Bruins: ‘Groeiende vraag transgenderzorg houdt wachtlijsten lang’

De vraag naar transgenderzorg is in 2019 enorm gestegen. Dat is een van de redenen waarom de wachtlijsten voor transgenderzorg nog altijd te lang zijn.

Dat schrijft minister Bruno Bruins in reactie op Kamervragen van Corinne Ellemeet van GroenLinks. In de zes maanden tussen december 2018 en juni 2019 steeg de vraag naar transgenderzorg met 10,1 procent. Zo bleek eind juni uit een inventarisatie van de kwartiermaker transgenderzorg dat de wachtlijst bij het Amsterdam UMC in die periode steeg van 595 naar 740 wachtenden onder de 18 jaar en van 811 naar 1010 wachtenden boven de 18 jaar. In de vier maanden van juni tot oktober steeg de vraag naar transgenderzorg zelfs met 11,7 procent. Toch zijn de wachttijden niet alleen maar gestegen, binnen het Amsterdam UMC en het UMCG zijn de wachttijden gedeeltelijk gedaald. De wachttijden hebben ook te maken met de beperkte capaciteit in personeel en faciliteiten.

Bruins schrijft dat hij liever had gezien dat de wachttijden nu al een stuk korter zouden zijn. Hij stelt wél in staat te zijn de wachttijden terug te dringen. Zo komt er in 2020 capaciteit bij, bijvoorbeeld in het Radboudumc waar naar verwachting binnenkort gestart wordt met endocrinologische zorg voor jongeren. Ook komen er nieuwe aanbieders van chirurgische genderzorg bij.

Wanneer de wachttijden voor de transgenderzorg binnen de treeknormen komen te liggen, zegt Bruins vanwege de complexiteit niet aan te kunnen geven.