Laatste nieuws
Ben Crul
1 minuut leestijd

Zwanger met kunstklep

1 reactie

Twee cardiologen en een gynaecoloog worden aangeklaagd en krijgen een veroordeling voor hun aandeel in dezelfde dramatisch verlopen casus. Een van de cardiologen werd in eerste instantie door het regionaal tuchtcollege voorwaardelijk geschorst, maar in hoger beroep werd deze maatregel omgezet in een berisping.

Op onze website zijn de drie beslissingen in volle omvang te lezen. Verplichte kost zeker voor hun beroepsgenoten, maar ook voor anderen die met thema’s als hoofdbehandelaarschap, overdracht, telefonisch consultatie en risicoschatting, juiste diagnoses en ‘tempo maken’ te maken hebben. Kortom: bijna voor u allen.

Wat was er aan de hand? Een 31-jarige vrouw heeft kinderwens. Het grootste probleem is dat zij vanwege haar vroegere endocarditis een aortaklepprothese en mitralisklepplastiek heeft en daardoor fenprocoumon (Marcoumar) gebruikt. Dit wordt op advies van de cardioloog omgezet in nadroparine (Fraxiparine) subcutaan en binnen een maand raakt zij zwanger.

Weer twee maanden later krijgt zij klachten van dyspneu d‘effort, orthopneu en collaps en overlegt de huisarts hierover telefonisch met haar cardioloog die afwachtend beleid adviseert. (RT: ‘telefonische consulten komen niet zelden op een ongelukkig moment waarbij de gegevens op basis waarvan het advies wordt verstrekt niet zelden gebrekkig of onvolledig zijn’).

De volgende dag ziet haar gynaecoloog haar en stelt de diagnose ‘mid-pregnancydip’. Die avond wordt zij echter op de CCU opgenomen en later naar de IC overgebracht. Ondanks dat aanvullend onderzoek en anamnese volgens de tuchtcolleges overduidelijk in de richting van een kunstkleptrombose wijzen (‘elementaire kennis’), waarbij snelle cardiothoracale interventie geboden is, wordt de diagnose steeds maar niet gesteld.

Niemand lijkt zich de echte hoofdbehandelaar te voelen (‘onvoldoende multidisciplinaire regie.’). De delay doet de levenskansen van moeder en vrucht niet toenemen. Spontane abortus volgt en na vele operatieve ingrepen overlijdt de vrouw uiteindelijk in diep vegetatieve toestand.

B.V.M. Crul, arts
mr. W.P. Rijksen

De drie uitspraken:

CTG-beslissing 2008/048 in de zaak tegen de eerste cardioloog

CTG-beslissing 2008-050 in de zaak tegen de gynaecoloog

CTG-beslissing 2008-049 in de zaak tegen de tweede cardioloog

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.F. van Woerden

    , Utrecht

    Ik werk als doseerarts bij de Trombosedienst Den Haag. Dit is uiteraard een zeer schokkende casus. Blijkbaar kan een in principe effectieve profylaxe tegen kunstkleptrombose als Fraxiparine toch een full blown kleptrombose niet uitsluiten. Er van uit...gaande dat patiente ook compliant was en daadwerkelijk zichzelf de dagelijkse spuitjes heeft toegediend. Ookal zijn de meeste doseerartsen niet betrokken bij klinische antistollingstherapie, toch zouden doseerartsen hier ook van moeten leren.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.