Laatste nieuws
Samuel Verschoor
9 minuten leestijd
verzet

‘Hij zat met handen en voeten in het verzet’

De executie van huisarts Jan Zwolle bleek geen vergissing

Plaats een reactie
Camera Press/Iwm/ANP | Foto van Jan Zwolle uit familie-archief
Camera Press/Iwm/ANP | Foto van Jan Zwolle uit familie-archief

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn er in Nederland 57 artsen en geneeskundestudenten door de Duitse bezetter geëxecuteerd, meestal vanwege hun rol in het verzet. Zo ook huisarts Jan Zwolle uit Arnhem, die tijdens de Slag om Arnhem werd doodgeschoten nadat hij twee zwaargewonde Britse soldaten verzorgd had. Maar wie zaten er achter deze executie? En waarom zijn de daders nooit vervolgd?

Er is niet veel bekend over het leven van dokter Jan Zwolle tijdens de Tweede Wereldoorlog of over zijn rol tijdens de bezetting. We weten dat dokter Zwolle in op 5 februari 1893 in Kampen is geboren. Dat hij naar Arnhem verhuisde, waar hij trouwde met Wilhelmina Hendriks en een zoon kreeg die zijn naam droeg. En dat hij praktijk hield als huisarts, vlak naast het Sonsbeekpark waar hij ook woonde. Tijdens zijn dienst was hij als militair arts ingedeeld bij het 8ste regiment infanterie en mensen die hem van dichtbij kenden, noemen hem fel anti-Duits.

Verder weten we dat hij op 19 september 1944, tijdens de Slag om Arnhem, samen met vier andere Arnhemse burgers, geëxecuteerd is in de Bakkerstraat, waar vandaag de dag een plaquette ter nagedachtenis aan hem en zijn medeslachtoffers – Jan Mielekamp, Cees Veldhuizen, en de broers Johannes en Henri Smit (zie foto 1) – is te vinden. Tijdens de Airborne-herdenkingsweken in september wordt hij ieder jaar trouw door de leerlingen uit groep zes van Montessorischool De Binnenstad herdacht met bloemen en een minuut stilte.

Voor de reconstructie van de laatste dagen van dokter Jan Zwolle zijn diverse bronnen gebruikt, waaronder: de Oorlogsgravenstichting, het Gelders Archief, oorlogsbronnen.nl en openarchieven.nl. Ook het boek De verschrikking van de nacht: ooggetuigen van de Slag om Arnhem, van Tony Sheldon heeft een belangrijke rol gespeeld.

Foto 1. De plaquette ter nagedachtenis aan dokter Jan Zwolle en zijn vier lotgenoten in de Bakkerstraat in Arnhem. | Samuel Verschoor
Foto 1. De plaquette ter nagedachtenis aan dokter Jan Zwolle en zijn vier lotgenoten in de Bakkerstraat in Arnhem. | Samuel Verschoor

Hevige gevechten

Omdat na de bevrijding van België de Duitsers aan de grens van Nederland een sterke verdedigingslinie op­­richten, komt de opmars van de geallieerden vrijwel tot stilstand. Daarop wordt besloten om met een grote lucht­landingsoperatie die verdediging te omzeilen. Het doel van de operatie is de bruggen over de Nederlandse rivieren te veroveren en zo de opmars van de geallieerden te garanderen.

Voor deze operatie, Market Garden, worden op 17 september 12 duizend soldaten met parachutes gedropt boven de Ginkelse heide in Gelderland. Hun doel is om de brug over de Rijn bij Arnhem te veroveren. Aanvankelijk verloopt hun opmars voorspoedig, totdat ze in Arnhem door twee SS-divisies worden tegengehouden. Er breken hevige gevechten uit in de binnenstad, in sommige straten schieten geallieerden en Duitsers vanuit huizen aan weers­zijden van de straat, op nog geen tien meter afstand, op elkaar.

Britse troepen onder leiding van luitenant-kolonel John Frost bezetten een aantal woningen aan beide kanten van de brug over de Rijn. De overige luchtlandingstroepen proberen Frost en zijn mannen te bereiken, maar worden afgesneden door de Duitse eenheden.

Gedurende de nacht ontfermt dokter Zwolle zich in de provisorische Rode Kruispost over twee Britse soldaten

Ernstig gewond

In de avond van 17 september zoekt een groep Britse soldaten dekking in de kelder van de Nijverheidsschool voor Meisjes aan de Rijnkade, twee van deze Britten zijn ernstig gewond. Arthur Maybury, een korporaal van 30 jaar, is in zijn maag geraakt door een kogel. De ander is de 21-jarige John Watkinson; hij is in zijn nek, oog en linkerdij geraakt. Beiden bloeden hevig.

Hierop besluit de conciërge van de school, Cees Veldhuizen, dokter Jan Zwolle te ontbieden, ondanks dat deze aan de andere kant van de stad praktijk houdt. Gedurende de nacht ontfermt dokter Zwolle zich in deze provisorische Rode Kruispost over de twee Britten. Korporaal Maybury overlijdt al snel en tijdens een gevechtspauze wordt hij in de tuin van de school begraven. Uit Mayburys zak haalt Zwolle een lijstje dat hij in zijn broekzak steekt. Op de lijst staan namen en adressen van NSB’ers uit de regio die na de Slag om Arnhem opgepakt moeten worden.

Wonder boven wonder overleeft Watkinson de nacht, de volgende ochtend kan hij weer overeind zitten, is hij in staat om zelf wat te drinken en vraagt hij naar de situatie buiten. Zwolle belt deze morgen zijn zwager, die op dat moment in Geldermalsen verblijft, vertelt Marten Hendriks, achterneef van Zwolle. ‘Hij vertelde opgewekt aan mijn opa dat hij samen met een Engelse officier een Engelse sigaret rookte.’ Hendriks (51) heeft zijn oudoom nooit gekend, maar heeft van zijn vader en opa het een en ander gehoord over dit ‘trieste familieverhaal’. Hendriks: ‘Ze waren er daar in de Nijverheidsschool echt van overtuigd dat ze waren bevrijd.’

Foto 2. Bericht dat dokter Jan Zwolle en zijn zoon opgepakt zijn door de Sicherheitsdienst. | Gelders Archief
Foto 2. Bericht dat dokter Jan Zwolle en zijn zoon opgepakt zijn door de Sicherheitsdienst. | Gelders Archief

Nederlandse SS’ers

In de loop van de dag kantelt buiten op straat het gevecht om Arnhem, de Duitsers krijgen weer de overhand en de bevrijding lijkt steeds verder weg. De medische post in de Nijverheidsschool komt daardoor weer aan de Duitse zijde van de gevechtslinie te liggen. Voor Watkinson is dit slecht nieuws: waar dokter Zwolle eerder nog naar een mogelijkheid zocht om de soldaat naar het Sint Elisabeths Gasthuis te brengen, is die kans nu verkeken. Tussen de Nijverheidsschool en het ziekenhuis wemelt het van de Duitsers.

In de ochtend van 19 september wordt er op de deur gebonsd en stormen er soldaten in SS-uniformen binnen. Volgens Wil Veldhuizen, dochter van conciërge Cees Veldhuizen, ging het om zeer jonge Nederlandse SS’ers, sommige leken slechts tieners. Zij hoorden waarschijnlijk bij het derde bataljon van de SS Landstorm Nederland, waarvan zo’n zeshonderd man als versterking naar Arnhem waren gestuurd en de 19de arriveerden. Al schreeuwend en onder dreiging van machinegeweren worden alle aanwezigen afgevoerd. In totaal gaat het om twaalf personen, onder wie dokter Zwolle en parachutist Watkinson – liggend op een kar.

Een paar honderd meter verderop in de Bakkerstraat, rond 9.00 uur, wordt de groep opgesplitst. Dokter Zwolle wordt met vier anderen – Jan Mielekamp (40), Cees Veldhuizen (42), Johan Smit (30) en zijn broer Henri Smit (23) – mee­genomen naar het magazijn van transportonderneming Van Gend & Loos, nadat zij er door een groep Duitse soldaten van beschuldigd zijn dat ze hulp hebben verleend aan de geallieerden. Volgens Hendriks zag Zwolle die vier mensen tegen de muur gezet worden en zei hij: ‘Ik heb verantwoordelijkheid over hen.’ Waarop de Duitsers hem vertelden dat hij ernaast mocht gaan staan en ze alle vijf geëxecuteerd werden.

Bloedbad

Hendriks: ‘Mijn vader vertelde hierover dat ze bij de benen begonnen met schieten en langzaam omhoog werkten.’ De directeur van Van Gend & Loos, die zich op dat moment schuilhield in zijn kantoor en zo getuige was van het bloedbad, schrijft in zijn dagboek dat hij de mannen nog lang hoorde kreunen van de pijn. Pas uren later, rond half 12, werd het vijftal volgens hem door een SS-officier met een kogel door het hoofd uit hun lijden verlost en werden zij in de achtertuin van het complex begraven.

Nog diezelfde dag hangen omwonenden een briefje bij de voordeur van het bedrijf met daarop de namen van de vijf slachtoffers. Enkele dagen later, op 23 februari, wordt Arnhem ontruimd en alle burgers worden geëvacueerd. Gedurende de hongerwinter is Arnhem als frontstad onderdeel van de Duitse linie. De huizen worden door de Duitsers geplunderd en de binnenstad wordt door geallieerde bombardementen aan puin geschoten en goeddeels met de grond gelijkgemaakt.

Pas na de bevrijding van Arnhem in april 1945, ruim een halfjaar later, keren de inwoners langzaamaan terug. Dokter Zwolle en zijn vier medeslachtoffers worden weer opgegraven en er wordt sectie verricht op de lichamen. Alle vijf zijn ze door meerdere kogels geraakt. Dokter Zwolle is getroffen in het hart en heeft meerdere schotwonden in zijn buik, hij moet op slag dood zijn geweest. De overige vier mannen zijn, naast hun andere verwondingen, door het hoofd geschoten

‘Het was een heel fijne dokter en een vriendelijke man’

Afrekening

Direct aan het begin van de Slag om Arnhem hadden de Duitsers de inwoners al opgedragen om geen hulp te verlenen aan de Britse troepen. Tientallen inwoners van Arnhem zijn tijdens die chaotische septemberdagen geëxecuteerd, sommigen van hen werden er daarvoor al door de SD van verdacht dat zij een rol speelden in het verzet, of waren om die reden al eens opgepakt en verhoord.

Volgens historicus Frank van Lunteren, gespecialiseerd in de Slag om Arnhem, zijn de moordpartijen op burgers tijdens de Slag om Arnhem overduidelijke oorlogs­misdaden. Dat geldt des te meer voor de dood van dokter Jan Zwolle, die tijdens zijn werk als arts is afgevoerd en vervolgens gefusilleerd. ‘Van de vijf slachtoffers achter Van Gend & Loos is Jan Zwolle als enige door het hart geschoten, dat doet vermoeden dat hij het hoofddoel was van de operatie’, meent Van Lunteren.

Lang werd gedacht dat de dood van Zwolle en zijn vier lotgenoten een vergissing was, dat deze mannen toevallig op de verkeerde plek op het verkeerde moment waren. Maar uit onderzoek van Van Lunteren blijkt dat Zwolle begin januari 1944 al eens was opgepakt op verdenking van verzetswerk (zie foto 2). En een halfjaar later, op die noodlottige dinsdag 19 september 1944, werd er dus een lijst met namen van NSB’ers in zijn zak aangetroffen.

Ook waren twee van zijn vier medeslachtoffers lid van de Lucht­beschermingsdienst, een taak die verzetsleden graag op zich namen, omdat voor hen de avondklok niet gold en zij ’s nachts over straat mochten. Na de oorlog geeft Zwolles vrouw aan dat de dokter aan het hoofd stond van een lokale verzetsgroep die onder anderen parachutisten in veiligheid bracht, en dat hij wapens leverde voor ‘ondergrondse strijders’ (zie foto 3). Dit alles bij elkaar versterkt het vermoeden dat dokter Jan Zwolle geen toevallig slachtoffer was.

Dat de overige vier mannen volgens ooggetuigen enkele uren later door het hoofd geschoten worden door een officier in een SS-uniform, doet Van Lunteren vermoeden dat het hier om een afrekening van de Sicherheitsdienst gaat. ‘De uniformen van SS-officieren en SD’ers zijn vrijwel identiek, alleen de emblemen op de arm zijn anders. Het is dus goed mogelijk dat ooggetuigen die twee op dat moment door elkaar hebben gehaald.’

Foto 3. Zwolles vrouw, Wilhelmina, schrijft dat haar man leidinggaf aan de lokale tak van een verzetsgroep. | Afbeeldingen 2 en 3 heeft historicus Frank van Lunteren gevonden in het Gelders­ Archief en in de VS tijdens zijn onderzoek naar de Slag om Arnhem.
Foto 3. Zwolles vrouw, Wilhelmina, schrijft dat haar man leidinggaf aan de lokale tak van een verzetsgroep. | Afbeeldingen 2 en 3 heeft historicus Frank van Lunteren gevonden in het Gelders­ Archief en in de VS tijdens zijn onderzoek naar de Slag om Arnhem.

‘Fijne dokter’

Louise Huuskes (89) kijkt vanuit haar stoel voor zich uit en glimlacht. ‘Hij was eigenlijk meer huisvriend dan huisarts, dokter Zwolle. Ik kan hem nog goed voor me zien, hij had altijd een hoed op.’ Huuskes woont al haar hele leven in Arnhem, komt uit een gezin van zes en was als kind patiënt van dokter Zwolle. ‘Hij heeft bij ons thuis alle bevallingen gedaan. En mij en mijn zussen behandeld toen we roodvonk kregen, daar waren toen nog geen vaccins voor.’

Huuskes was pas 10 jaar oud tijdens de Slag om Arnhem, maar kan zich dokter Zwolle nog goed voor de geest halen. ‘Het was een heel fijne dokter en een vriendelijke man.’ Hendriks bevestigt dit beeld. ‘Mijn vader beschreef hem altijd als een heel lieve en rechtvaardige man.’ Om er vervolgens aan toe te voegen: ‘Hij zat wel met handen en voeten in het verzet.’

Na de bevrijding

De leider van de Sicherheitsdienst in Arnhem, Arthur Thomsen – met als bijnaam ‘Beul van de Veluwezoom’ – wordt aan het eind van de oorlog wel opgepakt en vastgezet in het Oranjehotel in Scheveningen. Maar kort na de Duitse capitulatie, op 9 juli 1945, wordt hij dood in zijn cel aangetroffen. In de hectische dagen na de bevrijding is niet genoteerd of hij zelfmoord heeft gepleegd of aan mishandeling is bezweken. Met zijn dood verdwijnt ook de kans op antwoorden voor de vele nabestaanden van burgerslachtoffers van de SD in Arnhem. En dus ook voor dokter Jan Zwolle.

Soldaat John Watkinson heeft dankzij de zorg van dokter Zwolle de oorlog overleefd en is nog meermaals bij de jaarlijkse herdenking in de Bakkerstraat aanwezig geweest. 

Lees ook:
onderzoeksjournalistiek
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.