Gebruik van infusen en urinekatheters kan minder

Een hardnekkig voorbeeld van onnodige zorg is het onterecht gebruik van infusen en urinekatheters. Dat blijkt uit het onderzoek waarop Bart Laan (Amsterdam UMC) deze week promoveerde. Ze worden vaak routinematig gebruikt en meestal gezien als een veilig hulpmiddel, terwijl toch bekend is dat het gebruik ervan nogal eens leidt tot infecties en andere complicaties.

Laan bedacht een – zoals hij dat noemt – ‘deïmplementatiestrategie’: door ‘lokale klinische leiders’ in te schakelen, feedbackrapporten over het aantal onterechte katheters en infusen per ziekenhuis uit te wisselen, onderwijsbijeenkomsten voor artsen en verpleegkundigen te houden, posters en zakkaartjes als herinnering aan (on)terechte indicaties voor het gebruik ervan te verdelen, een standaardtekst in het dagelijkse patiëntendossier op te nemen om de toepassing routinematig te evalueren en verpleegkundigen de mogelijkheid te geven zonder tussenkomst van artsen katheters te verwijderen.

Hij keek vervolgens naar het effect op negentien verpleegafdelingen van interne geneeskunde en aanpalende niet-chirurgische specialismen in zeven ziekenhuizen in Nederland. De aanpak reduceerde het percentage onterechte infusen van 22 procent naar 14,4 procent. Het onterecht gebruik van urinekatheters daalde van 32,4 procent naar 24,1 procent.

Overigens stelde Laan ook vast dat onterecht gebruik van infusen en katheters meer voorkomt op beschouwende dan op chirurgische afdelingen.

Lees de dissertatie hier