelm Schneevogt, die twee doelen nastreefden: bestrijding van de kwakzalverij en het bevorderen van een geneeskunde, gebaseerd op de natuurwetenschappelijke methode.
De superioriteit van de reguliere geneeskunde heeft binnen de KNMG nooit ter discussie gestaan tot de opbloei van de ‘alternatieve geneeskunde’, die rond 1973 begon. Toen gingen zoveel artsen ook alternatief behandelen en ontstond er in politiek en samenleving zoveel steun voor alternatieve geneeswijzen dat de KNMG daarin - helaas - enigszins meeging. Het verzet tegen opheffing van het artsenmonopolie werd verlaten en de KNMG stemde in met de voorbereiding van de Wet BIG. Toen in 1986 - ondanks fel verzet - het huisartsenvestigingsbesluit tot stand kwam waarin ook alternatieve artsen kansen moesten krijgen, verschenen in Medisch Contact advertenties waarin om homeopathische huisartsen werd gevraagd.
In diezelfde periode ging de KNMG ook al eens gesprekken aan met de Artsenfederatie Alternatieve/Additieve Geneeswijzen AAG om te zien of er een registratiesysteem voor hen kon komen. Vooral verzet van de LSV verhinderde dit toen.
Uit het bericht over de gesprekken van de KNMG-leiding met de clubs van alternatieve artsen blijkt dat erkenning en acceptatie nu afhankelijk wordt gesteld van ‘kwaliteitscriteria’.
Maar wat is het nut van kwalitatief goed uitgevoerde en georganiseerde zorg die in zichzelf nutteloos is? En welke argumenten zal de KNMG-leiding straks aanvoeren als de kwaliteitssystemen van de AAG-leden best goed zijn? Het is niet eens uitgesloten, want ze krijgen daarbij al jaren gratis hulp van VWS. Hoe houden wij de AAG dan nog buiten de KNMG?
De KNMG moet op zijn schreden terugkeren en het aangekondigde vervolgoverleg met de AAG onmiddellijk afzeggen. Laat hen eerst maar eens met positieve onderzoeksresultaten over de door hen beoefende geneeswijzen komen, daarna kan er verder worden gepraat.
Hoorn, juni 2004
- Er zijn nog geen reacties
