Eerstelijnsverblijf begint vorm te krijgen
Samenwerking zorgt voor juiste patiënt op juiste plek
Plaats een reactieIn de regio Gooi en Vechtstreek werken huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en specialisten uit ziekenhuis Tergooi intensief samen als het gaat om de zorg voor kwetsbare ouderen. Met de komst van het eerstelijnsverblijf (ELV) is die samenwerking verder doorontwikkeld.
Sinds begin dit jaar is er weer structurele financiering van het, twee jaar lang verwaarloosde, eerstelijnsverblijf. Hierbij is het de behandelend arts die de patiënt verwijst. Afhankelijk van de verblijfplaats van de patiënt is dat de huisarts, de specialist ouderengeneeskunde of de specialist uit het ziekenhuis. Het is dus noodzakelijk hier met alle (verwijzende en ontvangende) partijen goede afspraken over te maken.
Het ELV kent drie categorieën: laagcomplex, hoogcomplex en palliatief. Veelvoorkomende aanleidingen voor ELV laag- en hoogcomplex zijn: valgevolgen en conditieverlies na infectie of andere medische indicatie. Opname in het ELV is kortdurend; op korte termijn is herstel met terugkeer naar huis te verwachten, of de levensverwachting is korter dan drie maanden in het ELV palliatief.
Afwegingsinstrument
Het landschap van zorg en tijdelijk verblijf is door de stelselwijzigingen behoorlijk ingewikkeld geworden. Daarom is een afwegingsinstrument ontworpen voor verwijzers. Artsen kunnen de beslisboom gebruiken om te beoordelen wat de best passende zorg is, gegeven de actuele zorgvraag, de prognose en situatie van de patiënt.1 Dat lijkt heel simpel, maar kan lastig zijn als je niet thuis bent in al deze verschillende zorgvormen en regionale mogelijkheden.
Bij het verwijzen naar het ELV moeten andere – lichtere – vormen van zorg niet mogelijk zijn. Als de patiënt al een Wlz-indicatie heeft, wordt deze omgezet in tijdelijke opname. ELV laagcomplex is bedoeld voor patiënten die wel 24-uurszorg nodig hebben, maar bij wie er geen multidisciplinair team onder leiding van een specialist ouderengeneeskunde nodig is. Als dat wel zo is, dan is sprake van ELV hoogcomplex. Indien er een revalidatiebehoefte bestaat, is ELV niet passend. De maximale hoeveelheid behandeling in het ELV hoogcomplex bedraagt 1,5 per week, inclusief de 24-uurs medische zorg. Als er meer nodig is en de patiënt gemotiveerd en belastbaar genoeg is, dan is geriatrrische revalidatiezorg meer passend. Als terugkeer naar huis na ELV niet lukt, dient een indicatie voor langdurige zorg (Wlz) aangevraagd te worden. ELV palliatief wordt geboden in de hospices of op terminale zorgbedden in verpleeghuizen.
In het ELV laagcomplex is meestal de huisarts hoofdbehandelaar en in het ELV hoogcomplex de specialist ouderengeneeskunde. ELV-opnames zijn bijna altijd in de avond-weekend-nacht (ANW)-uren. Dit stelt eisen aan de ELV-zorgaanbieders. Denk bijvoorbeeld aan het kunnen starten van een elektronisch zorgdossier, het leveren van spoedmedicatie, en het inzetten van een bedalarm of andere hulpmiddelen. Kortdurende zorg gericht op terugkeer naar huis vereist een andere manier van werken dan woonzorg. Daarom moet ook nagedacht worden over het scholen van de zorgmedewerkers en behandelaren. Deze zorg kan dus niet zomaar op iedere locatie worden georganiseerd.
Telefonische triage
Ondanks het afwegingsinstrument komt de (huis)arts er niet altijd uit. Het blijkt in de praktijk lastig om de juiste afweging te maken in een spoedsituatie. Daarom hebben de artsen in onze regio afgesproken dat er een telefonische triage door de specialist ouderengeneeskunde plaatsvindt vóór opname in het ELV. Zo komt de patiënt met zijn specifieke zorgvraag direct op de juiste plek. Als het kan, blijft de patiënt met extra zorg thuis, en soms blijkt een spoed-Wlz-opname het meest passend.
Via het telefoonnummer van de dienstdoende specialist ouderengeneeskunde kunnen huisartsen en andere verwijzers, zoals de SEH, overleggen. De dienstdoende specialist ouderengeneeskunde is dus 24/7 via één nummer rechtstreeks bereikbaar voor telefonische triage. Huisartsen en artsen op de SEH zijn tot nu toe erg blij met deze dienstverlening. Het is mooi om te merken dat door een kort collegiaal overleg snel duidelijk wordt welke zorgvraag er is en welk ‘bed’ passend.
Beschikbaarheid
Als duidelijk is welke zorg en behandelvraag de patiënt heeft, is het ook belangrijk dat de patiënt zo snel mogelijk kan worden opgenomen. Inzage in beschikbaarheid van plaatsen is dus essentieel. Als zorgorganisaties bereid zijn samen te werken, voorkomt dit dat de verwijzend arts eindeloos moet rondbellen. In de regio Gooi en Vechtstreek hebben de vier zorgorganisaties die ELV bieden, samen de al bestaande website verwijshulp.nl ingericht, waarop 24 uur per dag inzage is in beschikbare GRZ-, ELV- en Wlz-bedden. Op deze website zijn ook de werkafspraken uit de regio, een voorbeeldbehandelplan voor huisartsen in het ELV laagcomplex en een triageformulier voor de dienstdoende specialist ouderengeneeskunde te vinden.
Al deze afspraken zijn inmiddels operationeel, tot tevredenheid van verwijzers. Er is in de afgelopen drie maanden slechts een enkele keer geen beschikbaar bed geweest. Op zo’n moment bekijken verwijzend arts en specialist ouderengeneeskunde gezamenlijk wat de beste optie is: verwijzen naar een aanpalende regio, of het ziekenhuis als ‘last resort’. Huisartsen ervaren het gezamenlijk afwegen met de specialisten ouderengeneeskunde als nuttig. Wat nog ontbreekt, is inzage in beschikbare acute thuiszorg; hier wordt nu over nagedacht. In onze regio kennen wij geen verstopte SEH en slechts sporadisch ten onrechte opgenomen kwetsbare ouderen. Het transparante en snelle verwijs-systeem draagt volgens ons werkelijk bij.
Vast tarief
Het ELV heeft een integraal tarief voor zorg en behandeling, afgeleid uit de vroegere Wlz-tarieven.2 Dit zijn tarieven voor chronische zorg, die dus niet ingesteld zijn op de inzet van behandelaars en verzorgenden met als doel snelle terugkeer naar huis. Juist opname en ontslag zijn intensieve zorgfasen en vergen veel personele uren. Ook is er soms meer nodig, bijvoorbeeld het doen van een cognitief onderzoek naar dementie. Zo’n ‘diagnostisch ELV’ kan soms heel wenselijk zijn. Wij pleiten dan ook voor een vast tarief voor verblijf en verpleging (dagprijs) en om alle behandelingen op basis van reguliere eerstelijnsprestaties te financieren. Dat is meer passend in de geest van de zorgverzekeringswet.
Een andere omissie is dat de specialist ouderengeneeskunde in het ELV laagcomplex (waar de huisarts doorgaans de hoofdbehandelaar is) geen consulten mag declareren. Dit lijkt een ongelijkheid in toegang tot soms noodzakelijke zorg. Op dit moment onderzoekt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) samen met ActiZ en Verenso of er een andere bekostiging van het ELV dient te komen.
Onnodige belasting
Als er kort na opname in het ELV toch sprake blijkt te zijn van een revalidatiebehoefte, kan revalidatiezorg niet worden ingezet. Volgens de aanspraak GRZ moet er namelijk voorafgaand aan de revalidatie een ziekenhuisopname zijn geweest of een beoordeling door de klinisch geriater zijn gedaan. Als de patiënt al helemaal in kaart is gebracht door de specialist ouderengeneeskunde in het ELV is de gang naar de SEH of de geriater niet alleen verspilling van geld, maar vooral een onnodige belasting voor de (vaak kwetsbare) patiënt. Op sommige plekken is al georganiseerd dat de klinisch geriater hiervoor naar het verpleeghuis komt (zie artikel van Achterberg e.a. op blz. 12), maar de noodzaak blijft onduidelijk. Een verandering in de wetgeving over deze aanspraak is dan ook noodzakelijk.
Het organiseren van ELV vereist een gedegen samenwerking tussen zorgverleners en bestuurders van zorginstellingen. Overgangen van zorg zijn ingrijpend voor patiënten en hun directe omgeving. Daarom zijn de afspraken over hoe we dit stroomlijnen essentieel. Wij denken in onze regio een mooie stap te hebben gezet.
Ellen Vreeburg, specialist ouderengeneeskunde en kaderarts geriatrische revalidatiezorg Vivium Naarderheem
Aafke de Groot, specialist ouderengeneeskunde en kaderarts geriatrische revalidatiezorg Vivium Naarderheem
Joke Lanphen, huisarts en staflid GHO-GO gemeenschappelijke huisartsenorganisatie Gooi en omstreken
Willy Maarschalkerweerd, klinisch geriater ziekenhuis Tergooi
contact
cc: redactie@medischcontact.nl
2. https://www.nza.nl/regelgeving/circulaires/CI_16_20c__Bekostiging_eerstelijnsverblijf
Pdf van dit artikel- Er zijn nog geen reacties